Weerbare studenten afleveren

Nieuws | de redactie
28 maart 2013 | Hoe krijg je de student op de juiste plek? Op die vraag zoekt MBO, HBO en WO in Rotterdam het antwoord bij het #HBO-discours. Ron Bormans: “We moeten studenten uitnodigen zelf na te denken: wie ben ik, wat doe ik en wat wil ik voor de samenleving betekenen.”

Op de Hogeschool Rotterdam waren de vertegenwoordigers van het Rotterdamse Albeda College, de Hogeschool Rotterdam en de Erasmus Universiteit bijeen gekomen om hun visie te geven op hoe zij werken aan het complexe vraagstuk om in de huidige maatschappij studenten af te leveren die weerbaar en klaargestoomd zijn voor de arbeidsmarkt.

Aansluiting met het bedrijfsleven

Anja van Gorsel, collegevoorzitter van het Albeda College is momenteel bezig haar MBO-instelling voor deze taak in te richten. Juist op haar instelling is het contact en de aansluiting met het bedrijfsleven daarin essentieel. “Wij hebben heel veel contact met het bedrijfsleven en de uitdaging is dat te vertalen naar ons onderwijs.”

Eén van de problemen is dat veel studenten kiezen voor studies waarop simpelweg te weinig werk voorhanden is. “In studies rond welzijn bijvoorbeeld. We moeten laten zien dat de kans op werk daar nu heel klein is en ze nadrukkelijk alternatieven tonen waar wel kansen liggen om een baan te vinden en geld te verdienen.”

Het moet een tikkeltje pijn doen

Volgens Hogeschool Rotterdam-voorzitter Ron Bormans is er voor zijn hogeschool een bredere taak weggelegd. “Wij hebben een studiebijsluiter bij onze studies staan waar te zien is wat de perspectieven zijn. Maar we zijn allereerst een hogeschool die breed toegankelijk is voor jonge studenten. Het is onze taak of plicht deze jongeren naar een diploma te begeleiden.”

“Gedurende dat proces moet je, vind ik, studenten wel altijd een spiegel voorhouden. En die spiegel moet een tikkeltje pijn doen, moet een beetje schuren. Op die manieren moeten we studenten uitnodigen zelf na te denken: wie ben ik, wat doe ik en wat wil ik voor de samenleving betekenen.”

Niets tegen verschoolsing

Op de Erasmus Universiteit is Gerard Hogendoorn verantwoordelijk voor een goede aansluiting van de VWO-scholieren op het academisch onderwijs. Hij stelt dat het ‘misleidend’ is om zo nadrukkelijk te sturen op de vragen uit de arbeidsmarkt, omdat deze ook regelmatig fluctueren. Bovendien heeft het wetenschappelijk onderwijs hier misschien wel een andere opdracht.

De Erasmus Universiteit zet om het studiesucces te vergroten in op ‘Nominaal is Normaal’ dat na een volgens het bestuur geslaagd experiment nu in de hele universiteit zal worden ingevoerd.  Dat betekent dat het onderwijs schoolser wordt en er gemodelleerd naar het middelbaar onderwijs. Zo is er de ruimte om onvoldoendes te compenseren. “Wij zijn niet tegen verschoolsing. Er is niks op tegen mensen mee te nemen in het onderwijs.”

Wesley Sneijder hoeft ook niet goed te verdedigen

Ook het compenseren is volgens Hogendoorn geen punt. In het voortgezet onderwijs word je breed opgeleid, maar het WO is al specifieker. “Zie het als Wesley Sneijder, die heeft een geweldige trap en is goed in de aanval. Zijn verdediging is echter minder, maar is hij daarom een slechte voetballer?”

Die opmerking kan op weinig sympathie rekenen van LSVb-voorzitter Kai Heijneman, die niks in de plannen van de Erasmus Universiteit ziet. “Hoe kun jij een goede psycholoog worden als je een onvoldoende hebt gehaald op statistiek of methodologie?” vraagt hij zich af.

Positief autisme

Ron Bormans gelooft dat het geen kwaad kan de Erasmus-plannen een kans te geven, maar waakt er nadrukkelijk voor alleen aan de randvoorwaarden te sleutelen. “Geïsoleerd sleutelen aan de normen heeft niet het gewenste effect, je moet het combineren met inhoudelijk sleutelen.”

Onderwijsinstellingen moeten daarom volgens Bormans op dit moment een beetje ‘positief autistisch’ zijn. “Ik ben er van overtuigd dat de echte wedstrijd hier wordt gestreden. De politiek is er voor de conditionering en dat doen ze naar mijn inzien redelijk goed, maar wij moeten het gesprek aangaan over de inhoud van ons onderwijs. We moeten het over de kwaliteit hebben.”

Het zijn, zo ziet de HBO-voorman, dus niet de randvoorwaarden, maar in de invulling van het onderwijs waar de rendementsslag zal worden gewonnen. “Soms moeten we ons iets meer autistisch voelen, de buitenwereld een beetje buiten gooien en zelfkritisch naar onszelf kijken.”

Weerbaar de ambigue samenleving in

De eigen handel op orde krijgen dus, maar dat lijkt in een moeilijke stad als Rotterdam een pittige opgave erkennen alle drie de sprekers. Van Gorsel: “Het is een hele moeilijke stad en wij hebben dan ook te maken met studenten met hele moeilijke achtergronden. Heel veel van onze kinderen hebben nog nooit de Haven gezien!”

En juist die stad is waar het onderwijs zich op moet richten vindt ook Hogendoorn. “Wij willen als universiteit denkers en doeners afleveren. Je bent mensen daarvoor aan het trainen en de stad fungeert daarin als laboratorium. Wat belangrijk is, is dan niet wat jij hebt gedaan, maar wat jij bent als mens.”

Bormans: “Wij hebben heel veel studies die niet direct op één baan aansluiten. Dat is soms lastig, maar het is de kunst om jongeren weerbaarheid mee te geven. Ze moeten niet schrikken van die ambiguïteit in de samenleving, maar er weerbaar in kunnen stappen.”

Het #HBOdiscours is een twee maandelijks debat over ontwikkelingen in het hbo en wordt georganiseerd door de HBO-raad ism met studenten- en onderwijsbonden


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK