Winters Ruslandjaar

Nieuws | de redactie
18 oktober 2013 | Het begon zo mooi. 50 rectores uit Rusland kwamen met Poetin om dit jaar feestelijk in te huldigen. Toch zei hun chef toen al: “Soms denk ik wel eens: ‘hou nu eens een keer op over die ene tsaar….’ Hij was bij u op bezoek, dat klopt. Maar er zijn nog zó veel meer bijzondere Russen in Nederland geweest!”

“Vroeger was het misschien moeizaam om te komen bij ons, maar nu zou ik zeggen, ‘wees niet lui, kom gewoon.’ Nederlanders zijn welkome gasten en partners en in ons grote land zijn ook de mogelijkheden samen nieuwe dingen te doen veel groter dan u waarschijnlijk denkt. Onze cultuur is bovendien verwant, de Russen kennen de historie, de rijke cultuur van Nederland uit de vele raakvlakken en ontmoetingen door de loop van de eeuwen.”

Met die woorden liet Evgeny Ugrinovich zijn enthousiasme toch wel door klinken in gesprek met ScienceGuide. Hij was met president Poetin meegereisd als kenner van Nederland. Rond 2000 was hij enkele jaren de wetenschapsattaché  geweest op de ambassade in Den Haag en was zeer content hier opnieuw op te kunnen treden als katalysator van samenwerking.

De echte reden

“De viering van 300 jaar betrekkingen is natuurlijk een nogal uniek historisch gegeven tussen twee landen. Maar ‘de echte reden’ voor mijn komst is toch vooral die bijzondere band die ik met Nederland heb gekregen. Ik ben na mijn diplomatieke ervaringen nu in de positie gekomen beleid te ontwikkelen dat daar op voort bouwt. Zo inhoudelijk te kunnen aanhaken op die kennis en inzicht in uw land als kennisnatie is echt opbeurend.”

“Nederland is slim, klein en rijk en daarin is het op allerlei terreinen vaak groot en sterk. Alles wat groot en zwaar is, bijvoorbeeld in de industrie en techniek, dat is niet iets waar Nederland van moet hebben. Maar in bijzondere extra’s in de technologie en industriële productie ben tu vaak heel erg goed. In ongeveer elke auto, elk vliegtuig, of elke vrachtwagen die andere landen bouwen zit tenminste één technologische vinding, of een paar hightech extra’s die juist vanuit Nederland komt.”

“Het hoger onderwijs in Nederland leidt mensen op die voorbereid zijn om op een zeer hoog niveau te functioneren. Daarom dat veel mensen, veel landen en bedrijven hen ook willen hebben. Dat wordt nog versterkt door de uitstekende verbindingen die vanuit die ‘civil society’ kenmerken van de samenleving bestaan tussen het bedrijfsleven en ede instellingen. Dat geldt ook voor de rest van de omgeving van uw hoger onderwijs, trouwens. Dat is een aspect waar wel van kunnen leren.”

Sterke dialoog 

“Hoe verbinden we in de samenleving zulke sectoren met elkaar? Bij u zijn kennis, maatschappij en economische omgeving met elkaar voortdurend ‘bezig’. Dat zorgt voor voortdurende wederzijdse impulsen in de innovatie van kennis en toepassingen en maakt dat uw opleidingen jonge talenten voorduren naar een hoger niveau kunnen brengen. Die dialoog is zeer sterk, dat heb ik destijds al gezien toen ik in Nederland werkte op de ambassade.”

“Ook de manier waarop hier de kwaliteit van het hoger onderwijs wordt bewaakt en vastgesteld, is zo’n thema waar hij van kunnen leren en samenwerking vruchtbaar kan zijn. Wat mij interesseert is hoe de borging van kwaliteit in Nederland niet is gebaseerd op een reeks formele vereisten aan opleidingen en instellingen, maar kijkt naar de ontwikkeling van de kwaliteit en reputatie daarvan. Dat bouwt ook voort op de kwalitatieve eisen die vanuit bedrijven en professies gesteld worden aan diploma’s en de afgestudeerden. Ook daarin zie je die dialoog weer sterk functioneren.”

Lastig overdragen

“Uitwisseling op dit soort terreinen is nodig, kennistransfer loopt via contacten met mensen. Daarbij moeten we niet sturen op aantallen, op veel, op meer, maar allereerst op die kwalitatieve keuzes. Zulke uitwisselingen zullen meer succes kennen als we de nadruk leggen op teams die kennistransfer ontwikkelen dan op het uitwisselen van losse personen. Daarvoor de instrumenten ontwikkelen is een wezenlijk onderdeel van het beleid, dat we op de nieuwe basis voor samenwerking na dit Rectorenforum samen moeten gaan vormgeven.”

“Deze meer strategische benadering is soms lastiger om uit te dragen. De ‘verkoop’ ervan bij ons in Rusland kunnen onze Nederlandse partners en de beleidsmakers hierbij goed helpen door hun actieve participatie. Dan gaat dat bij ons nog meer leven en dan zullen ook Russen dit omhelzen.”

Die laatste opmerking zou in de huidige omstandigheden er op kunnen wijzen, dat het misschien toch maar goed is niet te opgefokt verontwaardigd te doen en de verbindingen met ‘de Russen’ niet af te kappen.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK