Stromen van kennis tussen hogeschool en praktijk

Nieuws | de redactie
9 februari 2011 | Hoe gaan hogescholen om met het vrij beschikbaar stellen van onderzoek? In ‘Stromen van Kennis’ geven lectoren, docenten en studenten hun visie op kennisdeling. Doekle Terpstra (Inholland) schrijft over een toekomst vol Open Access en Open Educational Resources, maar waarschuwt ook.

In 2009 tekende Doekle Terpstra namens de HBO-raad de ‘BerlinDeclaration on Open Access’. Daarin geven de hogescholen aan zichte zullen inzetten voor het vrij beschikbaar stellen van hunonderzoeksresultaten. De behoefte aan vrije toegang tot kennis isgroot. Zowel omdat praktijkgericht onderzoek een directe link heeftmet de samenleving, maar ook omdat er steeds meer praktijkgerichtonderzoek verschijnt.

De publicatie ‘Stromen van Kennis’ van SURFshare besteedt nietalleen aan aandacht aan kennisuitwisselingsdiensten als deHBO-Kennisbank, maar biedt tevens analyses uit het veld over opentoegang en de stroom van kennis tussen onderwijs, onderzoek enpraktijk, tot de kwaliteitsbeoordeling en auteursrechtelijkeimplicaties.

Hieronder leest u het volledige openingsartikel van depublicatie over Open Access in het HBO, geschreven door DoekleTerpstra en Johannes van der Vos. ‘Stromen van Kennis’ kunt u inzijn geheel hier downloaden.

Open Access in het HBO: OA Modus 2.0?

‘Binnen de kennisdriehoek (onderwijs, onderzoek en praktijk) zoukennisuitwisseling, en dus Open access, de norm moeten zijn. Maartussen droom en daad staan vaak praktische bezwaren… ‘Modus 2’biedt mogelijk soelaas. De kennissamenleving waarin wij leven isbij uitstek een open samenleving. Een samenleving waarinnieuwsgierigheid centraal staat.

Vrij beschikbare kennis vormt de brandstof voor voortdurendeinnovatie ten behoeve van welvaart en welzijn. De hogescholenacteren in deze kennissamenleving niet alleen als hogeronderwijsinstelling maar in toenemende mate ook alskennisinstelling. Open Access is voor de verdere ontwikkeling vanbeide taken van groot belang.

Hogescholen en de beroepspraktijk zijn de belangrijkstespelers

Hogescholen verzorgen hoger beroepsonderwijs, doenpraktijkgericht onderzoek en zorgen voor kennistoepassing eninnovatie in de beroepspraktijk. Ze doen dit niet op eigen houtjemaar in samenwerking en interactie met hun omgeving. Deberoepspraktijk, of het nu om bedrijven of om instellingen in depublieke sector gaat, is de voornaamste partner van het hbo. Debekende kennisdriehoek (onderwijs, onderzoek en praktijk) staat danook centraal in het dagelijks werk aan de hogeschool. Veel kenniskomt via hogescholen (studenten, docenten en lectoren) de praktijkbinnen (en vice versa) maar van een echte gedeelde body ofknowledge met de beroepspraktijk is nog onvoldoende sprake.

Kennis is collectief eigendom

De huidige generatie studenten is gewend aan kennis eninformatie die vrij en via het internet beschikbaar is. HetNederlands Centrum voor Sociale Innovatie (NCSI) bracht een tijdjegeleden een publicatie uit over de ‘werknemer 2.0’, Is uworganisatie klaar voor Werknemer 2.0? Een van de genoemde kenmerkenvan de werknemer is dat hij of zij kennis als collectief eigendombeschouwt. Er wordt over het delen van kennis niet moeilijk gedaan,het is de norm. Het idee dat je kennis afschermt en achter slot engrendel stopt stamt voor deze werknemer uit een andere tijd.

Maar niet alle kennis is vrij toegankelijk

Het is dus duidelijk dat Open Access (het zonder beperkingenbeschikbaar stellen van onderzoeksresultaten) en deonderwijsvariant, Open Educational Resources, de toekomst hebben.Zowel studenten als jonge werknemers zien het als de norm, niet alsde uitzondering. Maar als we om ons heen kijken blijkt het toch nogniet zo eenvoudig te liggen. De grote uitgevers hebben hun peerreviewed tijdschriften achter digitale scheidingsmuren verstopt. Dewetenschappelijke artikelen komen pas na aanschaf van behoorlijkprijzige licenties voor studenten en medewerkers vankennisinstellingen beschikbaar. Het brede publiek, maar ookbijvoorbeeld het midden en klein bedrijf, heeft geen toegang. Ineen echte kennissamenleving is kennis voor iedereenbeschikbaar.

Stadia OA kennis hbo

Langzaamaan zien we – naast universiteiten en hogescholen – deuitgevers in beweging komen en de verwachting is dat op termijnandere verdienmodellen zullen ontstaan waardoor wetenschappelijkeinformatie vrijelijk gedeeld kan gaan worden. Probleem opgelost,zou je zeggen. Helaas, veel wetenschappelijk informatie is, ook alshet vrij beschikbaar is, nog niet geschikt voor direct (her)gebruikbij innovatie en toepassing. Juist door hun directe banden met depraktijk en hun toepassingsgerichte karakter zijn de hogescholen dekandidaat bij uitstek om praktijkgerichte kennis te produceren(onderzoek) en reeds bestaande wetenschappelijke kennis te vertalenvoor praktische toepassing (kenniscirculatie en valorisatie). Daaris wel een bredere toepassing van het begrip Open Access voornodig.

Ontwikkeling richting Modus 2kennisproductie

Vanuit verschillende hoeken is de zich ontwikkelendekennisfunctie  van hogescholen geduid als ‘Modus 2’kennisproductie: kennis die ontstaat in co creatie met stakeholdersen die vaak interdisciplinair van aard is. De kwaliteitsbeoordelingis een zaak van peers en praktijk, ‘extended peer review’. Modus 2kennis kent verschillende verschijningvormen waarbij hetwetenschappelijke artikel slechts een van de mogelijkheden is.Kennis en inzicht worden op diverse wijze met de praktijk gedeeldin presentaties, bijdragen aan tv, krant of radio, prototypes,publicaties in vakbladen, protocollen, adviezen etc., maar vooralook via het web.

Open Access is voor hogescholen het voertuig  om kennis tedelen, te laten circuleren maar ook  om samen met anderennieuwe kennis te creëren. Dit gebeurt in ‘echte’ of virtuelecommunities of practice (of mengvormen) zodat er in toenemende mateeen gedeelde body of knowledge ontstaat die zowel van de hogeschool(student, docent, lector) als van de beroepspraktijk is. Dezekennis zal altijd sterke Modus 2 kenmerken hebben. De invulling vande Open Access gedachte krijgt in het hbo dus andere accenten.Figuur 1 laat dat zien.

De gebruikelijke beweging met Open Access is van het kwadrant 1naar kwadrant 2. Voor de hogescholen zal het uiteindelijke doelkwadrant 4 zijn. Voor we daar zijn moet er nog veel werk verzetworden. De ondertekening door de HBO raad, eind 2009, van de BerlinDeclaration on Open Access was slechts een eerste stap.

HBO raad en hogescholen maken zich sterk voor OpenAccess

De komende jaren zullen de hogescholen hard aan de slag moeten.De landelijk dekkende infrastructuur van repositories moet verderworden ingericht en het aantal beschikbare kennisproducten moet inkwalitatieve en kwantitatieve zin omhoog. De veelbelovendevoorbeelden zijn er. Kijk maar naar het DIGIPUB project van deHogeschool Utrecht, TOEKOMST project van Inholland of het ‘OpenOnderzoek’ initiatief van het Lectorenplatform. De HBO raad, devereniging van hogescholen, zal zich in de toekomst sterk blijvenmaken voor Open Access. De hogescholen zullen hun bijdrage leverenaan een echte open kennissamenleving.’

Doekle Terpstra, Inholland en voormalig voorzitter van deHBO-raad
Johannes van der Vos, beleidsadviseur bij de HBO-raad


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK