Mannen voor de klas
Het daartoe ingezette Krachtig Meesterschap project heet dan ook: ‘Help de mannelijke leraar het primair onderwijs in’. Het werd beter bekend onder de naam ‘Meer Mans’. Bij de afronding daarvan worden de lessen hieruit getrokken met een symposium, vooral gericht op de verspreiding van de opbrengsten en doorzetten van de pluspnten daaruit.
Meer en beter
‘Meer Mans’ is in september 2010 gestart op de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, vanuit het Kenniscentrum Kwaliteit van Leren van de Faculteit Educatie. Een belangrijke medespeler van dezelfde hogeschool is de HAN Pabo, de lerarenopleiding basisonderwijs bestaande uit twee locaties: Pabo Groenewoud en Pabo Arnhem. Samengewerkt werd met drie grote schoolbesturen uit de regio: de Stichting St. Joseph Scholen, Stichting Primair Onderwijs Peelraam en de Scholengroep Veluwezoom.
Verpakt in ‘Meer Mans’ zit ook de essentie en het doel van het project. Het gaat zowel om kwantiteit als kwaliteit. Van de relatief kleine groep mannelijke studenten die zich inschrijven op de pabo haalt gemiddeld over de laatste jaren minder dan de helft de eindstreep. Het doel is bewerkstelligen dat er meer mannelijke pabostudenten met een diploma de opleiding verlaten.
Naast zorgen over het lage rendement zijn er bij bestuurders ook zorgen over de kwaliteit van de startende mannelijke leraren. We wilden niet zomaar meer mannelijke leraren maar meer goed opgeleide mannelijke leraren. Het doel is dus meer excellente mannelijke leraren opleiden. De kans dat ze in het onderwijs blijven, is dan ook groter.
Aanpak in het curriculum
Het startpunt was het pabo curriculum dat te weinig aansluit bij dat wat mannelijke studenten nodig hebben om een goede leraar basisonderwijs te worden. Op basis van eerder verricht onderzoek en praktijkervaring is vastgesteld welke curriculumonderdelen lastiger zijn voor mannelijke studenten. Daarvan is binnen de opleidingspraktijk van de HAN Pabo onderzocht of dat ook werkelijk zo is en op basis van de resultaten zijn aanbevelingen tot aanpassingen gedaan.
In een aantal gevallen zijn die aanpassingen ook als pilot geïmplementeerd en is vervolgens weer onderzocht of dat tot de beoogde effecten leidt: betere resultaten en meer tevreden (mannelijke) studenten. Mannelijk staat tussen haakjes omdat in bijna alle gevallen blijkt – en dat is ook bekend uit de literatuur – dat aanpassingen doen voor een subgroep of minderheidsgroep die slechter presteert, het onderwijs ook altijd beter maakt voor de ‘gewone’ leerlingen of studenten.
Niet eenvoudig
Een bestaand curriculum aanpassen vanuit een sekseperspectief is geen gemakkelijke opgave. Om dat toch te kunnen realiseren zijn een aantal uitgangspunten bij de uitvoering sturend geweest waaronder:
- Bij het project zijn opleiders van de Pabo en de basisscholen betrokken;
- Er is gehandeld vanuit kennis over sekseverschillen in het onderwijs opdat niet bestaande verschillen ongewenst uitvergroot worden;
- Een complexe problematiek vraagt om een breedspectrum benadering: verschillende onderdelen van het curriculum zijn tegelijkertijd ‘onder handen’ genomen;
- Een omvangrijk probleem dat onoplosbaar lijkt, is opgedeeld in kleine, hanteerbare deelproblemen;
- Ontwikkeling van het curriculum is gecombineerd met praktijkgericht onderzoek.
Opbrengsten in beeld
Na tweeënhalf jaar stoppen niet de ingezette activiteiten, maar stopt wel het project en is het tijd de balans op te maken. In studiejaar 2011 – 2012, het tweede jaar van Meer Mans hebben meer mannelijke studenten binnen een jaar hun propedeuse gehaald en zijn er minder uitgevallen dan een jaar eerder.
In dat jaar hebben mannelijke studenten in de propedeuse ook beter gepresteerd en cijfers gehaald die dichter bij die van de vrouwelijke studenten liggen. De toekomst moet uitwijzen of deze en toekomstige studenten ook in grotere aantallen en beter de opleiding afsluiten.
Gerealiseerde subdoelen zijn meer kennis over de wijze waarop het rendement van mannelijke studenten op de Pabo verhoogd kan worden en meer collega’s die zich daarvoor willen inzetten. Door de wijze waarop het project is uitgevoerd zijn de direct betrokken opleiders professioneler geworden in het onderzoekend verbeteren en ontwikkelen van hun onderwijspraktijk.
Alumnus Emile Roemer
Op een slotsymposium wordt verslag gedaan van het gehele project en (in workshops) worden de verschillende deelprojecten gepresenteerd.
– Beroepstaken onder een genderloep
– Interveniëren aan de poort: voorlichting en kennismaking
– Stagebegeleiding op mannelijke maat
– Van aansturing naar zelfsturing
– Reflecteren moet je leren
– Krachtige koppeling theorie en praktijk
– Weloverwogen kiezen voor het jonge kind.
Over de werkwijze en opbrengsten van Meer Mans is een boek geschreven, waarvan het eerste exemplaar aan het slot van het symposium wordt uitgereikt door Emile Roemer, oud-student van Pabo Groenewoud en ooit mannelijke leraar in het primair onderwijs.
Het symposium wordt gehouden op 3 april, 13.00 – 17.00 uur bij de Pabo Arnhem, Ruitenberglaan 27, Arnhem
Meer informatie over het symposium bij:
