Scholingsbeleid OCW krijgt klap

Nieuws | de redactie
23 december 2014 | De plannen van het kabinet voor het deeltijdonderwijs hebben een forse tegenslag gekregen. De voorziene bezuiniging op de WVA is door een gerechtelijke uitspraak grotendeels onmogelijk geworden. De Kamer eist opheldering over de nadelen die bedrijven daarbij ondervinden.

In het regeerakkoord hadden VVD en PvdA afgesproken de aftrekregeling voor scholing en bedrijfstraining, WVA geheten, af te schaffen en dit geld elders in te zetten voor deeltijdonderwijs en scholing. Nu blijkt dat de wijze waarop de belastingdienst deze aftrek bij bedrijven heeft behandeld verkeerd is geweest. Een uitspraak van het hof Arnhem-Leeuwarden zet de plannen van het kabinet nu op losse schroeven. Een eerste inschatting in het Haagse van de tegenvaller voor OCW is zo’n €160 miljoen

De Kamerleden Omtzigt (CDA), Van Meenen (D66) en Schouten (CU) willen dat het kabinet nu opheldering geeft over wat hier fout gelopen is en hoe men de benadeelde partijen zal compenseren. Ook wil men weten hoeveel mensen hebben moeten afzien van bijscholing vanwege de wijze waarop de belastingdienst WVA-aftrek behandelde. Ook eisen zij dat OCW en financiën de lopende zaken bij deze regeling stil leggen totdat duidelijk is wat nu gaat gebeuren. In het bijzonder willen zij van de bewindslieden weten of zij het laatste rechtsmiddel tegen de uitspraak van het hof nog willen gebruiken door in cassatie te gaan.

U leest de vragen aan de bewindslieden hieronder.

1.       Hebt u kennisgenomen van de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 16 december 2014, zaaknummer 13/00739, waarin het Gerechtshof heeft beslist dat ook niet-diplomagerichte opleidingen (deelkwalificaties) in aanmerking komen voor de toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs?

2.       Gaat u tegen deze kraakheldere uitspraak in cassatie? Zo ja, op welke gronden en wanneer? Of wanneer neemt u daarover een besluit?

3.       Hoe verhoudt deze uitspraak zich tot het antwoord dat u op 3 november gaf op vragen van het lid Van Meenen (Aanhangsel bij de handelingen 432, 2014/15), met name uw antwoord op vraag 5, waarin u aangeeft dat de belastingdienst mag controleren of het volledige onderwijsprogramma van de crebo-opleiding is gevolgd?

4.       Bent u bereid, indien u in cassatie gaat, alle correcties van de belastingdienst te “bevriezen” teneinde verdere schade bij leerbedrijven te voorkomen? Bent u bereid, indien u niet in cassatie gaat, onmiddellijk af te zien van alle opgelegde correcties en dat onmiddellijk mee te delen aan alle betrokken ondernemers?

5.       Hoe gaat u om met bedrijven die al een naheffing betaald hebben? Bent u bereid hen tegemoet te komen?

6.       Klopt het dat er tot het Convenant dat in maart 2013 door de ministerie van OC&W en Financiën werd gesloten, niet-diplomagerichte opleidingen voor toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs werden goedgekeurd?

7.       Hoeveel bedrijven hebben een correctie, boete of navordering gekregen voor maart 2013 omdat zij niet-diplomagerichte opleidingen opvoerden voor de WVA?

8.       Indien uw antwoord op vraag 6 bevestigend luidt, wat is de aanleiding dit kennelijke beleid te veranderen en op welke wijze is dit kenbaar gemaakt?

9.       Gesteld dat deelkwalificaties recht geven op de afdrachtvermindering onderwijs, hoe gaat de minister bedrijven en instellingen die de achterliggende jaren schade hebben geleden als gevolg van de stellingname van de belastingdienst hiervoor compenseren?

10.   Heeft het handelen c.q. de stellingname van de belastingdienst met betrekking tot het opleiden tot deelkwalificaties bij bedrijven en/of instellingen tot faillissementen geleid? Zo ja, hoeveel bedrijven en instellingen betreft dit?

11.   Wil de belastingdienst bij de lopende controles nog meer rechtsvragen aan de orde stellen waardoor bedrijven en instellingen de komende periode in onzekerheid blijven verkeren over de financiële implicaties van deze controles? Zo ja, welke rechtsvragen?

12.   Hoe verhoudt zich de correctie van de afdrachtvermindering onderwijs bij leerbedrijven tot de afspraak die de onderwijsinspectie heeft gemaakt met een viertal onderwijsinstellingen? Kunt u toelichten waarom deze instellingen de onterecht ontvangen bekostigingsgelden niet hoeven terug te betalen, terwijl de afdrachtvermindering onderwijs wel in zijn geheel ter discussie (kan) staan? (bron: Vier mbo-instellingen gaan zich inspannen voor starters op de arbeidsmarkt, nieuwsbericht van 16 oktober 2014 op de site www.onderwijsinspectie.nl)

13.   Kunt u aangeven hoeveel studenten hun niet-diplomagerichte opleiding voortijdig hebben beëindigd als gevolg van de discussie over de toepasselijkheid van de afdrachtvermindering onderwijs bij opleidingen naar deelkwalificaties? Indien dit bekend is, hoe verhoudt zich dit tot de publieke wens om meer stageplaatsen in het MBO-onderwijs? Zo dit niet bekend is, bent u bereid dit te onderzoeken?


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK