HBO beter bestand tegen crisis

Nieuws | de redactie
3 juli 2013 | Ook HBO’ers voelen spanning op de arbeidsmarkt. Hun werkloosheid liep in 2012 al flink op: van 6,0% naar 7,9%. Vergeleken met andere sectoren stijgt deze minder sterk en deeltijders doen het zelfs goed. De verschillen tussen hogescholen zijn soms opmerkelijk, ook bij de grote in de Randstad.

Dit blijkt uit de nieuwe HBO-Monitor, het jaarlijkse onderzoek naar de arbeidsmarktpositie van afgestudeerde hbo-studenten in opdracht van de Vereniging Hogescholen. De werkloosheid onder afgestudeerde hbo’ers van voltijdopleidingen blijft met 9,0% lager dan voor gediplomeerde mbo’ers (10,6%). Afgestudeerden van HBO-deeltijdopleidingen kennen een relatief lage werkloosheid van 4,5%.

Goede aansluiting op werk

Van de voltijd afgestudeerden met werk heeft 84% de eerste baan binnen drie maanden gevonden. 52% van alle werkenden heeft anderhalf jaar na afstuderen een vaste aanstelling. De aansluiting tussen opleiding en werk blijft relatief goed. Net als vorig jaar heeft acht op de tien voltijd afgestudeerden een baan binnen het eigen vakgebied.

Ook werkt meer dan driekwart op minimaal hbo-niveau. Eenzelfde grote groep is positief over de aansluiting tussen opleiding en werk, terwijl de voorbereiding op de actuele beroepspraktijk een ruime voldoende krijgt in dit jaarlijks onderzoek van het ROA.

Afgestudeerden van de pedagogische sector en de gezondheidszorg vinden in negen van de tien gevallen een baan in de eigen of verwante richting. Afgestudeerden van de sectoren kunst en economisch hebben daar de meeste moeite mee.

76% van de voltijd afgestudeerden vindt een baan op minimaal hbo-niveau (78% in 2011). Afgestudeerden van de pedagogische sector werken het meest op hbo-niveau (90%).Ook voor de sectoren technisch (86%) en gezondheidszorg (81%) is het aandeel daarbij hoog. De gediplomeerden van de sociaal-agogische sector hebben relatief vaak een baan in de eigen of verwante richting (83%), maar slechts 51% van hen werkt op hbo-niveau.

Sterk en zorgelijk

Niet bij elke hogeschool zijn de uitkomsten voor de arbeidsmarktpositie van de afgestudeerden even gunstig.  Wanneer een student een opleiding heeft afgerond op de Hogeschool der kunsten in Den Haag of aan de Kempel Hogeschool in Helmond heeft de afgestudeerde een 23% kans werkeloos thuis te komen zitten. Met die zorgelijke cijfers zijn deze beide hogescholen hekkensluiters binnen de HBO-sector. Na de afronding van een opleiding aan de Hogeschool Driestar of Hotelschool Den Haag is de kans slechts 3% dat een student na het afronden van zijn studie werkeloos wordt.

Opvallend is ook het verschil in de cijfers tussen de verschillende grote hogescholen. Zo kent de Hogeschool Rotterdam ondanks de qua opleidingsniveau en sociaal-economische ontwikkeling zwakke regio ‘slechts’  6% werkelozen na afstuderen, evenals de Hogeschool Utrecht in een veel sterkere omgeving. De HvA in het welvarender en relatief meer hoog opgeleide Amsterdam daarentegen kent met 9% opvallend meer werkelozen. Dat geldt ook voor Inholland, waarvan 10% van de afgestudeerden geen baan kan vinden.

Deze nieuwe cijfers over de arbeidsmarkt voor afgestudeerden hbo’ers zijn afkomstig uit de HBO-Monitor 2012. Dit jaarlijkse onderzoek wordt uitgevoerd door het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Maastricht University. In deze factsheet vindt u de belangrijkste resultaten. Gegevens per sector en opleiding zijn beschikbaar in deze bijlage


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK