MOOC’s hype of heilige graal?

The Chronicle of Higher Education heeft op een rij gezet hoe professoren die inmiddels les hebben gegeven in een MOOC nu zelf aankijken tegen deze nieuwe manier van doceren. Alle 187 professoren die tot nu toe een MOOC doceerden, werden benaderd. 103 van hen heeft de vragen ingevuld.
Scepsis overwonnen
Daaruit komt een gevarieerd beeld naar voren van hoe MOOC’s tot op heden worden gewaardeerd door de academische gemeenschap. 79 procent van de ondervraagden is positief over de toekomst van MOOC’s die volgens hen ‘worth the hype’ zijn. Princeton-professor Robert Sedgewick overwon zijn aanvankelijke scepsis en ziet dat “soon every person’s education will have a significant online component.”
Zulk enthousiasme komt dus niet zonder slag of stoot. Sedgewick geeft aan dat het voorbereiden van een collegereeks ‘Algorithmen’ voor 80.000 studenten zo veel werk, dat het met recht een full-time baan kon worden genoemd. Sedgewick “had spent hundreds of hours readying the material, devoting as much as two weeks each to recording and fine-tuning videotaped lectures.”
Toch is de begeestering groot, zo blijkt uit de survey. Een groot deel van de ondervraagden is van mening dat online onderwijs op den duur geïntegreerd moet worden in het klassieke systeem van ‘credits and degrees’ dat universiteiten nu hanteren. Maar de schrijvers van het artikel blijven liever toch nog gereserveerd over de uitkomsten.
Inzicht in learning outcomes
“The findings are not scientific, and perhaps the most enthusiastic of the MOOC professors were the likeliest to complete the survey.” Docenten die nu al een MOOC doceren of hebben gedoceerd, behoren tot de early adapters en verwacht kan worden dat het enthousiasme bij deze groep hoog is. Niettemin blijkt uit de cijfers van The Chronicle dat docenten met voorheen weinig tot geen kennis van de mogelijkheden van online onderwijs, toch met veel succes en enthousiast een MOOC weten te onderwijzen.
Een belangrijke reden daarvoor uit het onderzoek is het inzicht, dat digitaal lesgeven veel meer inzichten en expertise kan gaan geven in de manier waarop studenten leren. Michael J. Cima, een hoogleraar in materials science and engineering bij MIT analyseert de data die hij verkrijgt uit zijn MOOC om de learning outcomes van zijn werk bij zijn studenten te analyseren. “I have evidence that the online measurements of outcomes may be better than what we have been doing in class.”
Die waardevolle informatie heeft wel een prijs. Het maken van een goede MOOC slokt veel tijd op voor de docenten. “Many professors in the survey got a lot out of teaching MOOCs, but teaching MOOCs took a lot out of them,” stellen de auteurs vast.
Klassiek onderwijs nog niet in gevaar
Hoeveel werk er ook zit in de opzet van hun MOOC-werk, overtuigd van hun eigen inspanningen lijken de professoren en docenten nog niet helemaal. 85% van de ondervraagden is er van overtuigd, dat MOOC’s het reguliere onderwijs op termijn minder duur zal maken, maar tegelijk stelt 73% vooralsnog niet overtuigd te zijn dat het succesvol afronden van hun MOOC de studenten recht zou moeten geven op officiële studiepunten van hun universiteit.
Uit het onderzoek blijkt dan ook dat de ontwikkeling van MOOC’s nog niet zo ver is, dat het klassieke universitair onderzoek ‘gevaar loopt’. Hoopgevend voor de voorstanders van onderwijsinnovatie is niettemin dat tot 25% van de ondervraagden, waaronder professoren van Princeton en Stanford, wel degelijk succesvolle studenten studiepunten zou willen geven. Ze weten ook waar dat vooral de moeite waar zou zijn, reeds nu. “Most of them led courses that were oriented to math, science, and engineering.”
Het volledige onderzoek van The Chronicle is hier te lezen
Meest Gelezen
Wat vindt BBB eigenlijk van hoger onderwijs?
Susanne Täuber: "Wie haar klacht niet laat afzwakken, wordt kapotgemaakt"
Europese Unie: ‘Academische vrijheid in Nederland verslechtert’
'Studentenwelzijn verbeteren zonder wetenschappelijk bewijs kan veel schade toebrengen'
Nederlandse universiteiten dalen op vrijwel alle domeinen in de QS-ranking
