Slecht nieuws voor bèta’s
De opvolger van Bernard Wientjes begon zijn ambt niet met kleurrijke verhalen over de productie en marketing van kleurig sanitair en badkamerdecoraties. Zijn voorganger kon daar met humor en opvallende gedrevenheid over vertellen, als hij aangesproken werd op zijn oorsprong en liefde voor het ondernemerschap. Bij De Haagse Hogeschool vertederde hij zijn jeugdige publiek bijna met wijze lessen over de verkoop en modetrends in jacuzzi’s en natte cellen.
Kritiek op leenstelsel
Hans de Boer haalde in bijna alle media uit naar het kabinet en de partners in de polder. De premier zette hem binnen vierentwintig uur op zijn plaats en heel Den Haag keek hoofdschuddend toe. Opvallend was dat niemand de behoefte had hem in bescherming te nemen, ook de oppositie of andere werkgeversorganisaties niet.
Dit raakt ook direct het hoger onderwijs. De Boer uitte zich namelijk opvallend kritisch over het leenstelsel en de drijfveren van de coalitie daarbij. Maar snel daarna werd hij teruggefloten door de premier en onderstreepte De Boer zelf dat zijn krachtige taal een beetje verkeerd begrepen was.
Daarmee lijkt de kans verkeken op verdere verzachtingen van het studievoorschot, vooral voor de zware bètatechnische studies. VNO-NCW en FME hebben daar zeer op aangedrongen en één van Wientjes’ laatste daden was een scherp geformuleerde reactie op het ontbreken van zo’n tegemoetkoming in het gedoogakkoord van VVD, PvdA, D66 en GroenLinks.
Vriend van Jet Bussemaker
De ongelukkige uitlatingen van Wientjes’ opvolger maken het nu bijna onmogelijk dat het kabinet hier in de zomer alsnog een concessie zou doen. Eerst moeten de werkgevers hun rol en betrouwbaarheid als sociale partner weer oppoetsen, voordat nu gebaren gemaakt kunnen worden naar De Boers’ kritiek.
Hij noemde zich in zijn interviews een vriend van Jet Bussemaker, maar zou het leenstelsel anders aangepakt hebben, zo zei hij. Dat blijkt nu een effectieve manier om te belemmeren dat de minister andere accenten in haar beleid nog enige ruimte zou geven.
