Amsterdam maakt academische alliantie
Deze vergaande samenwerking zal allereerst in de bètahoek wordendoorgezet. In het bijzonder bij de Faculteit Natuurkunde,Wiskunde en Informatica van de UvA en VU-bètafaculteiten,Aard- en Levenswetenschappen en Exacte Wetenschappen. Dit komtovereen met wat de collegevoorzitters van de twee instellingen alin februari 2010 tegen ScienceGuide zeiden.
Gebrek aan leiderschap
Men bouwt nadrukkelijk voort op de OECD-review van Amsterdam alskennisstad, die de hoofdstad begin 2010 met de neus op de feitendrukte. Het beeld dat uit deze review oprees is dat Amsterdam “eenenorm potentieel heeft. De concentratie aan hogeronderwijsinstellingen en kennisinstituten is geweldig.” Maar hetontbreekt aan een gemeenschappelijke visie, er zijn te weinigbanden met het bedrijfsleven, er is een gebrek aan geaccepteerdleiderschap en een gevoel van urgentie lijkt te ontbreken, zo somdeonderzoeker Richard Yelland droogjes op.
Deze analyse komt overeen met de analyse dieoud-gemeentesecretaris Erik Gerritsen eerder al
Wethouder Lodewijk Asscher vond die lof voor het potentieel ende uitnemende HO-instellingen destijds eigenlijk een gevaarlijkeboodschap. “Zeg je dat tegen Amsterdammers, dan gaan ze achteroverleunen.”
Zijlstra’s citaat van Dijkgraaf
Blijkbaar heeft men zich die boodschap wel aangetrokken, want nukomt er een Amsterdam Academic Alliance en e twee universiteitenwillen zelfs gezamenlijk het gesprek voeren met de Review CommissieVan Vught. Ook willen zij dat Zijlstra op 21 september uitnodigende gezamenlijk “te maken afspraken met ons te ondertekneen rondomde officiele opening van het nieuwe gebouse van ons gezamenlijkeAmsterdam University College op 21 september 2012.”
De staatssecretaris zal dit met genoegen horen. Bij de openingvan het academisch jaar heeft hij de UvA immers juist op dit puntmin of meer de wacht aangezegd. Hij haalde daarbij expliciethet rapport-Dijkgraaf aan: “Als iedereen pretendeert alles tekunnen, zal niemand ooit iets echt realiseren”. Die gedachte noemdehij in zijn
De bewindsman wees er toen al op dat de OECD-review vanAmsterdam als kennisstad aangegeven had, dat men daar van allesdoet, maar tussen die activiteiten van en in de stad en die bij dekennisinstellingen nog maar weinig ‘match’ vastgesteld kon worden.Alle reden dus om dit bij zulke verkenningen nadrukkelijk mee tenemen.
Fusie als het moet
Daar moesten de universiteiten in Amsterdam en eldersnadrukkelijk nog iets bij oppakken. De vraag namelijk: ‘wat doen wemet ons aanbod dat niet de top haalt?’ Daar moet ook de conclusievan een afbouw ervan serieus op tafel komen, vond hij. Kern noemdeZijlstra daarom, dat samenwerking primair moet worden gericht opversterking van de betrokken partners, inhoudelijk enonderwijskundig.
Als dat door een fusie beklonken moet worden, dan zal hij daarsteun aan geven. Maar niet andersom. “Als blijkt dat een fusie inhet licht van de kwaliteitsverbetering en profilering wel als hétinstrument voor de bestuurlijke vormgeving zou werken, dan ben ikbereid zo’n eventuele blokkade weg te nemen. Als er geen andereroute mogelijk is.”
Meest Gelezen
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
“Schade door aangekondigde langstudeerboete doet zich nu al voor”
Stop met studentevaluaties: ze bedreigen de academische vrijheid
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”