EU lastig voor SF-beleid

Nieuws | de redactie
26 juni 2013 | Nederland wil op 54 punten minder ‘bemoeizucht van de EU’. Het kabinet weet daarbij twee punten in de kennissector aan te stippen. Een is pikant, omdat het de kern van het leenstelsel en het studiefinancieringsbeleid betreft. En wat betekent dit voor de OV-kaart?

In de opsomming van de 54 punten heeft minister Timmermans ook de studiefinanciering op het oog. Het kabinet erkent, dat Europese rechtspraak op dat punt het beleid in de weg zit.

Timmermans formuleert dit zo: “De uitspraak van het EU-Hof in 2012 in de zaak Commissie/Nederland (C 542/09) inzake het Nederlandse systeem van meeneembare studiefinanciering laat zien dat er een spanning kan ontstaan tussen enerzijds maatregelen die de mobiliteit van studenten stimuleren (een beleidsdoelstelling van zowel de EU als Nederland) en anderzijds het vrij verkeer van werknemers. Nederland is van mening dat meeneembare studiefinanciering, gelet op het doel en de financiële houdbaarheid, ten goede moet komen aan studenten die een band hebben met Nederland en zich naar een ander land verplaatsen voor hun studie.”

Niet in de weg zitten

Hij concludeert dat als volgt: “Nederland vindt dat het belang van studentenmobiliteit en het belang van het vrij verkeer van werknemers elkaar niet in de weg moeten zitten en zet zich er voor in om samen met andere lidstaten een oplossing te vinden.”

Ook bij de OV-kaart dreigt iets dergelijks. Nederland gaat hoogstwaarschijnlijk een zaak op dat punt bij het Hof verliezen. Dat kon wel eens een dure grap blijken. En zo kon vanuit de EU een extra argument op tafel komen voor het kabinet om af te zien van een nieuw OV-kaart contract met de vervoersbedrijven.

Meer uniform toelaten?

Het kabinet heeft nog een ander punt ten aanzien van kennis, dat men uit EU-handen wil houden. Dat betreft de “Richtlijn toelating onderdanen uit derde landen bij onderzoek, studie, scholierenuitwisseling, etc.”.

Hier vreest men vooral een one size fits all benadering. “De Commissie heeft recentelijk [sic red. ] een voorstel uitgebracht inzake een meer uniforme toelatingsprocedure voor toelating en verblijf van onderzoekers, studenten, scholieren in uitwisselingsprogramma’s, betaalde en onbetaalde stagiairs, vrijwilligers en au pairs. Nederland heeft enkele bedenkingen met betrekking tot zowel de subsidiariteit als de proportionaliteit. Het doel van een dergelijke EU-regeling op het terrein van arbeidsmigratie is wat Nederland betreft de (lidstaat overstijgende) meerwaarde voor de kenniseconomie.”

“Dit is echter niet van toepassing op de categorieën scholieren in uitwisselingsprogramma’s, onbetaalde stagiairs, vrijwilligers en au pairs. Voor die categorieën is de subsidiariteit wat Nederland betreft negatief. Een richtlijn als instrument is hier, voor zover gewenst, wat Nederland betreft slechts proportioneel als deze lidstaten voldoende ruimte biedt voor nationaal beleid.”

Liever migratiemaatwerk

Het komt er eigenlijk op neer, dat men deze richtlijn wel wil, maar meer maatwerk voor het eigen kennismigrantenbeleid daarbinnen. Want Timmermans concludeert: “Nederland zal zich er tijdens de onderhandelingen over deze richtlijn voor inspannen om de categorieën die in onze ogen te ver gaan uit het voorstel te krijgen, dan wel de bepalingen over deze categorieën een zo min mogelijk verplichtend karakter te laten hebben.”

Eigenlijk alleen bij de studiebeurzen is de EU dus een ongewenste mede bestuurder en regelneef. En dat speelt vooral een rol bij de kosten die worden veroorzaakt, doordat elke EU-burger dezelfde rechten en plichten wordt toebedeeld. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK