OV-kaart op drijfzand

Nieuws | de redactie
13 oktober 2014 | Het ‘student uit de spits’ project van OCW begint met een merkwaardige Task Force als aftrap. “Haagse veronderstellingen die op drijfzand zijn gebouwd,” noemt VH-voorzitter Thom de Graaf de voorzetten die hij vanuit OCW en de Kamer hoort tot nu toe.

De ministerraad stelde vrijdag jongstleden een nieuwe organisatie in: een Task Force die het ‘beter benutten’ van het OV door studenten moet organiseren. Einddoel is een bezuiniging van €200 miljoen op het ‘reisproduct’ dat de studenten van MBO, HBO en WO in het kader van het studievoorschot wordt beloofd als voortzetting van de huidige OV-kaart.

Voorzitter en enig lid

Deze ‘taskforce Beter Benutten Onderwijs en Openbaar Vervoer’ kent volgens het kabinet “vertegenwoordigers van onder andere studenten en scholieren, onderwijsinstellingen, openbaarvervoerbedrijven en decentrale overheden”, die meehelpen zulke kostenbesparingen te bedenken en uit te zetten. Voorzitter is de oud-wethouder van Rotterdam, Jeannette Baljeu (VVD), die daar ‘economie en haven’ bestierde en ‘verkeer en vervoer’ in de Stadsregio Rotterdam. Momenteel is zij fractieleider in de Rotterdamse raad en landelijk vicevoorzitter van de VVD.

Navraag door ScienceGuide wijst uit, dat er vooralsnog nog geen enkele student uit LSVb of ISO, of vertegenwoordiger van HBO en WO vanuit VH en VSNU is toegetreden tot de Task Force en deze organisaties daar ook niet van op de hoogte waren. Baljeu lijkt vooralsnog voorzitter en enig lid van deze club, die daarmee dus eigenlijk alleen pro forma lijkt te bestaan. Daarmee zal het verjagen van de studenten uit het spitsverkeer niet erg geholpen zijn voorlopig.

Loze poging

Hoe moeizaam zij haar werk zal kunnen uitvoeren, bleek bij de hoorzitting in de Tweede Kamer over het studievoorschot. VH-voorzitter Thom de Graaf gaf daar aan, dat hij en zijn HBO-leden niets zien in de bezuiniging die Baljeu zal moeten regelen. Hij noemde dit een “een loze poging van de minister om de kosten van de OV-kaart te verlagen.”

Het idee dat het reisgedrag en de roosters van WO en HBO – en het reisgedrag rond hun praktijkstages in bedrijven, scholen, ziekenhuizen, laboratoria end dergelijke – door regels vanuit OCW en staatssecretaris Mansveld kan worden bepaald, achtte De Graaf een hersenspinsel. “Dat kun je niet centraal ‘aansturen’. De keuzes op dit terrein kun je alleen per instelling, als maatwerk en allereerst onderwijskundig verantwoord, kwalitatief afgewogen, gaan maken.”

Drijfzand

Hij noteerde dat in de Kamer en op OCW soms pregnante opvattingen klinken over de aanpak en opbrengsten daarvan. Daarbij noemde hij geen concrete voorbeelden, maar helder was dat hij zijn D66-partijgenoot Paul van Meenen bedoelde. Deze heeft gemeld, dat alleen al in en rond Utrecht tientallen miljoenen bespaard kunnen worden op reisgedrag rond de UU, HU en HKU.

Hij zei hierover: “Er zijn veertig hogescholen en veertien universiteiten in dit land. In Utrecht zijn er wel signalen dat er tientallen miljoenen bezuinigd kunnen worden op het OV.”  De Graaf waarschuwde scherp hiervoor. “Zulke Haagse veronderstellingen zijn op drijfzand gebouwd.”

Heikele netto-som

De minister zet De Graaf en de VSNU op dit punt flink onder druk. Zou de €200 miljoen bezuiniging niet via de NS kunnen lopen, dan zal zij dat bedrag in mindering brengen op de extra investering in HBO en WO vanuit het studievoorschot: De rekensom wordt dan overigens langzamerhand wel heikel:

-Het kabinet beweerde in de Troonrede dat die opbrengst en investering “oplopend tot €1 miljard” zal zijn.
-Het wetsvoorstel en de OCW-begroting melden dat dit bedrag €600 tot €800 miljoen is.
-De uitwerking hiervan meldt een bedrag van €620 miljoen.
-Het kan €800 mln worden als de studenten goedkoper moeten reizen, want dan kan de minister zo’n €200 mln van daaruit eraan toevoegen.
-De Vereniging Hogescholen meldde in de Kamer-hoorzitting nog eens dat er met het Regeerakkoord van VVD en PvdA al €195 miljoen was gesneden in HBO en WO, zodat de opbrengst en extra investering feitelijk netto €605 miljoen wordt.
-Met een mogelijke OV-tegenvaller à €200 miljoen blijft er netto €405 miljoen investering uit het studievoorschot over.
-Het HBO kan dan ergens rond 2025 rekenen op een uiteindelijke netto-investering van €270 miljoen en het WO op een netto-bedrag van €135 miljoen.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK