De andere drie procent

Nieuws | de redactie
12 juni 2013 | “We hebben afspraken daarover. U kent het programma Horizon 2020, de Lissabondoelstellingen.” Herman van Rompuy pakt uit. Nederland moet nu echt serieus in kennis investeren, zegt de ‘president van Europa’ tegen ScienceGuide.

De Raadspresident die de Europese regeringsleiders beminnelijk volhardend bij de les houdt, bezocht het Spoorwegmuseum in Utrecht. In zijn publiek zaten zijn CDA-partijgenoten van naam en faam in Europa, als Onno Ruding, Arie Oostlander en Corien Wortman, de bedenker en doorduwer van het ‘sixpack’ van strenge regels bij de schulden van de EU-staten.

Verbonden door de Fyra

“Er is veel dat ons verbindt,” begon hij zijn rede. “Toen ik hoorde dat u mij in dit museum zou ontvangen, dacht ik direct: Inderdaad, als er iets is dat mij land en Nederland dezer dagen verbindt, dan is het wel het spoor!” Van Rompuy oogste met deze subtiele Fyra-excursie een ovatie van een schaterlachende zaal. Na afloop sprak van Rompuy met ScienceGuide over de economische crisis in Europa, de Nederlandse huiswerkopdrachten en geld voor kennis.

U kwam met Olli Rehn met een pakket scherpe adviezen voor Nederland. Wij moeten voorgenomen, op papier beloofde hervormingen nu echt concreet waarmaken.

“Dat zijn onze aanbevelingen, zeker. “

Daar zei u iets bij, een aanbeveling die er uitsteekt. Met nogal wat nadruk zegt u tegen Nederland ‘investeer nu, ondanks ‘austerity’, in kennis’, in ‘Forschung und Bildung’ zou de Kanzlerin zeggen. Waarom legt u deze nadruk zo en waarom juist nu?

“Waren wij voor u zo nadrukkelijk? In elk geval moet dit gebeuren, dat is correct. Dat geldt voor alle lidstaten, voor ons allen in Europa, laat ik dat er aan toevoegen. Elk van ons moet investeren in kennis. ‘Forschung und Bildung’ beide, u zegt dat mooi.

Waarom deze nadruk nu? Dat kan ik u vertellen. Geen land in Europa kan zijn competitiviteit en groei herstellen zonder blijvend te investeren in kennis. Dat is zaak voor Nederland. Dat zaak voor ons allemaal.”

Geen Brusselse dictaten

Maar het valt wel op dat u al eerder op dit punt juist Nederland op ging porren concreet te maken wat hier aan de orde moet komen.

“Natuurlijk! Dat doe ik bij alle landen die wij aanspreken om hier nu te doen wat nodig is voor Nederland. We hadden afgesproken op dit punt. U kent ze: de Lissabondoelstellingen, nu ook Europa 2020 en daarin Horizon 2020 voor investeringen in kennis, in onderzoek. Daar moet je elkaar dan aan houden, je ziet samen de noodzaak ervan om zulke afspraken te maken, immers.”

U wees er in uw rede op dat zulke strategische punten, ook de grote ingrepen tegen de banken- en schuldencrisis, geen dictaten zijn van ‘Brussel’. ‘Europa dat zijn wij!’ het zijn de lidstaten zelf, Nederland zelf, die deze afspraken om te investeren in kennis hebben gemaakt, zegt u dus eigenlijk.

“Zo is het inderdaad. De lidstaten maken samen deze afspraken, het is niet een ‘Brussel’ dat hen of uw land iets oplegt. Dat is niet eenvoudig, ook in Amerika dat wel één natie is, blijkt wel hoe moeilijk dat is, het tegengaan van de crisis en begrotingsproblemen.

Ik reken het wel eens voor hoe wij in de Raad bijvoorbeeld tot een begrotingsakkoord komen. Zo’n voorstel moet de instemming van alle 27 lidstaten verwerven, van de regeringsleiders die elk hun eigen coalities kennen in het eigen land dat zij vertegenwoordigen. Zij moeten die verschillende stromingen en partijen tot gelding brengen. Dus eigenlijk moet ik in de Raad als voorzitter met zo’n 50 tot 60 partijen er zien te komen en een akkoord bereiken.

En dat kan, dat lukt. We hebben grote stappen kunnen zetten tegen de crisis en de stabiliteit van de eurozone weten te herstellen. De crisis helpt dikwijls. Zij dwong ons tot besluiten te komen. Daarmee konden de lidstaten hun beleid om tot herstel te kunnen voeren.

Bij die afspraken die wij hebben gemaakt zit ook dat wij tenminste 3% van ons BBP zullen besteden aan investeringen in kennis, in het onderzoek. Die afspraak heeft elke lidstaat met de anderen gemaakt. Niet ‘Brussel’ dicteert zoiets. Of zoals men vroeger wel eens zei. ‘Dit moet van Maastricht’. Dat scheldwoord is nu verdwenen en Maastricht is gelukkig weer een mooie stad die gezien mag worden. Ik hoop dat ook voor Brussel ooit weer.”

De drie procent voor kennis en macht

Die 3%-norm komt uit de Lissabondoelstellingen en staat ook in Europa 2020 nog overeind. We horen daar alleen minder over dan van die andere 3%. Maar ook deze 3% voor kennis en macht noemt u zo’n wezenlijke afspraak.

“Voilà. Er is ook deze andere 3% en ik herinner daar dus aan.”

In uw rede en de discussie na afloop onderstreepte u de noodzaak nu vanuit alle lidstaten de beste inspanningen tegen de jeugdwerkloosheid te ‘poolen’, in het bijzonder bij training, vorming en onderwijs. Hoe ziet u dit voor u?

“Al wat wij doen is gericht op herstel van de basis voor nieuwe werkgelegenheid en het behoud van de verzorgingsstaat. De existentiële bedreigingen van de eurozone is voorbij. De crisis duurt nu wel langer dan wij dachten, dus we moeten niet wachten maar effectief voorkomen dat mensen in zeer lange werkloosheid geraken. Maatregelen met een directe impact zijn nodig, ook via scholing en vorming van wie geen werk vinden.

Vandaag heb ik een brief laten vertrekken daartoe aan alle leden van de Raad, de regeringsleiders. Ik vraag daarom creatieve maatregelen, nu voor in onze Raadsvergadering van deze juni. Breng bijeen daarin wat werkt en wat zij in hun eigen budgetten nu reeds doen.

Ook betalen de nationale regeringen nu toch al uitkeringen voor wie geen werk hebben. Zet dat geld dus in voor nuttige toepassingen en kijk hoe we met bijvoorbeeld de Europese Investeringsbank de investeringen in succesvolle maatregelen kunnen verhogen.

Spiegel alleen niet voor dat er wel snel weer economische groei komt die vanzelf snel werk leveren zou voor jongeren. Dat is niet correct, dat moeten wij niet doen.”

Openheid en solidariteit als kernwaarden

Centraal in uw rede stond de vraag naar een nieuw project voor Europa. Uw leermeester Leo Tindemans noemde de Unie ooit ‘de meest genereuze gedachte van de naoorlogse tijd’, zo herinnerde u. voor die “offensieve strategie” die u wenst gebruikte u ook de term “het open continent met grootste soft power ter wereld.” Hoe ontwikkelen we dit?

“We hebben zojuist een akkoord met Japan getekend om tussen ons de vrijhandel te realiseren. Zulke overeenkomsten zijn al gesloten met Korea en Singapore, met India zijn wij heel dichtbij zo’n vrijheidsakkoord. Dat gaat dan om openheid en handel met veel meer dan een miljard mensen in opkomende economieën, hè?

Maar ook met Canada zijn we hier nu heel dichtbij. In deze maand juni komt het begin van het gesprek over een akkoord tot een zone van vrijhandel met de Verenigde Staten. Dit zijn formidabele ontwikkelingen naar grotere openheid en vrijheid voor meer welvaart. Samen zijn de Unie en de VS nog steeds helft van de economie, de welvaart op aarde.

Dit Europa is zeer in het belang van Nederland. U bent geen klein land, maar een grote handelsnatie. Uw export is groter dan die van landen als Italië, groter dan het Verenigd Koninkrijk zo lieten onlangs de nieuwe cijfers zien. Dat zijn indrukwekkende gegevens als je kijkt naar het belang van zulke akkoorden voor grotere openheid en welvaart.

Die genereuze kant van het Europees project zit ook in onze ‘soft power’. We zijn de bondgenoot van Afrika in de ontwikkelingssamenwerking. Niet alles is economie immers. Openheid en solidariteit zijn onze kernwaarden, de corebusiness van Europa. Daarin zit ook onze steun aan de Arabische Lente, bij alle problemen die dat ook oplevert. Help de democratie waar die een kans kan krijgen,  die boodschap brengen we over. Ook in Moskou, ook in Beijing. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK