Angst herkennen in het brein

Psychologisch onderzoek heeft al eerder aangetoond dat mensenemoties kunnen aflezen van lichaamshoudingen van anderen. Ook isbekend dat de herkenning van zo’n lichaamshouding niet noodzakelijkverloopt via het visuele bewustzijn. Patiënten die klinisch blindzijn, pikken namelijk toch informatie op uit lichaamshoudingen.
Bernard Stienen toont met zijn onderzoek aan dat ook bij gezondemensen het visuele bewustzijn niet noodzakelijk een rol speelt bijde waarneming van lichaamshoudingen. De cognitief neuropsycholoogin Tilburg verdedigt hierover zijn proefschrift op 1 februariverdedigt.
Plaatjes in elk oog apart
Hij gebruikte daarvoor een methode waarbij hij plaatjes vanbange, blije en boze lichaamshoudingen heel kort en samen met eenander niet relevant plaatje aan proefpersonen toonde, zodat ze dieniet bewust konden waarnemen. Ook liet hij proefpersonenverschillende plaatjes van lichaamshoudingen engezichtsuitdrukkingen tegelijkertijd in elk oog apart zien.
Uit de experimenten bleek dat mensen lichaamshoudingen goedkunnen herkennen en dat het hun gedrag beïnvloedt, ook als ze diehoudingen niet bewust waarnemen. Bovendien zien ze angstigelichaamshoudingen beter dan blije en boze wanneer ze tegelijkertijdin elk oog apart worden aangeboden.
Angst naar specifieke hersendelen
Door middel van een methode waarbij specifieke delen van dehersenen als het ware worden gedeactiveerd met behulp vanTranscraniële Magnetische Stimulatie (TMS), onderzocht Stienenbovendien hoe specifieke hersengebieden invloed hebben op debewustwording van lichaamstaal. Bij TMS wordt hersenactiviteitbeïnvloed door een korte onschadelijke magneetpuls waardoorhersencellen automatisch gaan vuren.
Uit onderzoek met deze methode bleek dat de hersenenlichaamshoudingen en gezichtsuitdrukkingen op verschillendemanieren verwerken. Het lijkt erop dat een bedreigendelichaamshouding wordt verwerkt door hersengebieden die vooralbetrokken zijn bij sociale communicatie.
Onze hersenen zijn dus extra gevoelig voor signalen van angst enbedreiging uit onze omgeving. De functie daarvan is dat we onssneller kunnen ori?nteren op mogelijk gevaar. Uit Stienensonderzoek blijkt dat we daarvoor ook de taal van het lichaam vanonze soortgenoten gebruiken.
