Beurs deels gered

Nieuws | de redactie
25 oktober 2012 | Rutte-II schrikt terug van al te wilde ingrepen in de studiefinanciering. Ook bij een leenstelsel zal de functie van de aanvullende beurs behouden blijven. Zo klinkt uit kringen rond de onderhandelaars.

De onderhandelaars hebben blijkbaar goed geluisterd naar UTwente professor Hans Vossensteyn. Men zal een sociaal leenstelsel per 2014 introduceren, maar niet in de ‘zuivere vorm’. Het zal niet zo zijn, dat elke student voledig moet lenen en er geen mitigering voor jongeren uit minder draagkrachtige milieus overblijft.

Het model dat VVD en PvdA overeengekomen zijn, zit dicht aan tegen de contouren die Vossensteyn op ScienceGuide schetste naar aanleiding van het debat bij #HBO-discours. “Er wordt door studenten meer de afweging gemaakt of men genoeg middelen bij elkaar kan krijgen om maandelijks kosten van het studeren te betalen.”

Vossensteyn wees er op, dat zo’n afweging voor studenten uit een rijker milieu natuurlijk makkelijker te maken is. Hij bepleitte dan ook, dat een afschaffing van de basisbeurs niet gelijk het einde van de aanvullende beurs betekent. “Ik kan me zo voorstellen dat je een deel van de opbrengsten terugploegt in een aanvullende beurs, zeg zo’n honderd euro per maand.”

Lastig verdelingsvraagstuk

Deze denklijn werd ook naar voren gebracht door Ron Bormans, lid van de commissie-Veerman en voorzitter van de Hogeschool Rotterdam. In het debat tussen de HBO-bestuurders was men het – onder meer in dat zelfde discours – het er over eens, dat áls er geld bij studenten zou worden weggehaald, dit ook echt zou terugvloeien in het onderwijs.

Of dit dan louter naar kwaliteit zou moeten gaan, of ook een investering moest zijn in de toegankelijkheid van het onderwijs, bleek nog wel voor verdeeldheid te zorgen. Bij dat verdelingsvraagstuk stelde Bormans, dat om de toegankelijkheid te waarborgen juist de studenten uit families met lagere inkomens extra steun verdienden.

Een belangrijk aspect van een dergelijke conclusie door de formerende partijen zal zijn, dat voor investeringen in het hoger onderwijs als aanbod en bestel veel minder geld ‘overblijft’. De opbrengsten van een leenstelsel zullen vanf 2014 maar in een traag tempo oplopen. Bovendien zal een fors deel ervan nu terugvloeien naar een inkomensvoorziening voor jongeren met armere ouders. Voor de investeringen in HO-kwaliteit blijft dan maar weinig beschikbaar.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK