Ambassadeurs van het leraarsvak

Nieuws | de redactie
20 december 2010 | "Eerst de Klas is een schoolvoorbeeld van een ‘win-winsituatie’." Staatssecretaris Halbe Zijlstra juicht toe dat op deze manier "scholen jonge afgestudeerde academici in huis krijgen die hoog scoren op vakinhoudelijke én leidinggevende eigenschappen." Zij moeten het docentschap ontdekken "als een zinvolle stap in de carrière die mogelijk leidt tot een baan voor het leven."

In een bijdrage aan de speciale krant over dit project schrijftde OCW-bewindsman het volgende: “Het onderwijs heeft de belangrijketaak om het beste uit iedere leerling te halen. Dat kan alleen alser goede leraren voor de klas staan.”

Neusje van de zalm

“Van alle initiatieven die we hebben ontwikkeld om meer goedeleraren voor het onderwijs te winnen, is Eerst de Klaseen van de meest inspirerende projecten. Want met dit onderdeel vande kwaliteitsagenda ‘Krachtig Meesterschap’ krijgen scholen jongeafgestudeerde academici in huis, die hoog scoren op vakinhoudelijkeén leidinggevende eigenschappen.

We hebben het hier over het neusje van de zalm, ‘high potentials’die iets extra’s kunnen brengen. Als ambassadeurs van hetleraarsvak dragen ze ook nog eens uit wat voor een belangrijke taakdocenten in onze samenleving hebben. En dat lesgeven voor eenacademicus een zinvolle stap in de carrière betekent, die mogelijkleidt tot een baan voor het leven.

In het project Eerst de Klas trekt het onderwijs samen op metondernemend Nederland. Maar liefst 21 bedrijven werken hieraan mee en gevenveelbelovende talenten de ruimte om een leiderschapsprogramma tevolgen. De combinatie van lesgeven in het voortgezet onderwijs enkennismaken met de praktijk van het bedrijfsleven, juich ik vanharte toe.

Deze nauwe samenwerking is gebaseerd op een gedeeld belang, wantook het bedrijfsleven is gebaat bij een hogere kwaliteit van hetonderwijs. Hoe beter de docenten, hoe beter de leerlingen die voorde concrete arbeidspraktijk worden afgeleverd. Bovendien kunnen deleiderschapskwaliteiten die jonge academici in de onderwijspraktijkontwikkelen, ook weer van waarde zijn in het bedrijfsleven.

Eerst de Klas is dan ook een schoolvoorbeeld van een’win-winsituatie’. Ik ben ervan overtuigd dat de tweede groepstudenten die in 2010 is aangetreden, voor een stevigekwaliteitsimpuls zal zorgen. En daar wordt iedereen wijzervan!”

Bedrijven stappen in

Een voorbeeld van de samenwerking rond Eerst de Klas metbedrijven gaf onlangs Siemens CEO Ab van der Touw als gasthoofdredacteur vanScienceGuide.

“Nood breekt wet. Zowel bij ons, het bedrijfsleven, als bij descholen. Wij hebben meer technici nodig. We hebben meer jongerennodig die bètaprofiel kiezen en we moeten ervoor zorgen datstudenten die een technische opleiding hebben afgerond vaker eenbaan bij een technisch bedrijf kiezen. 45% kiest voor een nietingenieursberoep, zij gaan veelal bij een bank werken en wordenadviseur. Dit is ook een grote verandering vergeleken met de tijddat ik studeerde. Toen ik in Leiden zat, wilde je echt nietgeassocieerd worden met de ‘verkeerde pakken’ van hetbedrijfsleven.

Wij doen nu mee aan het programma Eerst de Klas en samen met dedeelnemers van Jet-Net van Platform Bèta Techniek stimuleren we deinteresse voor bèta en techniek bij kinderen. Zij kiezen vooral hunopleiding en beroep aan de hand van rolmodellen. Hier moet je opinspelen.

Ten eerste moet je beseffen dat deze rolmodellen over de decenniazijn veranderd. Vroeger toen de wereld klein was, was het rolmodelbij uitstek de vader. Daarom werden zo vaak ambachten van vader opzoon doorgegeven. Nu bepalen kinderen voornamelijk hun rolmodellenaan de hand van wat zij op tv en internet zien, soaps bijvoorbeeld.In GTST zitten veel barmannen en ‘Moskowitzen’, maar nooit eentechnisch wetenschapper.

Vreemde ogen dwingen

Ook de leraar is natuurlijk een belangrijk rolmodel. Doorgastdocenten wordt de variëteit van potentiële rolmodellen groter.Siemens verzorgt veel gastdocentschappen, in Den Haag, Zoetermeer,Hengelo en Assen. Met enige regelmaat geef ik zelf gastcolleges opmiddelbare scholen, hbo’s en universiteiten, maar bij Siemens zijnhet vooral onze jongere werknemers die dit doen en leuk vinden. Meteen beetje angst beginnen ze er aan. ‘Kan ik wel orde houden’,etcetera. Het antwoord is altijd: ja! Leerlingen hangen aan hunlippen, vreemde ogen dwingen.

Deze leraren brengen immers iets anders mee, dat is bijvoorbeeldiemand die meewerkte aan de bouw van de Erasmusbrug of aan deontwikkeling van een energiecentrale die wordt gevoed metkippenmest. Veel kinderen vinden zo iemand interessant. Als eenjonge vrouw een gastdocentschap over robotica verzorgt en laat zienwat je kunt doen met sensoren in kleding, ontstaat er ineens eenheel ander beeld over techniek.

Tevens belangrijk is dat zo ook de feitelijke toepassing vantheoretische kennis duidelijker wordt, wat scholen dan weer als eengoed voordeel zien. Het is toch vaak dat je via de praktijkmakkelijker bij de theorie komt, daar kunnen de vakdocenten weer opinhaken. Op dit vlak is er, merken wij, ook een goede afstemmingmet de scholen en onze werknemers die voor de klas gaan staan.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK