Overleeft Europa dit weekend?

Nieuws | de redactie
20 oktober 2011 | De komende dagen staat de toekomst van de Euro en Europa op het spel. Het verhaal van Farid Tabarki (Studio Zeitgeist) op de 'denkers-eurotop’ van Friends of Europe had daar veel impact: “We leveren allang Europeanen af, maar we doen er niets mee.”

U lees het betoog van Farid Tabarki op de conferentie vanFriends of Europe hier:

 

“De crisis van de EU is niet alleen maar een financiële of eenpolitieke. Voortdurend horen we – ook hier vanmorgen in het betoogvan president Barroso bijvoorbeeld – de term ‘trust’. Terecht. Hetis immers vooral ook een vertrouwenscrisis, binnen Europa inelkaar, maar ook in onszelf.

Om die crisis te begrijpen, moeten we ons herinneren waarom we’Europa’ ook al weer hadden. Zijn we dat aan het vergeten?Verliezen we niet zulk vertrouwen doordat we ‘the memory ofpeoples’ verwaarlozen.

Europa als vredesproject

Europa begon als een vredesproject. Door het bij elkaar brengenvan de productie van basics als kolen, staal en voedsel, werdenoude spanningslijnen overschreden. Grenzen die verdeelden vielenweg. De opbrengst daarvan in 2011 is niet niks.

We zijn inmiddels met 27 en meer landen die op deze basis samenverder willen en de integratie daarvan raakt bijna alles in onsdagelijkse leven en werken. Europa is zeer welvarend geworden,rijker in kennis en in goederen dan ooit iemand in de geschiedenisis geweest. We zijn slimmer dan ooit en dat niveau van rijkdom gaatal 50 jaar alleen maar omhoog, nu ook in de nieuwe lidstaten sterkmerkbaar.

We zijn zo slim en rijk dat we meer ‘brains’ en meer handennodig hebben dan gedacht. Daarom zijn stromen mensen hier heengekomen om daar hun kansen bij te pakken. Ook de migratiestromenzijn een onmiskenbaar signaal hoe welvarend en attractief Europa isgeworden.

Een prima CV

Het ‘project Europa’ krijgt voor zijn examen een goed cijfer almet al. Een 8-, zoiets. En nu? Diploma gehaald, examen geslaagd,maar wat doen we eigenlijk met dat papiertje?

De onhelderheid van dat vervolg valt nogal op. Wat ontbreekt iseen nieuw verhaal, dat volgt op het ‘we willen vrede’- verhaal uitde jaren 50. Het valt achteraf op dat de val van de muur en deopening naar Oost-Europa na 1989 dat nieuwe verhaal niet bleek tezijn. Wat toen gebeurde was een onverwachte afronding van wat deUnie in de jaren daarvoor zelf al had voorbereid. Daarom kon hetVerdrag van Maastricht ook zo snel tot stand komen op dat moment.Men kon in hoog tempo het Europa uitvoeren dat al klaarlag. Dat iseen grote prestatie geweest, maar het was niet een nieuw Europeesproject.

Anders gezegd: het vredesproject is gedaan, het is als eenbereikt resultaat dat je op je Curriculum Vitae zetten mag. Maardat is niet hetzelfde als de volgende stap in het leven die je metzo’n mooi CV wilt kunnen zetten.

Wat is dat nieuwe ‘narrative’ van Europa? Voor mij zijn dat demogelijkheden die Europa biedt voorbij dat CV. Wat biedtEuropa zijn burgers eigenlijk, dat wordt de kernvraag.

Europa is lastig

De culturele, sociale en economische realiteit van deze tijdvertoont naar Europa een heel opmerkelijke paradox. We leven in eeneconomie en cultuur die zeer snel decentraliseren, alles kan insteeds meer maatwerk en over alle grenzen heen georganiseerdworden. Dat geeft veel ruimte voor zelforganisatie van burgers enhun verbanden, inclusief hun bedrijven. En het zorgt voor veel meertransparantie, informatie door benchmarking, open data en source endergelijke. Deze ontwikkeling is wereldwijd, is tech-driven envooral ook citizen-driven.

De paradox is dat we juist nu Europa en Europees beleid zolastig vinden. Dat is paradoxaal want vergeleken met nationaalbeleid past Europa hier veel beter bij. De programma’s van de EUzijn meestal veel meer decentraal in de uitvoering, zijn meerhybride, multidisciplinair en vaak ook veel transparanter. Opnationaal niveau hoor je daarover echter precies hetomgekeerde.

Dat contraire beeld is bekend. Europa is vol centralistische,ondoorzichtige, onduidelijke geldpotten. En dat geld, die aandachtuit dat beleid, gaat overal heen, maar niet naar ons hier in onsland. Dit is een negatieve ‘framing’ van Europa, die door nationalepolitici wordt gebruikt zodra er een zondebok nodig is voor lastigedilemma’s. Dat is allemaal heel begrijpelijk natuurlijk. Maar hetveroorzaakt een enorm legitimiteitsvraagstuk.

Ondergraving van de legitimiteit

Overigens, een andere variant komt ook veel voor. Nationaalbeleid voegt regelmatig allerlei details of dure extra’s toe aanEuropese afspraken en zegt dan tegen burgers: ‘helaas, dat moet zovan Brussel.’ Beide formats zijn een spelletje van nationaalegoïsme, waarin men elkaar bewust steeds de halve waarheidvertelt.

Dit ondergraaft de legitimiteit van zowel wat we samen moetendoen in Europa, als wat nationale politici zelf doen. Burgers wetendat die halve waarheden niet kloppen, ook als ze de specifieke,bestuurlijk finesses misschien niet kennen. Ze vertrouwen hunpolitici ook niet als deze zeggen: ‘laat liever aan ons over danaan Brussel.’ Dat ervaren de politici in deze maanden nogalduidelijk. De legitimiteit van echt zware ingrepen hebben zij zozelf ernstig aangetast.

Er is rond de legitimiteit van Europa inmiddels nog een tweedeparadox ontstaan. Dat is die van de verwachtingen van burgers.

Ons geld gaat naar de Grieken

Ik heb de voorbije maanden een documentaire mogen maken in demeest Europees gelegen provincie van Nederland: Limburg. Iedereendaar wil met zijn bedrijf kunnen werken met Poolse arbeiders.Iedereen daar is vurig voor grensoverschrijdende aanpak vancriminaliteit. Geen wonder als je de kaart van Limburg ziet. En dekiezers daar maakten vervolgens een anti-Europese,rechts-populistische partij de grootste. Legt u dat maar eensuit…

Vanuit het nationale ‘frame’ gedacht, is het basisgevoel vanvele burgers herkenbaar. Men meent dat de aandacht en het geld vanEuropa vooral voor anderen beschikbaar is. ‘Ons geld gaat naar deGrieken’, moppert iedereen nu uiteraard. Het gaat dus vooral nietnaar ‘ons’, het dorp hier , de school, ons bedrijf. Als we ditserieus willen nemen, dan zul je dit basisgevoel moeten aanspreken.Verwijzing naar het vredesproject en andere mooie onderdelen vanhet CV van Europa roept alleen maar de vraag naar het ‘en dan?’weer op. Bovendien kun je dit nationale politici niet laten doen.Zij zijn de eigenaars van dat frame en hebben daar ook hun eigenlogica, en een eigen agenda bij. Die zullen zij noodgedwongenwillen vasthouden.

Roads not taken

Hoe lukt ons dit dan toch? Ik zie drie nog veel te weinigbewandelde wegen daarheen, drie ‘roads not taken’.

1.)    Herformuleer het debat. Wij hebben inNederland samen met MTV en   Coolpolitics verschillendedebatuitzendingen gedaan met toppolitici en jongeren. Die kozensteeds als invalshoek: in wat voor Europa of Nederland leven weeigenlijk over twintig jaar? Wat wilt u dat er dan gebeurt enwaarom?

Het blijkt dat het moed vergt om de hang naar visie onderjongeren ook echt te beantwoorden. Je komt als politicus ofbestuurder dan namelijk niet meer weg met dat ene halve verhaalover Europa, zodra dit de agendavragen zijn. Het hele verhaal komtop tafel. Dit herformuleren van het debat zul je dus voortdurendmoeten doen.

Aan ‘het publiek’ blijkt het niet te liggen. Dat wil juist een’new narrative’ dat niet alleen maar het CV van Europa voorleest.Wat mij dan wel tegenvalt is de beschikbaarheid van mensen die zo’nverhaal willen en kunnen vertellen. De neiging om snel in denationale kramp of in de verdediging en uitleg van het bereikte teschieten is groot.

2.)    Eén groep is hier wel heel opvallendafwezig gebleven. Waar waren de ‘captains of industry’ de afgelopendrie of vier jaar eigenlijk? Niemand zei toen Denemarkengrenscontroles wilde herinvoeren dat zoiets waanzin was. Midden inde crisis bleef men doodstil, op een enkele lobby-woordvoerderna.

Dit kan natuurlijk niet. Het bedrijfsleven zal moeten latenhoren hoe zij verder willen met het Europees project. Zij zijn nietverstrikt in die nationale logica en het negatieve frame uitpolitiek zelfbehoud. Op dit moment, drie seconden voor twaalf, hoorje af en toe enkele geluiden.

3.)    We moeten veel scherper beseffen dat weallang ‘intrinsieke Europeanen’ zien ontstaan en om ons heen zienleven. Onze scholen, universiteiten, hogescholen leveren hen allangaf. Zeker onder de migrantenjongeren is het besef van de kansen opontplooiing in Europa zeer groot. Met deze ‘intrinsieke Europeanen’gebeurt weinig of niets. Uitwisselingsprojecten zijn mooi, maarhoren bij het oude CV. Deze ‘intrinsieke Europeanen’ blijvenafwezig in de discussie over het ‘new narrative’. Ook dit moet jeweer niet vanuit de nationale politiek verwachten, omdat deze inhaar eigen logica vastzit, ook ten opzichte van deze jongeren enhun ontplooiing.

Europa’s volgende tentamen

Het komt er dus op neer dat Europa, zoals elke scholier ofstudent, moet beseffen: ‘wat is mijn volgende tentamen? Welkdiploma wil ik nu nog halen voor mijn toekomst, mijn ambitie, mijnontplooiing?’ We moeten daarom ontsnappen uit de manier vandiscussiëren over vragen als ‘is Europa wel geslaagd?’ HetCurriculum Vitae van Europa is al gevuld. Het is vooral verwarrendals steeds weer teruggegrepen wordt op een soort defensieve krampvan het bereikte.

In die val trappen veel te veel bevlogen Europesevertegenwoordigers. Ze bevestigen dan tot hun eigen schrik vaak hetnegatieve ‘frame’ in de nationale politiek. En zo slagen we ersteeds niet in de discussie te laten gaan over het ‘new narrative’,voorbij het CV van de Unie. Het is dus inderdaad meer dan eenschuldencrisis, het gaat inderdaad om ‘trust’.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK