Decanen halen uit naar OCW

Nieuws | de redactie
20 december 2010 | De studentendecanen bij de universiteiten zien niets in de voorstellen om langstudeerders aan te pakken. Ze leveren weinig of geen gunstig effect op. "Wij zullen onze studenten adviseren beroep aan te tekenen, omdat zij hun studieplannen en begroting hebben gemaakt en hun leven hebben ingericht op grond van bestaande wet- en regelgeving. Vanuit oogpunt van rechtszekerheid mogen zij er op vertrouwen dat hun plannen niet halverwege de rit moeten worden bijgesteld."

In een brief aan de Tweede Kamer geeft het Landelijk BeraadStudentendecanen (WO) aan dat men “zeer bezorgd” is over devoorgestelde wetswijzigingen inzake collegegeld voorlangstudeerders en studiefinanciering. De decanen van deuniversiteiten schrijven de Kamer dat deze voorstellen op zand zijngebouwd en waarschuwen voor de effecten ervan.

“Vooropgesteld dat wij van mening zijn dat de -relatief kleinegroep- studenten die door niet, nauwelijks of te laat studeren ente veel feest vieren vertraging oploopt, nog wel wat extra mogenworden bijgestuurd, denken wij dat de voorgestelde wijzigingen niethet gewenst effect zullen hebben.

Zelfs met een jaar extra per fase (bachelor + 1, master + 1) reddenveel studenten het niet.

  • Om te beginnen is de prestatiebeurs onvoldoende om zelfs maarde kamerhuur te kunnen betalen. Om de studieschuld enigszins binnende perken te houden, werkt praktisch iedere student bij. Dat wordtalleen maar meer wanneer de prestatiebeurs in de masterfase wordtafgeschaft.
  • Studenten die op veel te jonge leeftijd gedwongen worden eenstudiekeuze te maken, komen er in het eerste jaar achter dat heteen verkeerde keuze is geweest. Niet zelden is die ‘verkeerde’keuze het gevolg van, soms meerdere keren, uitloten voor studiesmet een numerus fixus.  Ook andere levensvragen en keuzes diebij de leeftijd van adolescenten en jong volwassenen horen, spelenvaak een rol bij studievertraging.
  • Door de invoering van de ‘harde knip’ tussen bachelor en masterontstaat bij gering oponthoud (drie vakken) al meteen een jaarstudievertraging.
  • Studenten die door bijzondere familieomstandigheden vertragingoplopen of naast hun studie mantelzorger zijn (“ze werken tochniet”), zijn helaas geen uitzondering. Structureelmantelzorgerschap komt met name onder eerstegeneratiestudenten vanallochtone afkomst veel voor.
  • Buitenlandse stages en uitwisselingsprogramma’s leidenregelmatig tot studievertraging.
  • Er is al veel gezegd over studenten met een functiebeperking.Wij gaan dat niet herhalen. Toch willen wij er nog eens op wijzendat wij in onze praktijk regelmatig studenten met een ernstigestructurele beperking begeleiden, die de opleiding succesvolafronden op een tempo van 50% en bij invoering van deze maatregelzullen uitvallen.
  • Tevens willen wij wijzen op de vele studenten die zeer nuttigeen gewenste nevenactiviteiten hebben, zoals vrijwilligerswerk,bestuurswerk, medezeggenschap, organisatie van extra-curriculaireactiviteiten in het kader van de studie etc. Hiermee wordennoodzakelijke vaardigheden aangeleerd, krijgt de academischevorming gestalte en draagt de student zijn of haar steentje bij aande samenleving.
  • Bedenk daarbij dat studenten vaak met een combinatie vanfactoren te maken hebben, en het zal duidelijk zijn waarom zoveelstudenten langer dan de nominale studieduur nodig hebben, zelfslanger dan nominaal plus een jaar. Of moeten we studenten met eenfunctiebeperking of met een overleden ouder hunbestuursactiviteiten maar ontzeggen?

Als studentendecaan komen wij dagelijks in aanraking met velestudenten die met een of meerdere van bovenstaande situaties temaken hebben. Met veel kunst- en vliegwerk proberen wij hen bij deles te houden, te motiveren en te begeleiden bij het nemen vanbelangrijke beslissingen, teneinde zoveel mogelijk vertraging tevoorkomen en hen op het juiste spoor te zetten. Hier zijn vaakschrijnende gevallen bij. Slechts zelden zijn dit studenten die er(bewust) met de pet naar gooien en hun studie als bijzaakzien.

Al jaren is het zo dat studenten slechts prestatiebeurs ontvangenvoor de nominale studieduur. Hierdoor moeten zij zich al voor elkevertraging in de schulden steken. Wanneer zij niet binnen dediplomatermijn afstuderen, worden zij hiervoor al gestraft doordatzij ook hun prestatiebeurs moeten terugbetalen.

Mocht al een verhoging van collegegeld overwogen worden, dan ligthet meer voor de hand om dat in te stellen voor studenten die naommekomst van de diplomatermijn nog niet zijn afgestudeerd. Nietvoor niks is de diplomatermijn in 2000 zo ruim vastgesteld (10jaar), namelijk om noodzakelijke uitzonderingsbepalingen zo veelmogelijk te vermijden.

De nu voorgestelde maatregelen staan los van onlangs ingevoerde enop stapel staande maatregelen, zoals het tarief voor het behalenvan een tweede bachelor- of mastergraad, de “harde knip” tussenbachelor en master, en de uitzonderingen daarbij (opleidingen in degezondheidszorg en lerarenopleidingen). Het wordt ondoenlijk om(aankomende) studenten goed voor te lichten, nog afgezien van destijgende uitvoeringslasten voor de instellingen. Wij pleitendaarom voor samenhang en eenvoud. 

Behalve de student worden de instellingen onevenredig zwaargestraft. Zij krijgen al geen bekostiging meer, en moeten ook alsde student één maand te laat afstudeert (in september van hettweede jaar na de nominale studieduur), de volle 3000 euro betalen;terwijl ze de student 11/12 van het betaalde collegegeld moetenrestitueren.

Al het geld dat door deze maatregel aan de instellingen onttrokkenwordt, kan niet meer worden ingezet voor verbetering vanonderwijs(organisatie). Bovendien is het niet fair om deinstellingen te straffen voor ‘langstudeerders’, zonder hen dewettelijke mogelijkheid te geven dit te voorkomen. Wij pleiten indit verband voor het invoeren van een bindend studieadvies vooralle jaren, in plaats van alleen voor het eerste jaar.

Het voorstel om de prestatiebeurs tot de bachelorfase te beperken,gaat ons begrip te boven. Achtereenvolgende ministers hebbenbezworen dat een volledige universitaire opleiding bestaat uit eenbachelor en een masteropleiding. Met deze maatregel geeft deminister een signaal af dat de masteropleiding er niet zoveel meertoe doet, wie dat wil moet daar maar wat voor over hebben.

Welnu, dat hebben de meeste studenten ook al. Dat is bijvoorbeeldhet geval bij HBO-doorstromers, die vrijwel zonder uitzondering hunschakeljaar en de masteropleiding zonder prestatiebeurs doen. Zijhebben dan echter wel vier jaar prestatiebeurs gehad voor hunbacheloropleiding, terwijl universitaire studenten daar maar driejaar voor krijgen in het voorstel. Dat lijkt ons nietterecht.

Als laatste opmerking willen wij de minister waarschuwen voor hetinvoeren van de maatregelen op de huidige cohorten. Wij zullen onzestudenten adviseren beroep aan te tekenen, omdat zij hunstudieplannen en begroting hebben gemaakt en hun leven hebbeningericht op grond van bestaande wet- en regelgeving. Vanuitoogpunt van rechtszekerheid mogen zij er op vertrouwen dat hunplannen niet halverwege de rit moeten worden bijgesteld door zulkedrastische en draconische maatregelen.

Voor iedere wetswijziging geldt dat deze pas kan worden ingevoerdbij een nieuw cohort, zodat de student er rekening mee kan houdenen weet wat hem te wachten staat.

Wanneer al deze maatregelen doorgang vinden vrezen wij datstudenten voor de makkelijkste en meest zekere weg gaan kiezen:geen nevenactiviteiten meer, ‘makkelijke’ studies kiezen ofhelemaal niet meer studeren, kortom, eenvormigheid en eenambitieniveau dat schadelijk is voor de toekomst van Nederland alskennisland, dat leidt tot verschraling van het hoger onderwijs enstudentenleven.”

Namens het Landelijk Beraad Studentendecanen (LBS),

H.Boswijk (VU), voorzitter
L. Stello (EUR). secretaris


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK