Wetenschap leeft van waarheidsliefde

Nieuws | de redactie
13 december 2011 | “Sjoemelen met cijfers is niet integer”, duidelijker kan de norm niet gesteld, aldus prof. dr. Kees Schuyt van de Commissie Wetenschap, Ethiek en Integriteit van de KNAW tijdens het VSNU-Café. Er gingen wel stemmen op om de Gedragscode voor Wetenschapsbeoefening een APK te geven.

De controverse rond de Stapelfraude heeft de discussie overwetenschappelijke integriteit doen oplaaien. “De wetenschappelijkewereld is veranderd. Prestige en roem spelen een steeds grotererol. Daar hou ik m’n hart voor vast”, was oud-TU Delft-rector prof.dr. ir. Jacob Fokkema enigszins somber over de toekomst van dewetenschapsbeoefening.

De tafelgenoten van Fokkema benadrukten niettemin dat er sprakeis van een uitzonderlijk incident. “Deze vervelende gebeurtenis isgeen enkele aanleiding te denken dat er over de gehele linie sprakeis van vervalst onderzoek”, vond Schuyt. Prof. dr. Wiek van Gilstvan het Nederlands Hart Instituut benadrukte dit. “We moeten welalerter zijn, maar je kan het gewoon niet altijd voorkomen.”

Volgens Van Gilst zijn uitwassen als de Stapelfraude eenonderdeel van de maatschappij. “Kijk bijvoorbeeld naar Madoff, datis in principe de bancaire Stapel.” De directeur van het HartInstituut drong wel aan op steviger protocollen om met dit soortincidenten om te gaan. “Nu is toch sprake geweest van grote paniekin bestuurskamers. Dat moeten we voor zijn in de toekomst.”

Co-auteur Stapel bestaat niet

Over de affaire Stapel waren de sprekers het eens dat er in zijnwetenschappelijke loopbaan grote fouten zijn gemaakt, niet alleendoor Stapel zelf. Schuyt: “Ik ben nog nooit in m’n eentje naar hetonderzoeksveld gegaan. Toen Stapel alleen naar die scholen ging,had dat al belletjes moeten doen rinkelen.”

De voorzitter van de commissie die de wetenschappelijkeintegriteit onderzoekt voegde daar nog een saillant gegeven aantoe. Eén van de reden dat Stapel zo lang door kon gaan, was volgensSchuyt dat zijn artikelen nauwelijks gelezen werden. “Heel veelmensen hebben die artikelen niet gelezen. Eén van de co-auteurs vanStapel bestaat ook niet.” Het effect daarvan was dat datareeksendie hij benutte ook in die artikelen nauwelijks werden gechecktdoor vakgenoten.

Dat de datasets van Stapel niet bekeken mochten worden door zijnpromovendi vindt Schuyt frappant. Uit de kwestie Stapel blijkt datde rolverdeling tussen promotor en promovendus in dit specifiekegeval verkeerd was. Van Gilst: “De rolverdeling van meestertegenover gezel wordt geromantiseerd.” Voor SP-Kamerlid Jasper vanDijk reden om op te roepen tot een ‘laagdrempeligvertrouwenspersoon’. Een oproep die, zo blijkt uit de zaal, reedsis opgepakt door het Promovendi Netwerk Nederland(PNN).

SP-Kamerlid Jasper van Dijk

 

Aanklacht tegen de wetenschap

Dr. Barend van der Meulen van het Rathenau Instituut kan zichvinden in plannen als die van het PNN. “De normen zijn helder, maarwe moeten de organisatie zo creëren dat duidelijk is wat je kuntdoen om dit soort incidenten te voorkomen.” Volgens Schuyt zit hemin de organisatie nu de zwakte. “Als je kijkt naar Stapel,wetenschappelijke fora merken het niet op. Het plagiaat is doorjournalisten ontdekt, dat is een regelrechte aanklacht tegen dewetenschap.”

Volgens Van der Meulen werkt het peer-review systeem vanwetenschappelijk tijdschriften onvoldoende. Het niet bestaan vaneen co-auteur was daar al een pijnlijk signaal van. Een datamanagerin iedere wetenschappelijke organisatie zou daar uitkomst in kunnenbieden stelt Schuyt. “Geen artikel de deur uit als het niet dooreen datamanager gecontroleerd is.”

Een APK voor de gedragscode

Op de vraag naar concrete verbetermogelijkheden en preventiekwamen een reeks suggesties boven tafel. De vertrouwenspersoon, alsgeopperd door PNN en het aanstellen van een datamanager om tebeginnen. Maar er waren nog meer concrete punten.

Verschillende suggesties die uit de zaal kwamen: internaliseringvan de strenge normen, elk onderzoeksteam een open discussie overhoe je concreet met onderzoek omgaat.

In dat verband werd benadrukt dat de wetenschappelijke gedragscode van de VSNU op zich voldoet, maardoor de toegenomen complexiteit van wetenschapsbeoefening een APKzou kunnen gebruiken. Sijbolt Noorda toonde zich gelukkig met zulkeconcrete handreikingen. “Ieder nadeel heeft z’n voordeel. Het isgoed dat we nu dit soort gesprekken hebben.”

Oud-rector TU Delft prof. dr. ir. Jacob Fokkema

Ook het bestraffen  van fraudeurs kwam aan bod. In depraktijk blijkt het echter soms lastig tegelijk aandacht teschenken aan zorgelijke signalen en te voorkomen dat medewerkerszonder goede onderbouwing aan de schandpaal worden genageld. Eén vade ervaren hoogleraren uit de zaal, die ook als vertrouwenspersoonoptreedt gaf daar wel een waarschuwing uit de praktijk. “Niet alleklagers zijn zelf integer. Klagers willen soms zelf ook bloed aande paal.”

Schuyt stelde ten slotte dat dreigen met straffen geen soelaasbiedt. “We hebben uit de criminologie voldoende bewijs dat hetmensen niet afschrikt die echt kwaad willen.”  Internaliseringvan de normen was volgens de KNAW-commissievoorzitter waar het echtom draait. “Handhaaf de strenge normen, absolutewaarheidsliefde  moet altijd het uitgangspunt zijn van dewetenschap.”

Het VSNU-Café vond op 8 december plaats in Café Dudok te DenHaag


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK