Culturele sector wordt commerciëler
Kolsteeg die op 7 oktober zijn proefschrift verdedigt dat hij schreef bij de HKU en de Universiteit Utrecht, onderzocht in hoeverre economische afwegingen een rol spelen in de dagelijkse praktijk van een aantal creatieve non-profit en for-profit organisaties. Dit deed hij onder andere bij Huis aan de Werf en Festival aan de Werf (nu Het Huis Utrecht), Service Design Bureau 31 Volts en het Rosa Ensemble.
Creativiteit leidend
De bezuinigingen op de kunst- en cultuursector nopen culturele en creatieve organisaties er toe financiële afwegingen hoger op de eigen agenda te zetten. Toch blijft hun creatieve identiteit leidend in de strategische keuzes die ze maken, stelt Kolsteeg. “In beide organisatietypen staat het artistieke en creatieve belang boven het economische.”
Creatieve non-profit en for-profit organisaties gaan op verschillende manieren om met economische afwegingen, aldus Kolsteeg. In de for-profit organisaties behoren de creatief-economische afwegingen tot de dagelijkse routine, culturele en economische argumenten zijn er geïntegreerd in de dagelijkse praktijk. In de non-profit organisaties bemerkte hij dat artistieke en economische waardesystemen vaker gescheiden blijven.
Afgelopen maandag besprak de Tweede Kamer nog hoe de overheid culturele organisaties en kunstenaars kan ondersteunen in het ondernemerschap. Minister Bussemaker beaamde dat de bezuinigingen problemen kunnen veroorzaken in de kunstsector en dus kunnen de aanbevelingen van Kolsteeg van grote waarde zijn voor de sector.
Versterk de communicatie
In de kunst- en cultuursector heerst onduidelijkheid over definities van begrippen uit het cultuurbeleid, zoals ondernemerschap, partnerschap en groei, vindt Kolsteeg. Deze onduidelijkheid drijft een wig tussen culturele en economische waarden – in tegenspraak met de doelstellingen van het overheidsbeleid. “Overheden zouden zich bewuster kunnen zijn van de totstandkoming van strategisch denken in culturele organisaties en de interne afwegingen die gemaakt worden,” aldus Kolsteeg.
Een tweede aanbeveling die de kunst- en cultuurwetenschapper doet, is het versterken van de communicatie tussen lokale overheden en culturele instellingen, over de te nemen strategische culturele en economische koers. Kolsteeg: “De lokale overheid kan instellingsbeleid dan beter relateren aan cultuurpolitieke doelstellingen, die zij dan op haar beurt inhoudelijk kan verdedigen bij de sector. Daardoor ontstaat een cultuurbeleid dat meer recht doet aan de sterke punten van de sector.”
Meest Gelezen
‘Compensatoir toetsen komt kwaliteit hoger onderwijs wél ten goede’
Wet leeruitkomsten: Doorgeschoten individualisering of broodnodige keuzevrijheid?
‘Juist bij flexibiliteit heeft student behoefte aan structuur’
Minister: “Verengelsing ondermijnt de toegankelijkheid van universiteiten”
Kamer zet voorlopig streep door volgende ronde Groeifonds