Geen fusie, toch geld?

Nieuws | de redactie
13 januari 2014 | Nu de fusie van bètafaculteiten in Amsterdam afgeblazen is, ligt op tafel hoe de prestatieafspraken van VU en UvA met het kabinet verder kunnen. Moet er een nieuw pakket komen voor profiel en kwaliteit? En moet de eerdere beoordeling door de Review Commissie HO voor OCW nu over?

VU en UvA hebben een Amsterdam Academic Alliance (AAA) gesloten, waarin stevige samenwerking, afstemming en uitruil van zwaartepunten zou moeten groeien. De Review Commissie van Van Vught keek daar afstandelijk naar. Zij achtte de feitelijke voornemens en invulling vaag. Meest concreet was nog de voorgenomen bèta-fusie.

Scherpe monitoring

Daarom kwamen VU en UvA relatief zwak uit de beoordeling van de RCHO, in elk geval wat betreft de stevigheid en geloofwaardigheid van de plannen die de prestatieafspraken moesten onderbouwen. Alles zou dus afhangen van hun concrete realisatie van de monitoring daarom door Van Vught en de zijnen. Hij kondigde op ScienceGuide aan, dat deze puntig en ‘streng’ zou zijn.

De AAA ontvalt nu het meest concrete dat die alliantie als invulling kende. De RCHO vond echter dat juist deze bètafusie de aansporing moest zijn voor nog veel meer afstemming en zwaartepuntvorming. Die noemde zij “een optie die in de ogen van de Commissie veel perspectief biedt.” Kort en goed gezegd was de boodschap in oktober 2012: fuseer toch alstublieft tot één universiteit van internationale allure en schrap daarbij de reeks opleidingen die u aanbiedt op matig niveau. Blijkbaar zou nu bij VU en UvA niettemin het omgekeerde gaan gebeuren.

De AAA heeft ook nog moeten ervaren, dat een ‘derde universiteit’ in Amsterdam aan het HO-palet werd toegevoegd. Deze is niet de vrucht van deze ter plekke toch goed ingevoerde alliantie. Het zijn nota bene de TU Delft, WUR en MIT die zich nu in de hoofdstad kunnen gaan profileren.

Geld nieuw verdeeld

Voor de RCHO en OCW komt hiermee de vraag op tafel of de prestatieafspraken nog wel overeind staan. De afstemming en profilering van de twee universiteiten in Amsterdam is immers geen detail of marginaal aspect in het proces van zwaartepuntvorming of de beoordeling daarvan.

Deze heeft bovendien de nodige financiële consequenties in het nieuwe verdeelmodel van de HO-bekostiging. “De universiteit met de beste score heeft in 2014 ruim €4,1 miljoen meer,” meldde de minister de Kamer recent. De monitoring door Van Vught cum suis is inmiddels aanstaande. Vraag is dan wat de RCHO eigenlijk gaat monitoren: de actuele redesign van UvA en VU of de achterhaalde planvorming uit 2010-2011.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK