Stapel op Inholland?

Nieuws | de redactie
2 november 2011 | Twee geruchtmakende zaken dwingen tot zelfonderzoek. Maar zowel verschillen als verrassende overeenkomsten tussen ‘Stapel’ en ‘de Theoroute’ maken obligate reacties onvruchtbaar. Hoe zit het met de kwaliteitscultuur in WO en HBO? Waarom pakken universiteiten hun affaire zo anders aan dan het HBO? En werkt dat?

Wie dachten dat onzuiver handelen of sjoemelen met gegevens eenzaak was van het HBO en gebreken in de kwaliteitszorg vanopleidingen daar, die is dezer dagen aardig ontnuchterd. Dereacties vanuit het WO lieten merken hoe zeer men daar intern aanverbijstering ten prooi was over het gedrag van professor Stapel.Het kan dus de besten overkomen en het vraagt dus diepgaandedoordenking.

Korte termijn geheugen

Op enkele punten van de verschillende affaires zijn wel alvergelijkende observaties te maken. Zo is te merken dat hettijdsperspectief in de analyses en berichtgeving soms erg kort is.Over Stapel werd bijvoorbeeld gezegd, dat dit een fraudezaak wasvan ongekende, historische omvang. Hoe akelig ook, met name voorpromovendi van de man als de recent nog bekroonde Yana Avramova, de zaak rond professor Buck diemeende dat hij een genezing van Aids kon voorspiegelen envervolgens door  de mand viel, was toch wel een graadjeernstiger gelet op de maatschappelijke impact en wanhoop rond dieziekte in die nog recente jaren.

Datzelfde geldt voor de ‘Theo-route’ bij Inholland. Hoe verkeerdook, het aantal betrokken examentrajecten valt in het niet bij deomvang van ‘de Vlaamse carrousel’ die rond 2000-2002 in dezogeheten HBO-fraude naar buiten kwam.

Tilburgse hoogleraar, Duitse minister

Waar Stapel nog het meest aan herinnert is Karl-Theodor Freiherrzu und von Guttenberg. De charismatische Duitse ministerleek alles te kunnen, iedereen te overtuigen, een stralendetoekomst als opvolger van Merkel te hebben en ook nog te promoverenterwijl hij jong Kamerlid en bewindsman was. Toen zijn proefschriftin februari 2011 een knip en plakwerk bleek van artikelen vananderen en memoranda die ambtenaren voor hem hadden opgesteld,zette hij eerst een hoge toon op. Hoe durfde men zijn integriteitin twijfel te trekken?

Vervolgens hield hij een verhaal à la Stapel: hij wilde ook “teveel tegelijk” en had niet willen inzien dat promoveren en regerenen een jong gezin niet samen gingen. Uiteindelijk moest hijopstappen en zijn universiteit in Bayreuth zat met de gebakkenperen van het reputatieverlies.

Hoe pakt men signalen op?

Interessant is de manier waarop de betrokken instellingen en huntopmanagement zijn omgegaan met de signalen die niet meer teontkennen bleken. Bij Inholland werd een gesjeesde burgemeesterzonder HO-ervaring gevraagd de zaak uit te zoeken. Decollegevoorzitter concludeerde uit de analyse van zijn voormaligeambtsgenoot dat hem vrijsprak was verleend. Vervolgens bleken dekwestie en de beeldvorming niet meer te houden. Inspectie, NVAO,OCW en Kamer moesten erbij betrokken worden. De voorzitter van deHBO-raad zelfs in heel bijzondere, persoonlijke mate in zijnoversteek naar Inholland.

Bij de affaire-Stapel werd door de meest betrokken universiteit,die van Tilburg, een commissie onder leiding van een voormaligPresident van de KNAW aan het werk gezet. Zijn rapportage werd nietals meevaller gepresenteerd. Wel werd in de publieke reflectiesvanuit de universiteit, de VSNU en KNAW een eenduidige boodschapverkondigd: het is vreselijk en het is een aberratie door éénontspoorde geleerde. De opmerkelijke, mediamiek vaak actievepersoon van professor Stapel maakte deze invalshoek ook goedhanteerbaar naar de media en de buitenwacht.

De aanpak bij Inholland leek vervolgens wel wat op de impact nubij het wetenschapsgebied van de sociale psychologie. In beidegevallen groeide al snel een kop-van-jut-gevoel. Men voelde het alsonrecht dat de indruk gewekt was dat iedereen die aan diehogeschool of met dat vakgebied verbonden was zich moest schamen ofdoelwit van grappen kon worden. Doekle Terpstra gebruikte hiervoorde zinsnede “Inholland is een metafoor geworden.”

Fundamenteel herzien

Tegelijk is merkbaar, dat men in beide gevallen zo snel mogelijkuit de sfeer ontsnappen wil van een opgefokte casuïstiek. BijInholland wordt de analyse van de inspectie benut om de internefocus op de kwaliteit van het onderwijs fundamenteel teherzien.

Het rapport-Levelt biedt een reeks indringende aanbevelingen aande universiteiten voor de interne mechanismen rond dataverwerkingen kennisdeling, waar men niet alleen in Tilburg of Groningen meeaan de slag zal moeten. Zo is het van belang dat rond detransparantie van datagebruik heldere afspraken bestaan, waar menintern de onderzoekers en partners van buiten aan kan houden. DeKNAW heeft het vorige kabinet hier al op gewezen, verwijzend naarde nog relatief ‘lichte’ aard van de VSNU-gedragscode.

Kwaliteitscultuur: durf heel kwetsbaar tezijn

Meer in den brede maken de perikelen in HBO en WO duidelijk, datformele procedures en nadruk op detailcontrole op zichzelf geencultuur van kwaliteitsbesef en interactie daarover bevorderenbinnen instellingen van onderwijs en onderzoek.

“De durf om heel kwetsbaar te zijn bij de blik op kwaliteit enprestaties is ook een kracht van ons stelsel,” zei NVAO-voorzitterKarl Dittrich al in zijn voorzet voor het VSNU-café van 23 junijongstleden.  Gelet op de HBO-perikelen moest het WO juist nu”de kwaliteitscultuur intern stimuleren, ik vind dat hetallerbelangrijkste dat er is!”

Dittrich zal dit thema – actueler dan ooit voor zowel HBO als WOnu – verder uitdiepen in zijn bijdrage aan het Nationaal HogerOnderwijs Congres op 29 en 30 november. De vraag naar de omgang metkwaliteit en borging daarvan zal tevens aan de orde komen in deinbreng van Rick Steur, de hoofdinspecteur Hoger Onderwijs, die deblik vanuit de Inspectie van het Onderwijs zal richten op het themakwaliteit in het HO.

Leren van Inholland

Inholland-bestuurder Lieteke van Vucht Tijssen -op 2 in deScienceGuide Top 10- zal bij deze gelegenheid in debat gaan overhaar ervaringen, zorgen en vertrouwen bij het saneren van dezehogeschool. Van Vucht Tijssen heeft zich in haar rol alsinterim-bestuurder volledig gericht op het weer op orde krijgen vanhet onderwijs binnen de hogeschool. Juist op de kwaliteit en deuitvoering daarvan was de kritiek zowel extern als intern zeerzwaar. Hoe pak je zoiets aan?

Hoe zorg je dat de docenten zélf weer de echte makers van hetonderwijs zijn? Hoe zorg je dat vertrouwen hersteld wordt en eenafrekencultuur voorkomen wordt? Hoe zorg je dat de goed lopende, desterke dingen in de hogeschool weer als ‘krachtbron’ van het geheelgaan werken? Over zulke cruciale vragen zal op het NHOC het debatmet haar gevoerd worden, in een context voor WO en HBO die actueleris dan ooit.

Meer informatie over het NHOC-congres vindt u hier. Aanmelden kan hier.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK