De Russen komen

Nieuws | de redactie
17 april 2013 | Poetin nam bijna vijftig rectores en HO-beleidsmakers mee naar Amsterdam. ScienceGuide sprak met hun hoogste chef, Evgeny Ugrinovich, die Nederland goed kent. “Slim, klein en rijk. Kennistransfer is het hart van de relaties tussen topnaties.”

Tijdens het bliksembezoek van de Russische president begon ook een uitgebreide ontmoeting van de top van het hoger onderwijs in Rusland met die van ons land. Vooral instellingen die erkenning hadden gekregen in Poetins editie van Merkels ‘Exzellenzinitiative’ kwamen naar Amsterdam om de relaties stevig aan te halen. De Universiteit Maastricht liep internationaal weer wat voor op de rest en tekende bij de start van het ‘Rectorenforum Rusland-Nederland’ een samenwerkingsovereenkomst met nieuwe partners.

1000 universiteiten willen samenwerken

Zeer opvallend was de samenstelling van de Nederlandse delegatie. De universiteiten, OCW en de VSNU waren en masse aanwezig, het HBO schitterde door afwezigheid. “Ik mis de hogescholen. Zij hadden hier echt bij moeten zijn, juist omdat veel Russische instellingen ook goed zijn in praktijkgericht onderzoek en beroepsgericht hoger onderwijs,” zei VSNU-voorzitter Karl Dittrich tegen ScienceGuide. Dat geldt wellicht nog meer voor de topopleidingen in de kunsten en hun kwaliteiten, zoals bij de dans, opera en (klassieke) muziek, maar zeker ook design en beeldende disciplines.

Vanuit de Russische delegatie komen vergelijkbare geluiden. Hun ‘VSNU-voorman’ en rector van de Oeral Staatsuniversiteit, Victor Koksharov, vond het een gemiste kans dat de hogescholen verstek lieten gaan. Maar er liggen nog veel kansen voor hen, zegt hij: “Dit is pas het eerste evenement dat we in dit bijzondere jaar van Russische-Nederlandse samenwerking organiseren, en ik hoop dat er nog veel vergelijkbare bijeenkomsten zullen volgen. De komende jaren zullen we ons contact met het Nederlands hoger onderwijs gaan uitbouwen. Ik hoop van harte dat we dan ook ons contact met hogescholen kunnen versterken.”

“In Rusland hebben we meer dan duizend hoger onderwijs instellingen die erg graag hun internationale netwerk willen vergroten en op internationale schaal willen samenwerken. Het is duidelijk dat een intensievere samenwerking tussen Rusland en Nederland grote kansen biedt voor hoger onderwijs instellingen.”

Tijdens de bijeenkomst sprak ScienceGuide met de directeur Internationale Zaken van het ministerie van Onderwijs en Wetenschap in Moskou, de hoogste vertegenwoordiger van de regering op dit Rectorenforum. Evgeny Ugrinovich was met president Poetin meegereisd als kenner van Nederland. Rond 2000 was hij enkele jaren de wetenschapsattaché  geweest op de ambassade in Den Haag en was zeer content hier opnieuw op te kunnen treden als katalysator van samenwerking.

Klein eigenzinnig handelsland

“De viering van 300 jaar betrekkingen is natuurlijk een nogal uniek historisch gegeven tussen twee landen. Maar ‘de echte reden’ voor mijn komst is toch vooral die bijzondere band die ik met Nederland heb gekregen. Ik ben na mijn diplomatieke ervaringen nu in de positie gekomen beleid te ontwikkelen dat daar op voort bouwt. Zo inhoudelijk te kunnen aanhaken op die kennis en inzicht in uw land als kennisnatie is echt opbeurend.”

“Nederland is door zijn geschiedenis en geografie een sterk land. Het ligt tussen allerlei grote, ook in vroeger eeuwen machtige landen en daarin weten jullie niet alleen maar te overleven. Veel meer dan dat! Die positie is door uw land de bron gemaakt van een sterke economische ontwikkeling en ook een opvallend hoog ontwikkeld leef- en werkklimaat. Nederland is daarin meer dan een ‘handelsland’, zo heb ik leven ervaren.”

“Handel drijven is meer dan materieel, het is ook het vermogen te ‘dealen’ met mensen die anders zijn, anders denken dan jijzelf. Dat zit diep verankerd in die typische civil society waardoor Nederland zich onderscheidt. Die maakt uw land een interessante natie, een eigenzinnige cultuur. Nederland is slim, klein en rijk en daarin is het op allerlei terreinen vaak groot en sterk.”

Dat sprak vooral bij Ugrinovich aan op enkele opvallende kennisterreinen en tradities, die hij hier vroeger al had gespot en waar hij Rusland op wil laten voortbouwen. “Alles wat groot en zwaar is, bijvoorbeeld in de industrie en techniek, dat is niet iets waar Nederland van moet hebben. Maar in bijzondere extra’s in de technologie en industriële productie ben tu vaak heel erg goed. In ongeveer elke auto, elk vliegtuig, of elke vrachtwagen die andere landen bouwen zit tenminste één technologische vinding, of een paar hightech extra’s die juist vanuit Nederland komt.”

Die hightech-identiteit noemt hij “minder opvallend misschien voor velen, maar juist wel een sterke kennisidentiteit. Dat geldt ook bij uw knowhow bij het faciliteren van hoe andere landen hun ‘cutting edge’ ontwikkelingen zouden kunnen aanwakkeren. Daarom is samenwerking met Nederland zo interessant en ook anders van aard dan met andere landen.”

Geen Russische topsectoren

Vanwege deze benadering heeft het Russische beleid voor deze samenwerking ook geen ‘topsectoren’ of andere zwaartepunten. “Dat klinkt misschien vreemd, maar we hebben bewust geen lange termijn thema’s nu prioriteit gegeven. We moeten een abstractieniveau hoger denken. Kennistransfer is het hart van de relaties tussen naties op het hoogste niveau van de ontwikkeling. Het gaat hier om strategische samenwerking op het gebied van kennisontwikkeling.”

“Het hoger onderwijs in Nederland leidt mensen op die voorbereid zijn om op een zeer hoog niveau te functioneren. Daarom dat veel mensen, veel landen en bedrijven hen ook willen hebben. Dat wordt nog versterkt door de uitstekende verbindingen die vanuit die ‘civil society’ kenmerken van de samenleving bestaan tussen het bedrijfsleven en ede instellingen. Dat geldt ook voor de rest van de omgeving van uw hoger onderwijs, trouwens. Dat is een aspect waar wel van kunnen leren.”

“Hoe verbinden we in de samenleving zulke sectoren met elkaar? Bij u zijn kennis, maatschappij en economische omgeving met elkaar voortdurend ‘bezig’. Dat zorgt voor voortdurende wederzijdse impulsen in de innovatie van kennis en toepassingen en maakt dat uw opleidingen jonge talenten voorduren naar een hoger niveau kunnen brengen. Die dialoog is zeer sterk, dat heb ik destijds al gezien toen ik in Nederland werkte op de ambassade.”

Kennistransfer door teams

“Ook de manier waarop hier de kwaliteit van het hoger onderwijs wordt bewaakt en vastgesteld, is zo’n thema waar hij van kunnen leren en samenwerking vruchtbaar kan zijn. Wat mij interesseert is hoe de borging van kwaliteit in Nederland niet is gebaseerd op een reeks formele vereisten aan opleidingen en instellingen, maar kijkt naar de ontwikkeling van de kwaliteit en reputatie daarvan. Dat bouwt ook voort op de kwalitatieve eisen die vanuit bedrijven en professies gesteld worden aan diploma’s en de afgestudeerden. Ook daarin zie je die dialoog weer sterk functioneren.”

“Uitwisseling op dit soort terreinen is nodig, kennistransfer loopt via contacten met mensen. Daarbij moeten we niet sturen op aantallen, op veel, op meer, maar allereerst op die kwalitatieve keuzes. Zulke uitwisselingen zullen meer succes kennen als we de nadruk leggen op teams die kennistransfer ontwikkelen dan op het uitwisselen van losse personen. Daarvoor de instrumenten ontwikkelen is een wezenlijk onderdeel van het beleid, dat we op de nieuwe basis voor samenwerking na dit Rectorenforum samen moeten gaan vormgeven.”

“Deze meer strategische benadering is soms lastiger om uit te dragen. De ‘verkoop’ ervan bij ons in Rusland kunnen onze Nederlandse partners en de beleidsmakers hierbij goed helpen door hun actieve participatie. Dan gaat dat bij ons nog meer leven en dan zullen ook Russen dit omhelzen.”

Complementaire landen

De lange termijn perspectieven acht Evgeny Ugrinovich helder. Zij vormen de consequentie van de strategische invalshoek die hij voor kennistransfer en de concrete vertaling daar van kiest. De verschillen tussen Nederland en Rusland zijn groot, in vele opzichten. Zo was hij toch wel tamelijk onthutst over de aard van de protesten tegen het bezoek van president Poetin. “Ik merk dat wij bij zulke dingen echt een behoudende cultuur kennen. Daar voelen wij ons goed bij, Nederland is hier echt anders in dan wij.” Maar juist die verschillen zouden bij kennistransfer vruchtbaar en uitdagend gemaakt kunnen worden.

“De Aarde behoort aan ons allemaal. Het zijn mensen die de grenzen maken die het leven lastig maken. De ‘global challenges’ zullen we alleen nog aankunnen door gezamenlijke inspanningen. Een thema als het klimaat kun je ook als grote natie niet meer alleen aan, nu niet meer. Dan gaat het er niet meer om,  er steeds minder om  wie wat wanneer waar ontdekte om zulke vraagstukken aan te pakken. Wel om hoe we die nieuwe kennis slimmer dan vroeger leren toepassen op wereldschaal.”

“Ook technologie en bedrijvigheid op het hoge niveau zijn steeds minder ‘nationaal’ van aard. We delen kennis, ervaring en patenten en zulke expertise maakt ons beide beter. We moeten de kennisorganisaties van de EU en Rusland daarom nog veel beter op elkaar laten aansluiten en inwerken. Faciliteiten en mensen kun je veel meer laten delen. Zoek ook als Nederland niet te veel de ‘quick win’ projecten in ons land. Kijk met ons naar de strategische projecten voor de langere termijn.”

“Een mooi voorbeeld is de keuze die wij in Rusland voor de lange termijn hebben gemaakt om de ruimtevaart te blijven koesteren. 10, 15 jaar geleden, toen ik in Nederland werkte, zei iedereen ‘laat dat nou schieten, dat was vroeger een belangrijk statussymbool, maar zoiets is niet overeind te houden nu’. Toch deden we dat. De meer lange termijn effecten daarvan hebben we goed gezien, denk ik. En ook Nederland ziet dat, dat laat uw kosmonaut André Kuipers wel zien.”

“Het is deze manier van kijken waar wij als landen veel van elkaar kunnen hebben. Uw land heeft geen grondstoffen, op het gas na voor de komende tijd nog. De welvaart moet dus komen van de kenniseconomie. Daarom zijn kennisdeling en innovatieve productie voor Nederland essentieel, denk ik. Al uw welvaart zal daaruit komen. Rusland is hierin een belangrijke partner, want wij hebben wel alle grondstoffen en onze welvaart moet zich nog verder ontwikkelen. Daarin kunnen we juist vanwege die verschillen goed samenwerken. Zo heeft u een ‘open innovatiemodel’ dat uw land zo interessant maakt en is dat voor ons een vernieuwende manier van denken en werken.”

“Vergeet niet, Rusland is uw buurland”

De oud-diplomaat in Den Haag en nu de hoogste beleidsambtenaar in Moskou heeft daarom een eenvoudig advies aan het Nederlands hoger onderwijs. “Wees niet lui!” Door de decennia van de Koude Oorlog zijn Nederland en Rusland politiek en cultureel veel meer vervreemd geraakt dan wij zelf vaak beseffen, zo merken de Russen. “Vergeet niet, Rusland is uw buurland. We zijn de eerste buur van de Europese Unie. We zijn helemaal niet ver weg! Kom naar ons toe, er is veel interessants te zien en te beleven.”

“Vroeger was het misschien moeizaam om te komen bij ons, maar nu zou ik zeggen, ‘wees niet lui, kom gewoon.’ Nederlanders zijn welkome gasten en partners en in ons grote land zijn ook de mogelijkheden samen nieuwe dingen te doen veel groter dan u waarschijnlijk denkt. Onze cultuur is bovendien verwant, de Russen kennen de historie, de rijke cultuur van Nederland uit de vele raakvlakken en ontmoetingen door de loop van de eeuwen.”

“We delen echt meer dan Peter de Grote. Natuurlijk gaat het over hem dezer dagen, dat snap ik wel. Maar soms denk ik wel eens: ‘hou nu eens een keer op over die ene tsaar….’ Hij was bij u op bezoek, dat klopt. Het was een groot man, allemaal waar. Maar er zijn nog zó veel meer bijzondere Russen in Nederland geweest! Wij delen veel meer dan we zelf beseffen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK