Hypotheekaftrek à la Hellas

Nieuws | de redactie
26 september 2013 | Goed tellen is belangrijk. Pieter Omtzigt laat in zijn nieuwe column zien waarom serieuze omgang met getallen, statistieken en feiten onmisbaar is voor doeltreffend beleid. “Als de Grieken ergens €2,3 miljard missen, dan schreeuwen wij moord en brand. Maar bij ons blikt of bloost niemand van zo’n cijferverschil.”

Bij het lezen van de Miljoenennota viel de ScienceGuide-columnist en econometrist uit de Tweede Kamer “twee tabelletjes op: een uit de miljoenennota 2013 en dezelfde tabel uit de miljoenennota 2014. Vergelijk even wat erin staat. Vorig jaar raamde de regering de kosten van de hypotheekrenteaftrek op €9,4 miljard per jaar. Dit jaar denkt de regering dat de hypotheekrenteaftrek €11,7 miljard kost. Oftewel: de hypotheekrenteaftrek is liefst €2,3 miljard per jaar duurder geworden.

Verkeerde schatting van 100 miljard

‘Hoe kan dat?’ vroeg ik mij onmiddellijk af. Om een idee te geven hoeveel impact dit heeft geef ik hier even een paar data: als je €100 miljard aan extra hypotheken verstrekt tegen 4,6% rente, dan betalen de huizenbezitters €4,6 miljard rente per jaar. Als ze dat tegen 50% aftrekken, kost het de staat €2,3 miljard. Dus het verschil in de twee tabelletjes is equivalent aan een verkeerde schatting van €100 miljard over de uitstaande hypotheken.

Dinsdag heb ik daarover dan ook een vraag gesteld en dit is het antwoord van de regering: “Het verschil tussen de raming van de budgettaire kosten in de Miljoenennota 2013 en de raming in de Miljoenennota 2014  is vooral toe te schrijven aan een technische bijstelling. In de Miljoenennota 2013 zijn de budgettaire kosten van de fiscale behandeling van de eigen woning (het saldo van de derving van hypotheekrenteaftrek en de opbrengst van het eigen-woningforfait) berekend op basis van een gegevensbestand samengesteld uit een steekproef van belastingplichtigen.”

“In de Miljoenennota 2014 zijn de budgettaire kosten berekend op basis van een integraal gegevensbestand van de Belastingdienst. De berekening op basis van integrale in plaats van steekproefgegevens geeft een beter inzicht in de budgettaire kosten. De budgettaire effecten van de recente wijzigingen van de fiscale behandeling van de eigen woning zijn geraamd met behulp van de integrale gegevens.”

Kort gezegd: we hadden steekproeven en nu hebben we het eindelijk ook eens nageteld bij de belastingdienst. Daardoor is er een “beter inzicht”

Moord en brand

Beter inzicht? Als de Grieken ergens €2,3 miljard missen, dan schreeuwen wij – en ook ‘Brussel’ – moord en brand. Maar bij ons blikt of bloost niemand van zo’n cijferverschil. Het feit dat er niet goed geteld wordt, is heel ernstig. Statistiek begint altijd met tellen, gewoon zorgvuldig tellen. Kun je niet tellen, dan ga je schatten en dan graag wel zorgvuldig schatten.

Pas daarna maak je heel ingewikkelde modellen om naar effecten van hervormingen te kijken: wat gebeurt er als je iets verandert. Dat zijn moeilijke, ingewikkelde modellen met meer onzekerheid dan econometristen durven toegeven.

Hoezo 1 miljard voor onderwijs?

Maar er miljarden naast zitten bij de hypotheekrenteaftrek is onvergeeflijk. Dat betekent, dat de schattingen van de effecten van de inperking van de hypotheekrenteaftrek bij de kabinetsformatie op foute gegevens gebaseerd zijn en dus fout zijn.

Om het eens anders te zeggen: er zijn een heftige discussies over € 1 miljard extra voor onderwijs en onderzoek, over €300 miljoen om de diesel niet duurder te maken, of over €50 miljoen om niet al onze buitenlandse spionnen te ontslaan. De gezamenlijke kosten van deze maatregelen bedragen ongeveer de helft van deze ‘statistische correctie’. Relevanter kan ik goed tellen en statistiek niet maken.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK