Excellentie bloeit in context

Nieuws | de redactie
18 juni 2012 | "Excellent bén je niet, dat wórd je." Minister Van Bijsterveldt geeft bij het Harvard/Roosevelt seminar haar visie op hoe docent en student samen excellentie maken. Hoe zij elkaar daarin kunnen uitdagen en opwaarderen. En kijkt vooruit naar de 'Obama-Summit' te Amsterdam in maart 2013.

De minister opende met een rede het nieuwezomerprogramma, waarin de Amerikaanse topuniversiteit en deRoosevelt Academy docenten in HBO en WO een impuls geven om hun vakvoor het komend collegejaar nog beter te doen en nog leuker temaken. In haar betoog legde zij de nadruk er op, datexcellentie en talent niet een makkelijk soort uitzondering zijnvoor de bollebozen. Het is rijker en complexer dan dat en het biedtook veel meer kansen dat dat.

“Ook in de klas toont excellentie zich nietaltijd in negens en tienen. Je daar bewust van zijn als docent, isvan groot belang om talent onder je leerlingen te kunnen herkennenen erkennen. De Roosevelt Academy selecteert studenten niet voorniets allereerst op hun motivatie, nieuwsgierigheid en bredeinteresse. Om vervolgens een context te bieden waarin ze kúnnenexcelleren.”

U leest de volledige rede van deminister hier.

Let me begin by extending a warm welcome tothe experts from the Derek Bok Center for Teachingand Learning, who are supervising this summer program this year forthe second time. A wonderful collaborative project between yourinstitution and the Roosevelt Academy. FDR would have applaudedthis alliance!

When Derek Bok visited Middelburg in 2009, hesaid: “Getting the most out of education is nowmore important than it has ever been. Underachievement exists todayonly out of ignorance.” His visit was the inspiration for thissummer training program. A program that really suits the Roosevelt Academyand ties in seamlessly with this government’s ambition of raisingthe bar in our system of higher education, for our school studentsand theirteachers.

Dames en heren,

Een tijdje geleden organiseerde de Volkskrant(een grote landelijke krant) de ‘Grote Psychologie van de KoudeGrond Quiz’. De deelnemers zagen een filmpje met een 4-jarig meisjedat fabuleus piano speelde.

Wat denkt u, wat zeiden de meeste mensen overhaar prestaties? Inderdaad, dat het een wonderkind is. Slechts eenkwart koos voor de optie dat ze veel heeft geoefend. Terwijl datlaatste een veel betere verklaring is voor excellente prestaties.Want talent of excellentie komt niet vanzelf. Het is een ‘state ofmind.’

Excellent bén je niet, dat wórdje

Publicist Malcolm Gladwell geeft in zijn boek’Uitblinkers’ tal van voorbeelden van succesvolle mensen – van deBeatles tot Bill Gates – die pas tot grote prestaties kwamen nauren van hard werken. 10.000 oefenuren, zo berekende Gladwell, hebje nodig voordat je gaat excelleren.

Met andere woorden: excellent bén je niet,dat wórd je. De ambitie om te excelleren vraagt omdoorzettingsvermogen en uithoudingsvermogen, om focus en reflectie.Uitblinkers zijn degenen die zich volledig op hun doel richten enonderweg daarnaartoe proberen te leren van hun prestaties, om zichzo steeds verder te verbeteren. 

Dat brengt me bij mijn tweede punt, en dat isdat excellentie om veel meer gaat dan om cognitieve prestaties. Erzijn veel excellente mensen die niet cognitief uitblinken, maar alsinnovator, ondernemer of kunstenaar grootse dingen doen. 

Ook in de klas toont excellentie zich nietaltijd in negens en tienen. Je daar bewust van zijn als docent, isvan groot belang om talent onder je leerlingen te kunnen herkennenen erkennen. De Roosevelt Academy selecteert studenten niet voorniets allereerst op hun motivatie, nieuwsgierigheid en bredeinteresse. Om vervolgens een context te bieden waarin ze kúnnenexcelleren.

Cruyff in een zwembad

Excellentie ontwikkelt zich, in eencontext. Zoals Hans Adriaansens, de vorige dean van de RooseveltAcademy ooit zei: “Als je Cruijff en mij in het zwembad gooit, kunje ook niet zien dat hij een betere voetballer is dan ik.”

Een belangrijke factor in de ontwikkeling vanuitblinkers blijkt ten eerste de manier te zijn waarop ze zijnopgevoed. Malcolm Gladwell ontdekte dat er een opvoedstijl is diede kansen op excellentie aanmerkelijk vergroot. ‘Concertedcultivation’ noemt hij dit. Dat wil zeggen: veel praten metjongeren over wat ze op school en in het leven willen bereiken,over dingen die in hun omgeving gebeuren, over televisieprogramma’sen wat er in de krant staat.

Deze stijl van opvoeden leidt totzelfvertrouwen en tot het idee dat je als kind invloed hebt op deomgeving waarin je leeft. Een cruciaal onderdeel van de state ofmind die excellentie vereist! Om excellentie te ontwikkelenhebben jongeren dus allereerst mentoren nodig, die hun gaven zienen ont-dekken en hen stimuleren om hun talenten verder teontwikkelen. Hier ligt een belangrijke opgave voor ouders, én voordocenten: om alertheid op te brengen, ruimte te geven aanoriginaliteit en inzet te belonen.

Niet alleen ouders, ook onderwijsinstellingenmoeten de context creëren waarin het beste uit jongeren naar bovenkomt. En waarin je kop boven het maaiveld uitsteken wordt gezien enbeloond.  

Als minister van onderwijs is het mijn doeldat leerlingen van school komen als sociale, zelfstandige encreatieve mensen. Met een kennisbasis die op orde is én met eenbrede vorming. Daarom ook mijn steun aan studenten die vragen ommeer uitdaging. Daarom ook programma’s als Sirius, Orion, Eerst deKlas, en de Academische Pabo. Daarom mijn trots dat we het aantalzeer zwakke scholen zo flink hebben weten terug te brengen – endaarmee de context voor veel leerlingen aan de start van hunonderwijsloopbaan verbeterd hebben.

En daarom mijn aandacht voor betereovergangen tussen onderwijssectoren, bijvoorbeeld door excellentemiddelbare scholieren alvast extra uitdagingen te bieden op eenhogeschool of universiteit.

Het verschil maken alsdocent 

Docenten zijn natuurlijk cruciaal in dezecontext. Als leraar bent u begeleider, vormer en ont-dekker vantalent tegelijk. Daarom zetten we bij de professionele ontwikkelingvan leraren ook zo gericht in op maatwerk leveren in de klas. Wantú kunt als leraar het verschil maken en uw lessen afstemmen op deverschillende behoeftes en leerstijlen van leerlingen.

Als professional bent u natuurlijk ook zélfgebaat bij een context waarin u wordt uitgedaagd. Want ‘Teachingexcellence’ gedijt alleen als er sprake is van ‘organizationalexcellence’. Als de instelling een gunstige voedingsbodem biedt,waarop talenten van leerlingen én docenten kunnen groeien.

Dat betekent dat de professioneleontwikkeling van leraren top of mind moet zijn in deschoolorganisatie én bij schoolleiders en bestuurders. Anders lopenwe het risico dat lesgevende talenten worden verstikt. En daarmeede talenten van de generatie daaronder. Daarom investeren we dekomende jaren extra in schoolleiders.

Maar deze week is de ambitie om te excellerenklaarwakker! Na afloop van de summer course van vorig jaar zei eendeelnemer: “The secret is being humble as ateacher while constantly trying to become better at facilitatinglearning.” Ik ben heel benieuwd naar wat úw ervaringen zullen zijnen ik wens u dan ook een heel inspirerende en leerzame week.

Vul de agenda van de ‘ObamaSummit’  

Als laatste meld ik u met trots dat volgend jaar maart deInternational Summit on Teaching Profession naar Nederland komt.Dit is oorspronkelijk een initiatief van president Obama –  eenHarvard alumnus! – en de twintig best presterende landen ter wereldop het gebied van onderwijs zijn erbij.

Dus ik zou zeggen: gebruik deze week óók voor het verrijken vande agenda van deze summit met uw ideeën en best practices.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK