Bussemaker let op Blok

Nieuws | de redactie
11 februari 2013 | Het politiek gevecht om het woningbeleid is de oefening voor de strijd om het leenstelsel en HO-beleid. Bussemaker, het CDA en de coalitie kijken scherp hoe minister Blok de mist in gaat. Hoe kan via slimme toegevingen al in de Tweede Kamer de Senaat gewonnen worden? ScienceGuide verkent vast.

Stef Blok heeft een portefeuille waarin alle narigheid samenkomt. De strenge en zuinige liberaal moet miljarden lastenverzwaringen binnen harken die hij als bezuinigingen moet zien te verkopen. Hij moet huurders en woningcorporaties fors meer laten opbrengen en gaat daarmee de zwaar aangeslagen bouwsector nog verder doen wegzakken. Andere investeringen om dit bedrijfsleven en de tienduizenden bedreigde banen te helpen heeft hij niet, net als zijn liberale collega Schultz deze niet kan opbrengen voor infra-impulsen.

Geen meerderheid in de Senaat

Het woningmarkt- en bouwbeleid van Rutte II is kortom een zeer moeizame portefeuille: lastenverzwaring gecombineerd met akelige tegenvallers voor het economisch herstel en de werkloosheid. Daar komt nog bij, dat Bloks ingrepen geen meerderheid vinden in de Eerste Kamer. Het CDA heeft geen zin de coalitie bij dit beleid aan een meerderheid te helpen. Concessies zijn daarvoor nodig en Blok en Dijsselbloem weten dit, tot hun merkbare ergernis.

Alsof de situatie niet moeilijk genoeg is, werd vorige week bekend dat Maxime Verhagen de nieuwe voorzitter van Bouwend Nederland wordt. De bouwsector zet dus tegenover Blok de hardste onderhandelaar in van het Haagse en uit het CDA. Het kabinet telde intussen zijn knopen en ging al in de Tweede Kamer met het CDA werken aan een ‘deal’. Want als Buma voldoende toegevingen  bij het bouwbeleid zou kunnen loskrijgen, dan zouden zijn partijgenoten in de Senaat Blok minder zwaar hoeven aan te pakken. Het CDA zou zijn beleid zelfs, na bijstellingen, kunnen willen steunen.

Deze aanpak is een vingeroefening voor de rest van de pijnpunten uit het regeerakkoord. Bovenal het sociaal leenstelsel, zo verneemt ScienceGuide. Ook dit heeft geen meerderheid in de Eerste Kamer en minister Bussemaker heeft geen soepele route naar toereikende steun. Boven op D66 en GroenLinks is voor haar bijvoorbeeld erg riskant.

Wat kan Van Meenen (D66)?

Bussemaker kan formeel rekenen op steun voor een leenstelsel bij deze twee, gelet op hun verkiezingsprogramma’s. Maar beide bewegen nu tactisch weg daarvan, zulks om de prijs die het kabinet voor hun steun zou moeten betalen te verhogen. Paul van Meenen van D66 heeft aangegeven dat zijn partij ‘te koop lijkt’, als toegevingen op het punt van aanvullende beurzen en wellicht ook de OV-kaart te verwachten zijn. GroenLinks is een veel lastiger gesprekspartner, niet alleen vanwege de interne desoriëntatie in die partij.

GroenLinks wil zich minder als moderne liberale partij profileren en meer op authentiek links-ecologisch vlak en zou daarom Rutte II niet willen en kunnen helpen bij het fors benadelen van de studenten via een leenstelsel en OV-kortingen. Bussemaker loopt dan ook een fors risico. Het gevaar voor de minister is, dat zij in de Tweede Kamer concessies doet aan D66 en GroenLinks en in de Senaat alsnog een debacle moet beleven omdat GroenLinks en CDA haar voorstellen blijven afwijzen. D66 levert haar geen meerderheid en politiek dus eigenlijk niets.

De kans op welslagen lijkt derhalve groter als Bussemaker – proactief ‘lerend’ van Stef Blok – direct met het CDA een ‘deal’ weet te vinden. Haar meerderheid in de Eerste Kamer is dan verzekerd en D66 en GroenLinks kunnen in de Senaat vervolgens moeilijk beweren dat de minister niet bereid is tot luisteren en uitgestoken handen. Zeker D66 kan dan moeilijk tegenstemmen bij een gematigde variant van het leenstelsel.

Gedoogpartij CDA

Zou het CDA zo’n ‘deal’ willen sluiten? Als het die partij binnen de oppositie als constructieve en relevante club doet profileren en daarmee uit de hoek van PVV en SP bewegen vast wel. Buma en Brinkman zouden hun fracties in beide Kamers tot een soort gedoogpartij promoveren waar Rutte, Dijsselbloem en Bussemaker zeer goed naar willen en moeten luisteren. Het leenstelsel kan er dan – flink bijgesteld – komen, inclusief een hoge opbrengst voor kennisinvesteringen.

Wat zou Bussemaker moeten doen om het CDA te gerieven? In Rutte-I heeft het CDA een stap naar het leenstelsel geaccepteerd, namelijk die voor de masterfase. De minister kan dit feit inbrengen en bijvoorbeeld een versterking van de ‘aanvullende beurs’ factor in de nieuwe leningen aanbrengen als verbetering voor de bachelorfase, met name voor het HBO van belang.

OV-kaart en woningbouw

Er is nog meer denkbaar binnen het kader van het akkoord van VVD en PvdA. Bussemaker kan de basisbeurs handhaven voor de propedeusefase, om de stap naar HBO en WO niet te belasten met een direct schuldrisico. Als de student het eerste jaar succesvol heeft afgerond, mag van deze verwacht worden dat zij met een goed beeld van de opleiding, het beroep en met een flinke motivatie daartoe bereid is via een leenstelsel meer bij te dragen aan de kosten.

Dat is in lijn met de CDA-benadering die ook achter de langstudeerboete schuilging: als de student weet wat zij wil, dan is het goed hem en haar aan te moedigen er flink werk van te maken. Studeren is niet voor watjes.

Ook bij de OV-kaart is ruimte voor toegevingen die het CDA graag zou kunnen zien. De berekeningen die laten zien dat de kabinetsingrepen de woningmarkt nog verder zouden belasten – 50.000 meer woningzoekende jongeren in het HO bijvoorbeeld – geven aanleiding tot een kritische evaluatie van de OV-kaart bezuinigingen. Bouwend Nederland zal daar content mee zijn. Bussemaker en Blok zouden hier dan ook als bondgenoten kunnen optreden: minder extra problemen op de huizenmarkt en meer ruimte om met het CDA tot een constructieve overeenkomst te komen in Tweede en Eerste Kamer. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK