Humboldt is verwaterd

Nieuws | de redactie
29 oktober 2014 | Het hoger onderwijs in Duitsland is door ‘die Wende’ nauwelijks veranderd. Zo is er een grote kans verspeeld, vindt gasthoofdredacteur Martin Paul, de Duitse collegevoorzitter van de Universiteit Maastricht. Lessen voor HBO en WO in Nederland trekt hij nu, maar ook voor een inhaalslag bij de oosterburen.

“Er was primair sprake van een ‘overname’ van de Oostduitse instellingen door het Westduitse-systeem, zo voelden velen in de ondergegane DDR dat toch wel.” Het onderwijs en onderzoek waren in de communistische structuur meer in compartimenten verdeeld. “De universiteiten deden het hoger onderwijs en ook iets aan onderzoek. Maar top-onderzoek was de taak van afzonderlijke inrichtingen, veelal ‘Zentralinstitute’ die los stonden van de universiteiten. Er was dus wel één bestel, maar dat was tegelijkertijd opgesplitst.”

Een weeffout

Bij de ‘Wiedervereinigung’ werd de filosofie van de Westduitse structuur overgezet naar de vroegere DDR. “Daarmee is een weeffout gemaakt, direct al. In de Oostduitse deelstaten als Brandenburg en Sachsen werd de ‘Länderhoheit’ in het hoger onderwijs versterkt. Die bestond immers ook in het Westen.” De deelstaten zijn sterk autonoom in hun HO-beleid en regelen dit elk voor zich. Na 1990 werd dit dus ook het voorkeursmodel in ‘de oude DDR’.

“De reden dat dit in 1949 in de Bondsrepubliek werd doorgevoerd op last van de geallieerden was helder. Men wilde een federaal Duitsland, geen sterke eenheidsstaat die te veel van bovenaf centraal zou sturen. Heel begrijpelijk toen. Maar na 1990 was dit motief niet meer erg relevant te noemen en is het ons gaan belemmeren.” Er was een kans gemist om de “Wiedervereinigung” te gebruiken om een nieuw en integraal model van een nationale HO structuur te creëren.

De gevolgen hiervan zijn aanzienlijk en prof. Paul wijst erop, dat de oosterburen daar nu steeds mee geconfronteerd worden. “Er zijn bijvoorbeeld forse verschillen in de salarissen van hoogleraren tussen de Länder. In München verdien je veel meer dan in een relatief karige deelstaat als Sachsen Anhalt of zelfs in Berlijn, dat als stad ook een eigen deelstaat vormt. In de ‘neue Länder’ staan heel wat universiteiten en hogescholen er financieel beroerd bij, hun bekostiging loopt terug en zij moeten banen schrappen en ook opleidingen.”

Vanwege de grondwettelijke taakverdeling in het Duitse federalisme blijft de samenwerking tussen Länder, instellingen en de regering in Berlijn beperkt en afgepaald. “Er was jarenlang een wettelijk verankerd ‘Kooperationsverbot’ tussen de Länder en de centrale regering op HO-terrein. Kunt u nagaan! Er is nu nieuwe wetgeving gemaakt die dit relativeert, zodat meer gezamenlijk beleid mogelijk wordt.”

Onbalans in de financiering

De regering-Merkel poogde via grote investeringsprogramma’s het bestel impulsen te geven, samen met de Länder. “Het ‘Exzellenz Initiative’ is zo tot stand gekomen. Dat soort dingen is goed, maar ik stel vast dat het extra geld dan vooral naar de toch al sterke instellingen in het zuiden en het westen van Duitsland gaat, omdat men – terecht – op bewezen kwaliteit beoordeelt en geld toedeelt. Hierdoor ontstaat een onbalans in de financiering, De zwakke ‘basisbekostiging’ van de vaste voet voor een instelling moet dan als het ware gecompenseerd worden met extra gelden voor nieuwe projecten.”

Het fundamentele probleem van die 16 verschillende ‘vaste voeten’ en bekostigingsmodellen in de Länder en de relatief beperkte omvang van die vaste voet lossen die extra programma’s niet op, waarschuwt Martin Paul. “Ik vind dit een belangrijke les voor Nederland! De grote kracht van het hoger onderwijs hier is immers die stevige ‘vaste voet’ uit de eerste geldstroom en de daarmee verbonden autonomie van instellingen. Dat geeft veel kansen om competitief extra middelen bijvoorbeeld uit Europa te werven. Die les sprak voor mij ook duidelijk uit het recente IBO van de wetenschapsuitgaven van de overheid.”

“Nederland loopt een risico op dit punt, denk ik. Door allerlei extra projecten in het kader van de topsectoren die niet met extra geld – zoals in Duitsland – gefinancierd worden, kan de eerste (en tweede) geldstroom onder druk komen, terwijl die essentieel is. Daardoor kan een universiteit of hogeschool juist een eigen beleid voeren, zijn autonomie optimaal inzetten voor het profiel en de kwaliteit. Daarom staat Nederland internationaal zo hoog aangeschreven met zijn hoger onderwijs.”

Waardering voor autonomie

Autonomie is iets dat prof. Paul in ons land heeft leren waarderen. “In de Charité [het UMC van Berlijn waar hij decaan was] zat de minister voor hoger onderwijs van de stadstaat Berlijn mijn Raad van Toezicht voor. Vicevoorzitter was de minister van Financiën! En zo gaat dat in al die 16 Länder. Als je minister niet alleen je “Staatsaufsicht” maar ook je directe toezichthouder is, dan leidt dat tot een zekere….”Schizophrenie in der Politik”.

De autonomie maar ook de daarmee verbonden verantwoordingslijnen, “je licence to operate als instelling”, en de heldere verhoudingen uit de WHW leiden in zijn waarneming ook tot “veel beter teamwork tussen de minister en haar OCW-mensen en de instellingen. Door de rollen daarin van overheid, toezicht en bestuur kunnen zij in een systeem van ‘check and balances” hun eigen beleid goed invullen. Verder is door een nationaal accreditatiestelsel en de rol van de inspectie ook de kwaliteitscontrole geborgd.”

“Ik zie de concrete gevolgen hiervan ook in de toenemende internationalisering van het Nederlandse hoger onderwijs. Duitse studenten komen heel graag, ook al betalen ze hier flink collegegeld. Zij genieten bijvoorbeeld echt van onze gebouwen. In Duitsland is er heel veel achterstallig onderhoud, inmiddels ook in het westelijk deel.”

“Ook de onderwijsondersteuning vinden die studenten hier geweldig. Wij hebben een ‘Student Service Center’, dat bestaat niet in Duitsland….’Service’ is ook net een ander begrip dan ‘Dienstleistung’, hahaha. Onze ‘Inkomweek’, die de studenten zelf organiseren, is ook zoiets. Een collega van me uit Duitsland zei onlangs: ‘Wat interessant zeg. Daar zouden wij ook eens over moeten nadenken’.”

Grote variëteit in Nederland

“Wat ook in Nederland interessant is, vind ik, is die variëteit binnen het hoger onderwijs. Hier gaat het om het streven naar de juiste student op de juiste plaats, zowel in het MBO, het HBO als het WO. Ik noem bewust het MBO daarbij, want dat is ook erg belangrijk als deel van het bestel dat talenten kweekt.” Het binaire HO-stelsel geeft volgens Martin Paul “een grotere speelruimte voor zowel de talenten zelf als voor het beleid dat talent moet kweken. Zo is er ook meer maatwerk mogelijk. In Venlo bouwen wij mee aan een kenniscentrum gericht op de regionale behoefte van de arbeidsmarkt waarin MBO, HBO en WO samenwerken. De opleidingen zijn daar compatibel en dat geeft flexibiliteit en ruimte voor dat maatwerk.”

Het essay van Frans van der Reep en Peter van de Heuvel van Inholland in de Nieuwsbrief van ScienceGuide vindt hij om deze reden de moeite waard. “Zij hebben gelijk, dat het HBO meer is dan een aanbod van beroepsopleidingen. Bovendien geldt dat ook voor het WO! Dat is ook ‘beroepsgericht’ te noemen, wij leiden ook heel veel mensen op voor professies: artsen, advocaten, leraren niet te vergeten. Er is maar een beperkt aantal WO-studenten dat later researcher of medewerker in een universitair instituut wordt. HBO én WO moeten dus zowel voor beroepsvorming als voor brede vorming van die professionals zorgen.”

“De arbeidsmarkt van nu vereist dit. Mensen wisselen steeds meer van functies en moeten blijvend aan beroepsvorming doen. Flexibiliteit en kennis staan centraal in loopbanen. Daarom is het binair stelsel in Nederland een gezond model, je kunt zo zorgen voor een continuüm van opleidingen met een eigen profiel.”

“De variëteit daarbinnen neemt toe, zo zie je nu die Centers of Expertise in het HBO ontstaan en wordt het MBO er ook veel beter bij betrokken, zoals wij dit zelf ook op de Chemelot Campus zijn gaan doen. Datzelfde gebeurt in de Educatieve Agenda die hier in Limburg is ingericht. Ook daar werken wij met HBO en MBO samen om de scholen en opleidingen in een fase van krimp op hoog peil te houden. Al deze initiatieven in Limburg  worden nu onder het label ‘Brightlands samengevat, een mooie ‘brand’ voor een optimale triple helix samenwerking tussen kennisinstellingen, bedrijfsleven en overheid.”

Leren van elkaar

“Dit onderwerp is meteen van belang voor de HO-tour van minister Bussemaker. Zij komt bij ons praten over het hoger onderwijs in de toekomst, dat spreekt mij erg aan. Dit thema van die variëteit en de samenwerking daarbinnen vind ik daarvoor een belangrijk punt.”

“We kunnen als Nederland en Duitsland op al deze terreinen nog veel aan elkaar hebben. Leren van elkaar, inspiratie opdoen. We hebben daarom hier het initiatief genomen tot de ‘Maastrichter Gespräche’. Met onze Duitse collega’s gaan we de dialoog stevig organiseren, dan heeft het ook echt effect. Doel is een soort katalysator te worden voor die dialoog en het platform daarvoor te bieden. Onze stad en universiteit zijn daar zeer geschikt voor, ook omdat we in Duitsland goed bekend zijn en goed bekend staan.”

“We zullen met elkaar de diepte in kunnen. In Nederland is het hoger onderwijs zich weer veel meer op het onderwijs zelf gaan richten, bij alle belang dat we aan onderzoek hechten. De discussie daarover in Duitsland is nog niet zo ver. Humboldt is daar verwaterd. Alle reden voor discussie en leren van elkaar. Dat geldt ook voor governance-vraagstukken. De eerste van onze “Maastrichter Gespräche’ zal daar over gaan. Daar kan Nederland wellicht weer leren van hoe in Duitsland decanen gekozen worden….”

“In 2013 was ik te gast bij de Apeldoorn Conference die de British Council met Nederlandse instellingen organiseert. Daarin ontmoeten Nederlandse en Britse mensen uit de kennissector, politiek en bedrijfsleven elkaar met enige regelmaat. Ik vroeg me toen toch wel even af: ‘waarom is er zoiets toch niet tussen Duitsland en Nederland?’ Dat zou voor het Goethe Institut toch iets heel zinvols zijn?”

 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK