Japan kijkt naar Nederland

Nieuws | de redactie
20 december 2010 | Japan kent dezelfde ‘bèta-tekorten’ als Nederland, maar de aanpak is nog lastiger dan hier. Haruyuki Iwabuchi, directeur Japan Science and Technology Agency, keek rond op ‘Meet the Future’ en noemt het PBT en Nederland grote inspiratiebronnen. “Wij moeten onze universiteiten openen, ook cultureel, voor mensen van buiten. Dat lukt jullie goed, maar wij blijven een eilandnatie die sterk vergrijst.”

Hij noemt het PBT zonder omhalen “onze zuster”. Het is voor hemnamelijk een groot pluspunt dat het hier mogelijk is in alleopenheid de zorgen en moeite die vele landen hebben bij debètapromotie te delen met de Nederlandse club en daar van teleren.

Op vele punten kijkt Japan naar de succesvolle concepten enprogramma’s van PO tot en met HO die in ons land in gang zijngezet. Zo organiseert men in Tokio in 2011 een eigen ‘Meet theFuture’ bètatech event en heeft men het PBT al laten optreden ophet eigen Science Agora om het debat te voeden.

De oudste vrouwen ter wereld

Iwabuchi draait er niet omheen: Japan kent dezelfde problemen alsEuropese landen bij de bèta-talent promotie. Het is in Azië nietoveral gejubel en optimisme. Op ‘Meet the Future’ merkte hij nogeens extra hoe wereldwijd deze lastige problematiek landen partenspeelt. “De zorgen én de doelen zijn global. De les vandit congres in Nederland is dat intussen ook de drive omhier met succes aan te werken ook global is geworden.”

Nederland heeft hier twee keer een voorspring op Japan en anderelanden, analyseert Iwabuchi. “Als open Europees land kunt u meermensen trekken voor BT-functies en studies. En ze hebbenbaanzekerheid vanwege de vergrijzing. Bij ons is er ook een grootgebrek aan BT-studenten, maar tegelijk een onzekere arbeidsmarkt.Die combinatie is echt ongelukkig. Zij maakt onze studentenbovendien zeer terughoudend om een studie buiten Japan aan tedurven.”

De vergrijzing is in Japan al verder voortgeschreden dan bijons. Maar die verhelpt de onzekerheid niet. “Het is een grootprobleem. De Japanse vrouwen zijn de oudste ter wereld. Debevolking krimpt en het kindertal gaat verder omlaag, zodat we bijmeer ouderen ook nog extra minder werkenden krijgen. Debinnenlandse vraag stagneert daar door terwijl de arbeidsmarkt krapis en bedrijven veel aan outsourcing zijn gaan doen.”

De cultuur van Japan werkt ook door in de manier van kijken naardit probleem. “We zijn een eilandnatie, kennen heel weinig etnischeen culturele diversiteit. Historisch gezien is het moeizaam ommensen van buiten uit te nodigen onder ons te komen werken enleren. We hebben maar weinig buitenlandse studenten bijvoorbeeld enzij die komen die blijven daarna niet zo vaak. We werken er nu veelmeer aan om onze universiteiten te openen, zichcultureel leren open te stellen. Europa heeft het hierveel beter. En de USA helemaal. U kunt kennismigranten binnenhalen, dat lukt u heel goed. Iedereen is in de USA een immigrantgeweest en in Europa is culturele diversiteit vanzelfsprekend,vergeleken bij ons.”

Hoffelijkheid als probleem

De kern van het bèta-techniek tekort ziet het Japanse PBT in degrote breedte die bèta-techniek inmiddels kenmerkt, naast denogal passieve aard van veel jongeren. Iwabuchi zegt dat hetmisschien vreemd klinkt: “Bèta wordt steeds interessanter enbereikt maatschappelijk steeds meer mensen. En juist dat maakt dewerving van nieuw talent lastig. Het is veel minder iets speciaalsdan vroeger.”

Tegelijk zijn jongeren “best tevreden met hun leventje. Hunwelvaart is hoog, studeren of leren kan rustig, zonder al te veeleconomische problemen. Moeilijke BT-studies vinden velen daaromniet zo nodig.” Japan merkt in de eigen achtertuin dat dit enormeeffecten heeft. “We zien in Korea en China, maar ook in India datde jongeren daar juist wel zich enorm willen inspannen om viastudie en talent zich snel op te werken. Ons land heeft bovendiende culturele neiging zich als ‘nummer 2’ te gedragen. Wij zeggengraag hoffelijk ‘Na u!’.”

Ook in Japan is de belangstelling van vrouwen voor de bètasectorveel te klein. “Het gaat vooruit, maar langzaam, langzaam. Bijbiologie en farmaceutische vakken bijvoorbeeld. Er is in bedrijvenen universiteiten nog een glazen plafond aanwezig. Vrouwen wordennog wel universitair docent maar zelden hoogleraar. Van mijn 30studenten waren 2 vrouw en toch is maar een van hen nuassistent-hoogleraar aan een universiteit.”

Zorgen over de huwelijksmarkt

Dit vraagstuk ziet Iwabuchi vooral als een cultureel knelpuntdat ook zo alleen op te lossen zal zijn. “Als we een bèta-techseminar organiseren voor jong talent stellen we dat bewust 50-50samen uit jongens en meisjes. Op dag 1 zitten dan de jongens welallemaal op de eerste rij in de zaal. En ook de ouders zijn hiereen factor: zij vinden een loopbaan in de techniek geen ‘ladylike’toekomst voor hun dochter. Daarin kunnen zij zeer koppig zijn alseen meisje toch graag bèta wil studeren. Waarom? Vanwege hun zorgenvoor de huwelijksmarkt voor hun dochter.”

Het Japanse PBT nodigt daarom bewust ouders uit om mee te doenaan hun seminars en de studiekampen die zij organiseert. Daarkunnen zij zien hoeveel kansen er zijn voor hun kinderen, ook demeisjes. “Daar zien zij de rolmodellen ook. We zetten ook in op hetwerven van peercoaches. Op ‘Meet the Future’ kwam dat puntaan de orde, vanwege de positieve ervaringen in andere landen. Bijons slaat dit ook aan, merk ik.

Meisjes komen uit heel ons land naar zulke studiekampen om alspeercoach op te treden. Het geeft ze echt het gevoel datze niet alleen zijn, dat ze afwijkend gedrag vertonen als zeenthousiast zijn voor bètastudies!”

Sleutelwoord partnerships

Van het succes in Nederland neemt de JST Agency van Iwabuchibelangrijke aspecten en werkwijzen over. Zo stopt men met eenbeleid van opdragen en voorschrijven, maar nodigt partnerschappenvan scholen en ‘civil society’ uit met voorstellen te komen.”Partnerships is echt het sleutelwoord om aan bekostigingte komen. Zo kunnen wij de gesloten wereld van de scholen openkrijgen. De docenten in die gesloten scholen zitten zelf ook vaaknog dicht.”

In zulke partnerships wordt het mogelijk om allerleibuitenstaanders de scholen te laten ‘openen’. “We kunnen zobèta-tech studenten op scholen laten optreden met bijzondere lessenen proefjes. Maar ook moeders met een bètatechnische graad die aanallerlei activiteiten en projecten mee kunnen doen. Dat begint nusuccesvol te worden. In het eerste jaar konden we het beschikbarebudget niet kwijt, maar al een jaar later had elk schooldistrict inheel Japan projecten lopen. Ineens dreigde er een tekort!”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK