Niet spelen met vuur!

Nieuws | de redactie
27 september 2011 | Terwijl de wereldeconomie wankelt, dreigt felle strijd binnen de Europese Centrale Bank. Levensgevaarlijk voor de euro, stabiliteit en welvaart. “Niet spelen met vuur!” schrijft topeconoom Sylvester Eijffinger (UvT).

Er hebben zich binnen ECB grote veranderingen voorgedaan. Oudeanti-inflatie haviken hebben afscheid genomen en zijn vervangendoor bestuurders die zich nog moeten bewijzen. Juist in tijden vancrisis moet een centrale bank als de ECB niet spelen met vuur,volgens prof. Sylvester Eijffinger en UvT-promovendus Edin Mujagic, deauteur van ‘Tien jaar euro: biografie van een jongewereldmunt’.

Een ware euro-revolutie

“Deze crisis brengt met zich mee dat de ECB onconventionelemaatregelen moet nemen. Totdat het noodfonds EFSF operationeel is,moet de ECB deze taak op zich nemen, als brugfaciliteit.” Dat zeide nieuwe DNB-President Klaas Knot in een interview in NRCHandelsblad. Dat de ECB moet handelen omdat de bank de enigeEuropese instelling is die snel kan optreden en de middelen daartoeheeft, onderschrijft iedereen.

Het probleem is alleen dat zoals zo vaak, ook voor dit optredenvan de ECB geldt dat er geen ‘free lunch’ bestaat. De onbedoeldeschade die door deze handelwijze wordt veroorzaakt lijkt in ditgeval de onafhankelijkheid van de centrale bank te zijn. Dat iszeer zorgwekkend omdat een onafhankelijke centrale bank eencruciale voorwaarde is voor prijsstabiliteit in een land ofmuntunie.

Veranderingen in de wereld van centrale banken zijn bijna altijdevoluties geweest. Het besef dat het beleid gericht moet zijn opprijsstabiliteit ontstond gedurende minstens een heel decennium.Dat de centrale bank onafhankelijk moet zijn van de politiek, omdatdat de beste garantie is voor lage inflatie zonder dat dat tenkoste gaat van economische groei en werkgelegenheid, vergde zelfsnog meer tijd. De afgelopen maanden voltrok zich echter in deeurozone een ware revolutie op dat gebied in de eurozone.

‘Haviken’ en inflatie-‘duiven’?

Binnen minder dan vijf maanden heeft de Europese Centrale Bank(ECB) met het vertrek en aftreden van de Duitsers Axel Weber enJurgen Stark en de Nederlander Nout Wellink, drie centrale bankiersverloren die koste wat kost inflatie altijd laag willen houden ende onafhankelijke positie van de centrale bank met verveverdedigen. Het vertrek van dat trio an sich heeft deonafhankelijkheid van de ECB, De Nederlandsche Bank en de DuitseBundesbank niet heel veel aangetast. De schade is vooral ontstaanmet de benoemingen van de vervangers van dat trio.

Klaas Knot, opvolger van Wellink, was daarvoor een van debelangrijkste adviseurs van de minister van Financiën en moest dusletterlijk van de ene dag op de andere bereid en in staat zijn zichvan die minister niets aan te trekken. De president van de DuitseBundesbank is altijd een doorgewinterde en onafhankelijke persoongeweest. Sinds kort zwaait de relatief jonge Jens Weidmann er descepter, die voor die baan de naaste economisch adviseur was vanbondskanselier Angela Merkel. Jorg Asmussen, die zeerwaarschijnlijk Jurgen Stark zal opvolgen als het Duitse lid van hetdagelijkse bestuur van de ECB, is een carrière-ambtenaar enpoliticus en verhuist naar Frankfurt vanuit de stoel vanstaatssecretaris van Financiën in Berlijn.

Inflatie alleen uit boeken gekend

Dit allemaal betekent niet dat Knot, Weidmann enAsmussen naar hun voormalige bazen zullen luisteren. Maar dekans dat ze zich veel minder streng zullen opstellen ten aanzienvan de onafhankelijke positie van de centrale banken enanti-inflatie beleid dan het Weber, Stark, Wellink-trio. Knot,Weidmann en Asmussen zijn stuk voor stuk jonger dan 45. Zij hebbennooit een periode van hoge inflatie meegemaakt en weten alleen uitboeken hoe erg hoge inflatie is en dus hoe belangrijk eenonafhankelijke centrale bank is.

Zij zullen wel, door de collectieve geschiedenis van hun landen,meer anti-inflatie ECB-bestuurders zijn dan hun collega´s uitandere eurolanden, maar dat verandert niets aan het feit dat degroep binnen het ECB-bestuur die per definitie anti-inflatie is ende onafhankelijkheid van de centrale bank hoog in het vaandel heeftstaan, behoorlijk verzwakt is. Dit heeft als belangrijke implicatiedat de balans in de raad van bestuur van de ECB verschoven is naarde Zuid-Europese landen. Die hebben het met de inflatievoorkomingen -bestrijding in het verleden veel minder nauw genomen.

Als klap op de vuurpijl neemt over enkele weken de ItaliaanMario Draghi de functie van de President van de ECB over van deFransman Jean-Claude Trichet. Bij de bereidheid van Draghi omaltijd en koste wat het kost voor prijsstabiliteit te kiezen zijnvraagtekens te zetten. Als voormalig bankier en voorzitter van deFinancial Stability Board (FSB) zal Draghi eerder geneigd zijn tekiezen voor financiële stabiliteit dan voor monetairestabiliteit.

Slechte timing

Die verzwakking van het deel van het bestuur datonafhankelijkheid van de centrale bank koestert boven alles eninflatie als dé vijand ziet, en dus verschuiving van de balans inhet ECB-bestuur, komt op het slechtst denkbare moment. De huidigeeconomische crisis is geen huis-, tuin- en keukencrisis maar isveel eerder als een hevige aardbeving te zien waarna het landschaper ingrijpend anders uit komt te zien. De wereldeconomie gaat dooreen structurele verandering door.

Het belang van onafhankelijkheid neemt toe in tijden vanspanning, omdat juist dan de overheden extra hard proberen decentrale bank te beïnvloeden. Aangezien de problemen in de eurozonenog lang niet opgelost zijn, de overheidsfinanciën in steeds meerlidstaten in grote problemen komen en de economische groei nogjaren laag lijkt te zullen zijn, is de onafhankelijkheid van de ECBnu belangrijker dan ooit tevoren.

Juist nu is het van allergrootste belang dat belangrijkecentrale banken, zoals de ECB, bemand zijn met bestuurders die luiden duidelijk ´nee´ kunnen en willen zeggen tegen de politiek. MetWeber aan het roer van de ECB, zoals het de bedoeling is geweest,Stark aan zijn zijde en Lex Hoogduin als President van DNB, zoalsDNB had gewild, was er geen twijfel over mogelijk dat dat het gevalzou zijn.

Met Knot, Weidmann en Asmussen kan dat wellicht op den duur ookhet geval blijken te zijn. Het probleem is alleen dat zij datvertrouwen zullen moeten verdienen. En aangezien vertrouwen te voetkomt, zal voorlopig de conclusie niet anders kunnen zijn dan dat deontwikkelingen van de afgelopen tijd er sterk op wijzen deonafhankelijkheid van de centrale banken van de politiek één van deslachtoffers is van de huidige financiële en economischecrisis.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK