Hoger onderwijs moet toegankelijk blijven

Nieuws | de redactie
11 februari 2011 | "Selectie moet méér zijn dan de deur met een klap dichtgooien", stelt Hanze-voorzitter Henk Pijlman in reactie op Halbe Zijlstra. Dat OCW Veerman omarmt is mooi, maar gevaar dreigt voor de emancipatierol van het HBO.

 

 

Het kabinet omarmt het rapport van de Commissie Veerman. Dat ismooi en ook terecht. Veerman geeft een duidelijke route naarverbetering van hoger onderwijs en onderzoek in Nederland. Maar metdie positieve constatering alleen zijn we er niet. Er blijven weleen paar kwesties over waar het kabinet naar mijn mening moet komentot een bijstelling van de nu voorgestelde maatregelen. 

Toegankelijkheid voor wie zich inzet

Een belangrijk punt voor mij is de toegankelijkheid van hethoger onderwijs in Nederland. Voor mij is het uitgangspunt datiedereen met een mbo4 of een havo/vwo-diploma in principe rechtheeft op toegang tot het hoger onderwijs. Daar afstand van doen,haalt de waarde van de diploma’s meteen onderuit. Terwijl hetkabinet nu juist streeft naar de versterking van de centraleeindexamens. 

De staatssecretaris realiseert een doorbraak als hij bepleit dathogescholen en universiteiten de mogelijkheid moeten hebben om doorselectie studenten te weigeren. Dat hebben wij ook altijd gevraagd.Dat vraagt trouwens wel om uiterste zorgvuldigheid in de manierwaarop zo’n selectie plaats vindt.

Als studenten geen kans hebben, moeten we dat ook zeggen. Daarmoeten we eerlijk in zijn. Hbo’ers die met een propedeuse naar deuniversiteit willen, hebben geen kans van slagen. Maar selectiemoet tegelijkertijd ook méér zijn dan de deur met een klap dichtgooien. Laat het vooral het begin van een gesprek zijn overoplossingen en manieren om geconstateerde tekortkomingen aan tevullen. Een getalenteerde allochtoon met beperkingen in deNederlandse taal moet de kans krijgen dat bij te spijkeren.

Geef studenten de kans om met een summerschool of metgeselecteerde studiestof in de eigen tijd aan de slag te gaan. Datis meteen een goede test of studenten écht gemotiveerd zijn om hunachterstanden in te lopen. Mensen verdienen het om de kans tekrijgen zélf verkeerde keuzes recht te zetten of achterstanden inte lopen. 

Emancipatiefunctie onderwijs overeindhouden 

De toegang tot het hoger onderwijs die een havo/vwo-diplomabiedt, moet recht overeind blijven. Bijvoorbeeld om groepen metminder kansen toch een perspectief te kunnen blijven bieden. Eenmbo-er die buiten de kolom om naar het hoger onderwijs wil gaan,moeten we stimuleren en hulp bieden bij het realiseren van debijscholing die hij of zij nodig heeft. 

Die algemene toegankelijkheid moeten we in stand houden.Diploma’s geven nu het recht van toegang tot hoger onderwijs, datis echt iets anders dan een recht om mee te doen aan een selectie.Daar verzet ik me tegen, in het belang van de studenten van morgen.Mogen we ook die studenten steunen bij wie het misschien niet ééntwee drie aan komt vliegen? 

Het kabinet wil ook het hbo aantrekkelijker maken voor vwo’ers.Bijvoorbeeld door het mogelijk te maken dat vwo’ers in drie jaarhun bachelor afronden en vervolgens bekostigd hun master erachteraan kunnen doen. Uitstekend. Maar die maatregel heeft ook eenonbillijke kant; voor de havist die vier jaar over zijn bachelordoet en daarna aan zijn master begint, zou de hogeschool op diemanier geen bekostiging krijgen. Uiteraard willen we daar ookbekostiging voor; gratis onderwijs bestaat nog steedsniet. 

Titulatuur 

De staatssecretaris verdient een pluim voor het gelijktrekkenvan de titulatuur. Eindelijk een bewindsman die vanuit een Europeesperspectief naar het onderwijs kijkt. Die beseft dat dit in hetbelang van de afgestudeerden is. Nederland is niet een afgeslotengebied met een hek erom heen; we maken deel uit van eeninternationale (arbeids)markt. Nederlandse afgestudeerden krijgennu een titulatuur die gelijkwaardig en vergelijkbaar is met watgangbaar is in Europa. 

Kwaliteit kost geld 

Het kabinet wil de profilering van instellingen bevorderen.Onder meer met het instrument van de missiegebonden financiering.En als extra daarbij: een prestatiebekostiging waarbij er een bonusmogelijk is als de hogeschool op de gekozen onderdelen goedpresteert. Ik vind dat zo’n model interessante mogelijkheden biedt.Maar ik maak daar wel twee kanttekeningen bij. 

Het denken houdt nooit op, maar hoe consistent ben je als je netop 1 januari 2011 een nieuw gewijzigd bekostigingssysteem vankracht hebt laten worden en na een maand alweer het voorstel doetom de zaak overhoop te halen? Als het Staatssecretaris ernst is metdie prestatiefinanciering met een bonus, dan meld ik me bij dezeaan voor een stevige pilot. Maar wel met een keiharde voorwaarde.Die extra beloning moet ook echt extra geld zijn.

De Staatsecretaris heeft tot op heden alleen met geld gegoochelddat al in het onderwijs zat en heeft de sector sigaren uit eigendoos gepresenteerd. Kwaliteit kost geld. Zo simpel is het. Nieteerst 390 miljoen bezuinigen en dan van wat er overblijft weer eenstuk afsnijden om deze prestatiefinanciering mogelijk te maken. Ifyou pay peanuts, you get monkeys. Mag het investeren in hetonderwijs nu beginnen? Tijdens de verkiezingscampagnes waren departijen het op dat punt immers roerend eens. 

Henk Pijlman, Voorzitter College van Bestuur,

Hanzehogeschool Groningen.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK