Sylvester@Harvard, Week 3

Nieuws | de redactie
25 maart 2013 | In zijn derde week loopt Eijffinger op Harvard tegen Cyprus én MIT aan. "Ik zou mij als bestuurder van de UvA en VU toch enige zorgen maken, want MIT zal alleen een partnerschap met Amsterdamse universiteiten aangaan als dat voordeel brengt."

MAANDAG 18 MAART 2013

De komende week is het officieel ‘Spring break’ en dat betekent dat er geen colleges en seminars zijn, maar dat wil niet zeggen dat het hier op Littauer opeens veel rustiger is geworden. De Faculty Lunches gaan gewoon door, collega’s werken juist door aan hun papers en boeken. Nu is het de tijd om de publicaties af te werken. Zelf hoop ik ook weer voortgang te maken met mijn boek over de gevolgen van de financiële crisis.

Gisteravond zag ik op het lokale televisiekanaal een uitermate interessante uitzending over de wereldwijde expansie van het Massachusetts Institute of Technology (MIT), dat hier in Cambridge bijna om de hoek ligt. MIT heeft een bewuste strategie ingezet om cursussen “gratis” online ter beschikking te stellen om daarmee meer internationale bekendheid te verwerven in verschillende landen en met de lokale autoriteiten projecten en uiteindelijk ook campussen op te zetten.

Het business model van MIT ziet hoger onderwijs en onderzoek duidelijk als een exportproduct, waarmee geld verdiend kan worden. Het laatste wapenfeit was een bericht in het Financieele Dagblad dat MIT ook een lokale campus in Amsterdam wil gaan opzetten.

Ik zou mij als bestuurder van de Universiteit van Amsterdam en Vrije Universiteit toch enige zorgen maken over dit plan, want MIT zal alleen een partnerschap met de Amsterdamse universiteiten aangaan als dat voordeel brengt. De mogelijke komst van een MIT campus naar Amsterdam laat zien dat onze minster van Onderwijs, Jet Bussemaker, inderdaad gelijk heeft met haar beleid om de Nederlandse universiteiten sterker te profileren.

Waarom hebben wij in Amsterdam twee universiteiten, die bijna volledig overlappende disciplines aanbieden? Het zou niet alleen vanuit een kostenaspect, maar ook ten behoeve van de kwaliteit verstandiger zijn om de beide Amsterdamse universiteiten ten minste in een aantal disciplines te laten samenwerken of helemaal te laten fuseren. Dat zou op een aantal gebieden zeker tot hogere kwaliteit tegen lagere kosten kunnen leiden.

DINSDAG 19 MAART 2013

Vanmiddag weer een Faculty Lunch met de collega’s, waarbij ik vooral veel vragen moet beantwoorden over Cyprus. Hoe heeft het zover met Cyprus kunnen komen? Waarom duurde het zo lang voordat de Eurogroep geleid door minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem actie heeft ondernomen? Hoe kunnen er zulke grote risico’s genomen worden met de eurozone, terwijl het over zo’n klein land (0,2% van het eurozone BBP) gaat? Een depositogarantiestelsel is toch een verzekering waarvoor banken en spaarders toch een premie betalen?

Het is inderdaad bijna niet uit te leggen aan de collega’s. Ik probeer veel zaken uit leggen en te verklaren. Mijn verdediging is dat de voorzitter Dijsselbloem van de Eurogroep net in functie is en nogal onervaren is en dat een volledige bail-out in sommige eurolanden (Duitsland, Finland en Nederland) niet goed te verkopen is.

Maar vragen zij de Europese economen dan niet om advies? Mijn antwoord is dat de Europese politici wel adviezen vragen van economen, maar nooit deze adviezen overnemen. Dat komt omdat de economen vaak verdeeld zijn en/of omdat de politici, als in de VS, de korte termijn belangrijker vinden dan de lange termijn.

Mijn grootste zorg is dat de Cypriotische regering, blijkbaar aanvankelijk toch gesteund door de Eurogroep, het depositogarantiestelsel (DGS) niet als goudgerand heeft beschouwd en daarmee het vertrouwen van de spaarders met deposito’s tot 100.000 euro beschaamd heeft. Het DGS is een verzekering waarvoor men expliciet of impliciet een premie betaald en dus altijd gerespecteerd dient te worden.

De kleine spaarders mee laten bloeden is fundamenteel anders dan de (achtergestelde) obligatiehouders mee laten betalen. Er bestaat op korte termijn niet alleen besmetting naar Griekenland, maar ook op lange termijn dat een van de voornaamste pijlers van een toekomstige Europese bankenunie qua geloofwaardigheid ondergraven wordt.

Ik maak tijdens de Faculty Lunch de vergelijking met het tuinhuis dat de kinderen in brand hebben gestoken – de Cypriotische regering – waarbij de ouders in het nabijgelegen woonhuis toekijken – de Eurogroep – en niets doen onder motto: “wij laten het tuinhuis afbranden, want dan hadden de kinderen maar niet met vuur moeten spelen!”. Het vuur in het tuinhuis kan, ook al ligt het nog zo ver, toch overslaan naar het woonhuis.

WOENSDAG 20 MAART 2013

Om 12.00 uur mijn tweede lunch met Ben Friedman om een hoop zaken te bespreken waaraan wij de vorige lunch niet aan toegekomen zijn, zoals Ben’s advies over een mogelijke uitgever voor mijn boek met Edin. Wij bespreken het excessieve monetaire beleid van de Amerikaanse centrale bank, het Federal Reserve System, en vanzelfsprekend Cyprus. Ook Ben is vol onbegrip over de Cypriotische beslissing om de kleine spaarders (tot €100.000) een korting (‘haircut’) te geven.

Hij vindt, net als ik, dat het DGS altijd gegarandeerd moet zijn. Boven de €100.000 euro kan een belasting opleggen of desnoods de tegoeden boven deze grens blokkeren en uitzoeken wat de herkomst van deze spaardeposito’s en of er belasting over de inkomens en/of tegoeden is betaald in Cyprus of Rusland. In het geval van een belastingverdrag tussen Cyprus en Rusland is dat te doen. De spaartegoeden boven de €100.000 blijven geblokkeerd totdat aangetoond is dat de herkomst van deze spaargelden legaal is en/of dat er ook inkomsten- en vermogensbelasting over betaald is.

Mijn suggestie is dat landen als Duitsland en Nederland onze kundige belastingambtenaren naar Cyprus sturen om de Cypriotische belastingsdienst bij te staan. Wij zouden deze belastingmissie kunnen financieren uit de ontwikkelingshulp. Een degelijke suggestie heb ik paar jaar geleden gedaan om de belastinginning in Griekenland te verbeteren, maar deze suggestie is door de toenmalige minster van Financiën Jan Kees de Jager helaas nooit opgevolgd.

DONDERDAG 21 MAART 2013

Officieel is de lente in Cambridge vandaag begonnen, maar daar is weinig van te merken. Ik heb inmiddels al drie sneeuwstormen meegemaakt en het einde van de winter is niet in zicht. Het is nog steeds guur weer. Zoals gebruikelijk is er op donderdag een Faculty Lunch, waarbij ik dit keer een uitgebreid gesprek heb met collega John Campbell.

John is een van de absolute toppers op het gebied van finance in uitgebreide zin. Hij heeft in alle topjournals gepubliceerd die je maar kunt bedenken en heeft een aantal standaardwerken op het terrein van finance op zijn naam staan, die nog steeds als dé ‘state of the art’ beschouwd worden. Bovendien heeft hij de Britse hoffelijkheid van zijn geboorteland altijd behouden en is hij een zeer aangenaam persoon.

John bevraagt mij wederom over de ‘Cyprus-case’ en hoort met verbazing mijn uitleg aan. Wij discussiëren welke situatie nu erger is: de VS met zijn langdurige strijd tussen de Democratische President en het Republikeinse Congress, die door de polarisatie steeds verder verhard is, of Europa met zijn voortdurende eurocrisis, waarbij marginale stappen worden genomen. En waar steeds maar weer nieuwe politici op het toneel verschijnen met een platte leercurve – Rajoy, Hollande en Dijsselbloem. Mijn conclusie van het gesprek is dat de ellende in de VS tenminste voorspelbaar is, wat niet gezegd kan worden van de eurocrisis, waarbij de politici te kleine stappen zetten en vaak onvoorspelbaar reageren.

Verder hebben wij het nog over de herstructurering van het Amerikaanse en Europese bankwezen. Mijn stelling is dat de publieke nutsfunctie van het bankwezen altijd veiliggesteld dient te worden in het geval van een systeemcrisis, maar dat het moeilijk is om te bepalen welke delen van de financiële infrastructuur dan beschermd zouden moeten worden. Wij kunnen hierbij denken aan betalingssystemen maar ook clearing.

John wijst er terecht op dat publieke nutsfuncties zich ook buiten het bankwezen ontwikkelen (‘near banking’). Hij denkt bijvoorbeeld aan ‘money market funds’, maar de markt voor Credit Default Swaps (CDS) die tijdens de crisis een zeer belangrijke rol speelde en nog steeds speelt.

Indien het bankwezen te veel gereguleerd gaat worden, dan zal er een ‘migration’ van bepaalde kernnutsfuncties naar buiten het bankwezen plaatsvinden, waarop de prudentiële toezichthouders nauwelijks vat hebben, maar die wel voor grote problemen kunnen zorgen bij een systeemcrisis. Mijn conclusie is dat hij gelijk heeft en dat dit vaak over het hoofd wordt gezien.

VRIJDAG 22 MAART 2013

Het is bijna het einde van mijn eerste periode van drie weken bij het Harvard Economics Department. Komende weekend vlieg ik voor een week terug naar Nederland voor een aantal verplichtingen, zoals het afnemen van mondelinge herexamens (‘core business’), het voorbereiden van de externe en interne strategiebijeenkomsten van de UvT Sociëteit, een vergadering van de Commissie Wijffels over de structuur van het Nederlandse bankwezen en andere zaken.

Eind maart vlieg ik weer naar Boston voor de tweede periode van drie weken bij Harvard University. Voor de trouwe lezers: begin april zal ik mijn weekboek dus hervatten. Inmiddels heb ik van de hoofdredacteur van ScienceGuide en de webmaster van mijn eigen weblog (www.sylvestereijffinger.com) begrepen dat velen de moeite nemen om mijn weekboek te volgen en daarnaast zijn er ook duizenden volgers via mijn Twitter-account (@SCWEijffinger). Ik wil graag alle trouwe lezers en volgers hiervoor bedanken!


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK