Kunststudent rendeert

Nieuws | de redactie
11 juni 2012 | Terwijl meer dan 25% van de HBO-kunstdiploma’s naar internationaal talent gaat, vertrekt maar een klein deel van hen daarna naar elders. Zij die vertrekken houden vaak een blijvende band met de kunstpraktijk in ons land. OCW trekt dan ook een gunstige conclusie: Nederland profiteert.

In een brief aan de Tweede Kamer geeft staatssecretaris Zijlstrade gegevens die vanuit verschillend onderzoek en metingen bij debetrokken hogescholen naar voren komen over de buitenlandsestudenten in het kunstonderwijs. Belangrijke vraag vanuit de Kamerwas, of en in welke mate deze studenten bijdragen aan de “culturelearbeidsmarkt” van ons land.

Belangrijke baten

Zijlstra wijst er daarbij op dat het CPB hier recent belangrijke conclusies in algemene zinover heeft gepresenteerd. “Onderzoek van het CPB laat belangrijkebaten zien voor Nederland indien studenten na afstuderen inNederland blijven werken. Ook indien studenten naar het buitenlandvertrekken, maar wel binding houden met Nederland zijn erbelangrijke baten, al zijn deze lastiger te kwantificeren.”

In de brief laat OCW zien welke relevante gegevens beschikbaarzijn en trekt daaruit prudent, maar helder een positieve conclusie.Hoewel driemaal zoveel buitenlandse studenten deelnemen aanKUO-opleidingen dan in de rest van het HBO, is het percentage vanhen, dat na afloop van de studie vertrekt maar weinig hoger danvoor de overige HBO-opleidingen. De betreffende passages leest uhier.

“‘Stay-rate’ buitenlandse afgestudeerdenkunstvakonderwijs

Het vorig jaar verschenen rapport Kunstenaars in brederperspectief van het CBS biedt een grote hoeveelheid informatie overkunstenaars in Nederland enerzijds en de afgestudeerden vancreatieve HBO-opleidingen anderzijds. Op blz. 112/113 van ditrapport valt te lezen dat van het aantal afgestudeerden met eencreatieve HBO-opleiding uit 2002 in 2003 3% ofwel naar hetbuitenland is vertrokken, ofwel is overleden (in 2007 is dit 7%).Voor het gehele HBO cohort uit 2002 is dit (ook volgens de CBScijfers) 2% in 2003 (en 5% in 2007).

Dit wil zeggen dat – bij een gelijk sterftecijfer -afgestudeerden van creatieve HBO-opleidingen in 2003 1%-punt meernaar het buitenland vertrekken dan overige HBO-afgestudeerden (in2007 is dit 2%-punt verschil). Bij specifieke opleidingen ligt ditcijfer hoger: 5% van de in 2002 afgestudeerden muziek is ultimo2003 naar het buitenland vertrokken (of overleden), ultimo 2007 isdit 12%.

Aangezien het aandeel allochtone studenten, dat in 2002 aancreatieve HBO-opleidingen is afgestudeerd 23% is, kan op basis vande cijfers van het CBS de zeer voorzichtige conclusie wordengetrokken dat een aanzienlijk deel van de buitenlandseafgestudeerden van creatieve HBO-opleidingen in Nederlandblijft.

Alumnibeleid

Aan de instellingen met de meeste buitenlandse studenten inrelatie tot hun totale studentenpopulatie is gevraagd of zij eenbeeld hebben in hoeverre hun buitenlandse studenten na afstuderenin Nederland blijven. Twee van de vijf instellingen hebben hierovercijfers geleverd.

De Gerrit Rietveld Academie heeft in mei 2011 een onderzoekonder oud-studenten gehouden. Van de 885 afgestudeerden uit dejaren 2005-2010 hebben 343 alumni hun gegevens doorgegeven. Hiervanzijn er 166 geboren in het buitenland. Van deze 166 wonen en werkener 118 in Nederland.

Uit de alumni-enquête die de Design Academy in november 2011heeft gehouden onder 1009 afgestudeerde bachelorstudenten blijktdat van de in totaal 247 respondenten 54 alumni niet uit Nederlandkomen. Van deze groep is 31,5% in Nederland werkzaam, waarvan hetovergrote deel binnen het eigen vakgebied.

Uit een zelfde enquête onder 194 afgestudeerde masterstudentenvan de Design Academy blijkt dat van de in totaal 55 respondenten43 alumni niet uit Nederland komen. Van deze groep is 37,2%werkzaam in Nederland, allen binnen het eigen vakgebied.

Bij de overige drie instellingen (Hogeschool Zuyd, Codarts enHogeschool der Kunsten Den Haag) wordt ook in meer of mindere matealumnibeleid gevoerd, maar waren geen specifieke statistiekenvoorhanden. Interessant zijn echter de kanttekeningen die daarbijwerden geplaatst. Eén van de instellingen gaf aan dat haaralumnibeleid een sterk kwalitatief karakter kent (o.a. contactenvia docenten en periodiek overleg met oud-studenten). Dezekwalitatieve benadering levert volgens die instelling meer enbetere informatie op dan een kwantitatief onderzoek, waar derespons laag is omdat studenten letterlijk over de hele werelduitwaaien. Verder werd opgemerkt dat studenten die terug gaan naarhun eigen land vaak nog wel binding houden met Nederland doordatzij bijvoorbeeld op projectbasis in Nederland werkzaam blijven. Ditis lastiger te kwantificeren, zoals ook door het onderzoek van hetCPB wordt bevestigd.

Conclusie

Niet iedere buitenlandse student wordt gevolgd en met betrekkingtot het beschikbare cijfermateriaal moet een aantal slagen om dearm worden gehouden. Op basis van de gegevens die mij terbeschikking staan, trek ik echter de voorzichtige conclusie datNederland voordelen geniet van het feit dat er buitenlandsestudenten in Nederland kunstvakonderwijs volgen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK