Maastricht eert Wijnen

Nieuws | de redactie
8 januari 2013 | De grote onderwijsdenker en vernieuwer Wynand Wijnen krijgt eeuwige roem van zijn universiteit. De Onderwijsprijs van de UM zal voortaan vernoemd worden naar de onlangs gestorven hoogleraar Onderwijskunde.

De Maastrichtse Onderwijsprijs wordt jaarlijkse tijdens de dies toegekend aan een persoon die een bijzondere bijdrage heeft geleverd aan het UM-onderwijs. Vanaf dit jaar wordt de prijs vernoemd naar de recent overleden Wynand Wijnen.

Wynand Wijnen was emeritus hoogleraar Onderwijskunde en geldt als een van de grondleggers van de Universiteit Maastricht en haar onderwijsmodel Probleemgestuurd Onderwijs. Daarmee heeft hij ook internationaal de toon gezet op het punt van de vernieuwing van het academisch onderwijs, in het bijzonder ook bij de medische opleidingen. Het werk van Wijnen is door vele universiteiten elders in de wereld overgenomen of als bron van inspiratie voor grote vernieuwingen van hun onderwijs doorgevoerd.  

In hart en nieren

Cees van der Vleuten, voorzitter van de Vakgroep Onderwijsontwikkeling- en research in Maastricht zegt over dit eerbetoon: “Wynand Wijnen was een zeer creatieve denker, een inspirator, een onderwijsvernieuwer in hart en nieren. Hij heeft de basis gelegd voor een unieke onderwijsmethode waar de universiteit groot mee is geworden.”

“In zijn hoedanigheid als hoogleraar ontwikkeling en onderzoek van het hoger onderwijs heeft hij grote invloed gehad op het onderwijs in Nederland. Om zijn naam in ere te houden wordt de jaarlijkse onderwijsprijs van de universiteit Maastricht naar hem vernoemd.”

Hoezeer Wijnen zelf mensen wist te inspireren en als docent ook zelf een voorbeeld was, blijkt weer goed uit de herinnering aan Wynand Wijnen die Joeri van den Steenhoven schreef voor ScienceGuide naar aanleiding van Wijnens recente overlijden. U leest die bijdrage hierna.

Gerust tegen de stroom  

“Het is een eer voor Wynand te hebben gewerkt. Bij de LSVb keken we naar hem op, als een onderwijsvernieuwer met hart voor studenten. Na mijn bestuursjaar mocht ik als jong broekie voor hem werken als een van de secretarissen van het Kwaliteit- en Studeerbaarheidsfonds. Een fonds van 500 miljoen gulden waar we als LSVb voor hadden gepleit, waarover ik met toenmalig Minister Ritzen had onderhandeld en dat er na een tumultueus jaar zowaar was gekomen. Je zou dit fonds een voorloper van de huidige prestatie-afspraken kunnen noemen. Want voor het geld waarvan de instellingen eigenlijk vonden dat ze er gewoon recht op hadden, moesten nu opeens kwaliteitsplannen en -projecten gemaakt worden.

Wynand leidde de jury die de plannen van universiteiten en hogescholen beoordeelde. Maar menig instelling nam het fonds in het eerste jaar nog niet zo serieus. Het is toch ons geld, was de gedachte. Nou, dan was je bij Wynand aan het verkeerde adres. Slechte plannen kregen van hem geen geld. Dat was een schok, maar het leidde wel tot meer kwaliteitsbesef. Achteraf jammer dat het na drie jaar al ophield te bestaan. 

Wynand was scherp en kritisch en durfde dus gerust tegen de stroom in te gaan. Maar hij was vol vuur voor het onderwijs en hij bleef altijd hartelijk met een Limburgse tongval. Daarom werd hij alom gewaardeerd en gerespecteerd. Keer op keer benadrukte hij: studeerbaarheid gaat hand in hand met kwaliteit. Het ging er niet om studies makkelijker te maken en studenten er sneller doorheen te loodsen, zoals zo vaak werd beweerd. Studeerbaarheid is het uitdagender maken van onderwijs en het weghalen van onnodige ruis rond het primaire proces. 

Want daar moet het gebeuren, tussen docent en student. En met ondeugende ogen hield hij in een vergadering ieder van ons scherp op dat doel. Elk plan werd daarop beoordeeld. De beweging die we nu zien met meer aandacht voor kwaliteit en uitdaging is in mijn ogen dan ook schatplichtig aan hem. 

Hij was daar zelf een levend voorbeeld van. Ik kan me nog die keer herinneren bij een grote onderwijsconferentie, een paar honderd man in de zaal. Wijnen betreedt het podium voor zijn lezing, natuurlijk over ‘zijn’ probleemgestuurd onderwijs. Iedereen is stil, wachtend op wat de bekende hoogleraar gaat zeggen.

Maar hij doet iets wat de zaal absoluut niet verwacht en mij altijd bij zal blijven als een ijzersterke presentatie-strategie. Een leraar optima forma. Hij loopt naar het midden van het podium en vraagt het publiek: Zijn er vragen? Eerst blijft het stil, hij vraagt het nog een keer.

Dan weet de zaal: hij gaat niks presenteren, alleen vragen beantwoorden. Hij daagde het publiek uit, daarmee de kerngedachte van zijn PGO-model bewijzend. Schoorvoetend staat de eerste vragensteller op en vervolgens discussieert Wynand een uur lang met het publiek. Inhoudelijk en inspirerend. Die presentatie zal ik nooit vergeten en het publiek ook niet. Het was typisch Wynand.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK