Sirius: cultuuromslag in excellent onderwijs

Nieuws | de redactie
6 februari 2012 | In 2009 is voor het eerst begonnen met de start van excellentieprogramma’s in het kader van Sirius. Uit onderzoek van de auditcommissie blijkt dat in 2011 een ‘cultuuromslag’ is ingezet. De commissie ziet echter nog wel ‘kinderziektes’ in veel van de programma’s.

“Mede dankzij het Sirius-Programma is het besef aan het groeiendat er een grote groep studenten is  die meer uitgedaagd kanen wil worden en zich nadrukkelijk wil onderscheiden,” stelt hetrapport van de auditcommissie over 2011. Toch zijn er nog zekerstappen te maken zo concludeert de commissie.

Verschil in HBO en WO

“Een kritische massa van het aantal studenten dat daadwerkelijkkiest voor deelname aan excellentieprogramma’s is echter wel nodigom de voor excellentie noodzakelijke cultuuromslag verder gestaltete kunnen geven.”

Uit het rapport blijkt dat zes instellingen die in 2009 in hetkader van Sirius begonnen met het aanbieden vanexcellentieprogramma’s inderdaad voorop lopen. “Zij zijn verder inprogrammaontwikkeling en kwantitatieve deelname dan de 14instellingen uit tranche 2. Instellingen uit tranche 1 hebben in2010-2011 de deelname van studenten met 20 tot 30 % zientoenemen.”

Omdat de instellingen uit de tweede tranche veel tijd nodighebben gehad, om excellentieprogramma’s inhoudelijk op te zettenzijn er hier, zo blijkt uit het rapport, nog geen grotekwantitatieve resultaten geboekt. Opvallend in beide tranchesblijft het verschil tussen WO en HBO. “Ook bij de instellingen uittranche 2 beschikken universiteiten over een (relatief) grotere deelname van studenten aan excellentieprogramma’s dan dehogescholen.”

Uitval is nog te hoog

De Sirius-auditcommissie constateert tevens dat er bij veelprogramma’s nog te vaak sprake is van uitval. “Deze varieert tussende 10 en 30%.” Het uitvallen heeft vaak te maken met “een te volleagenda onder studenten: juist de studenten in excellentieprogramma’s zijn ook vaak betrokken bij andere, extracurriculaire,activiteiten, waardoor ze hun excellentieprogramma voortijdigstaken. Ook zijn veel excellentieprogramma’s recent gestart enhebben te maken met kinderziektes.”

Omdat een excellentietraject nog geen vast onderdeel van deopleiding is, vorm stoppen geen belemmering voor de voortgang vande studie. Dit gegeven in combinatie met een vooralsnog nogonvoldoende zichtbare meerwaarde van excellentieprogramma’s kan ookeen reden voor de hoge uitval zijn.

De commissie adviseert dan ook dat “zowel voor studenten alsvoor het afnemend veld moet nadrukkelijker worden duidelijk gemaaktwat de meerwaarde is van het afronden van een excellentieprogramma.Hierbij dient ook meer aandacht te komen voor het meetbaar makenvan deze meerwaarde, bijvoorbeeld door middel van assessments,competentieprofielen en portfolio’s.” 

Personeelsbeleid inrichten op excellentie

In het eindrapport komt de auditcommissie met enkele concreteaanbevelingen. Zo moet onder meer de deelname aanexcellentietrajecten op termijn naar 10% van de volledigeHO-deelname en moet in het personeelsbeleid van instellingen”duidelijke aanzetten worden gegeven voor een visie op en eenuitwerking van (excellente) docenten die actief aan het excellentieonderwijs participeren.”

Daarnaast verwacht de commissie dat instellingen “blijven zoekennaar experimentele vormen van excellent onderwijs en de didactischeaanpak daarin. Voor de toekomst kan het ondermeer betekenen dat het”excellentiedenken? verder verbreed wordt, zodat meer studenten deuitdaging krijgen die ze aankunnen.” Ook moeten studenteninhoudelijke en adequate informatie krijgen over deexcellentieprogramma’s.

Het volledige rapport van de Sirius-auditcommissie leest u hier. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK