Het onderwijs de lucht in

Nieuws | de redactie
16 januari 2014 | Wat betekent de digitalisering van het onderwijs voor studenten? Veel goeds: meer keuzevrijheid, nieuwe manieren van interactie en internationale topdocenten. Maar er moet nog wel wat gebeuren voordat het maximale uit deze ontwikkeling kan worden gehaald, betoogt LSVb-voorzitter Jorien Janssen.

Lees hieronder het opinieartikel van Jorien Janssen, voorzitter van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb)

‘Ontwikkelen onze emoties zich evolutionair later dan ons verstand?’ typ ik via Blackboard in de vragenruimte binnen het vak persoonlijkheidsleer. Wie de meest waardevolle bijdrage levert aan de online discussie krijgt een extra punt bovenop het tentamencijfer. Zo ging dat vijf jaar geleden tijdens mijn bachelor psychologie. Een mooie manier om individuen binnen de overvolle groepen toch te stimuleren actief met de collegestof aan de slag te gaan. Het gebruik van digitale middelen in het onderwijs is niets nieuws.

Maar het afgelopen decennium neemt het aantal nieuwe ontwikkelingen op dit terrein wel sterk toe. De positieve houding van minister Bussemaker in haar beleidsbrief digitalisering kan de Landelijke Studenten Vakbond alleen maar toejuichen. Maar de stem van de student wordt in het debat nog te weinig gehoord. Terwijl juist de aankomende generatie, die is opgegroeid in een wereld waarin digitale middelen aan de orde van de dag zijn en daardoor natuurlijk inzicht heeft in digitale ontwikkelingen, een waardevolle bijdrage kan leveren aan de discussie. Wat bieden deze online ontwikkelingen hen en welke uitdagingen komen hierbij kijken?

Onderwijs als maatwerk

Het optreden van Bussemaker in de Wereld Draait Door zorgde voor conservatieve reacties: Als MOOCs de toekomst zijn, hoeven studenten dan straks voor onderwijs hun bed niet meer uit? Wie zich dit afvraagt, heeft het idee van online lessen niet begrepen. Juist door online cursussen te integreren in het onderwijsaanbod kunnen we de negatieve ontwikkelingen in het onderwijs tegengaan.

Docenten hoeven niet meer meerdere malen hetzelfde hoorcollege geven aan een groep eerstejaars, maar kunnen met een kleine groep studenten actief het college bespreken die ze als voorbereiding online al hebben gezien. Daarnaast kan kennis worden uitgewisseld met onderwijsinstellingen van over de hele wereld, wat het aanbod voor studenten verruimt. Zij worden gestimuleerd meer verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen studieprogramma. In plaats van dat ze het onderwijs kant-en-klaar voorgeschoteld krijgen, bepalen ze nu zelf welke vakken ze volgen en waarom. Meer keuzevrijheid dus voor studenten, en een mogelijke oplossing voor de steeds vollere collegezaal.

Wetgeving loopt achter

Onder andere om deze redenen doet minister Bussemaker er goed aan de ontwikkeling van Nederlandse MOOCs in het hoger onderwijs actief te stimuleren. Echter belemmert de huidige wet- en regelgeving het gebruik van online materiaal nog onnodig. Het vestigingplaatsbeginsel wat het Nederlandse onderwijs hanteert, bepaalt dat tweederde van het onderwijs moet worden aangeboden in de gemeente van de instelling waar de student staat ingeschreven.

Wanneer de TU Delft haar studenten wil verrijken met een online cursus van een professor uit Harvard, hebben zij al een deel van dit percentage ‘verspild’. Op deze manier is de mogelijkheid tot het gebruik van externe middelen nog zeer beperkt. Met name op het gebied van deeltijd onderwijs, waarbij flexibiliteit een cruciaal uitgangspunt is, is dit een ernstige belemmering.

Geforceerde overstap

Daarnaast hebben veel docenten het idee dat digitale middelen hun worden opgelegd. Een geforceerde overstap is voor niemand wenselijk. Ik denk aan mijn vader, docent aan de UvA, die handgeschreven aantekeningen via een overheadprojector aan zijn studenten presenteerde. Als dit zijn manier is om een inspirerend college te geven is hier niets mis mee.

Beter zou het zijn om studenten te vragen op welke vlakken zij een toegevoegde waarde zien van digitale middelen. Door hun ervaring kunnen zij dit vaak beter inschatten. Zo kwam in Nijmegen een student met het idee om de uitleg van tentamenvragen op te nemen. Studenten kunnen na het doen van het tentamen op eigen tempo zien wat ze goed en fout hebben gedaan, en waarom.

Digitalisering biedt ons onderwijs veel kansen, maar het is wel belangrijk dat deze kansen op de juiste manier worden benut. Voor huidige studenten is het een stap naar meer keuzevrijheid en nieuwe manieren van interactie. Om het bereik ervan te vergroten is een versoepelde regelgeving en een groter aanbod echter wel vereist. Door de didactische kennis van docenten te combineren met het inzicht en de ervaring van studenten met online middelen kan het maximale uit deze ontwikkeling worden gehaald.

Jorien Janssen, voorzitter van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb)


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK