Zwicht de tiran?

Nieuws | de redactie
20 mei 2015 | Belarus mag nu mee in het Europees hoger onderwijs. Maar de eisen vooraf zijn scherp. Gaat dat deze dictatuur lukken? Michael Zhuravkov is de nieuwe minister en legt zijn kaarten op tafel. “Ons land moet excellent zijn hierin.”

Belarus wordt geregeerd door ‘de laatste dictator van Europa’, Alexander Loekasjenko. Zijn bewind is afschrikwekkend, met doodseskaders van de geheime dienst, strafkampen, onderdrukking van studenten en kritische jongeren en de doodstraf die nog regelmatig wordt toegepast. Maar de oorlog in Oekraïne en het expansief Russisch nationalisme – plus de sancties en de val van de olieprijs – hebben Loekasjenko de stuipen op het lijf gejaagd. Schuilen bij de EU lijkt zijn laatste redmiddel.

Om het volk en de civil society in Belarus kans op meer rechtstaat en democratie te geven, is Europa nu voorzichtig bereid het land ruimte te gunnen op meer contact en participatie. Signaal hiervan is de toetreding tot ‘Bologna’, met vele mitsen en maren, die op de topconferentie in Jerevan mogelijk werd. ScienceGuide sprak daar met de nieuwe HO-minister van Belarus, Michael Zhuravkov, over het hoe nu verder zal gaan.

Verlicht HO-bestuurder

Tijdens de aftastende onderhandelingen vooraf aan het besluit van toetreding door de EHEA-ministers was Zhuravkov al actief. Hij bleek volgens de verkenners van het Magna Carta Instituut één van de meer verlichte HO-bestuurders die graag autonomie en academische vrijheid zag ontstaan. Dat Loekasjenko hem ineens minister maakte, was volgens waarnemers een teken aan de wand, dat de dictator openingen zoekt om Europa te behagen. Zhuravkov geeft in het interview aan zowel realist als optimist te zijn. Hij ziet zijn ‘window of opportunity’ om Belarus een nieuw Europees perspectief te geven.

Belarus heeft vele jaren geprobeerd toe te treden tot de Europese HO-ruimte (EHEA), maar kreeg steeds nul op het rekest. De redenen daarvoor waren glashelder. Toch bleef u er om vragen, ook nu weer. Wat is voor u als nieuwe minister de reden dat opnieuw te doen?

“We zijn een land in Europa, we moeten daarom meedoen aan de opbouw van ons werelddeel en met elkaar willen samenwerken. Dat blijkt het meest bij onze jongeren. Die willen als studenten, als jonge onderzoekers en intellectuelen erbij horen, ze willen meedoen met hun generatie in de rest van Europa.

Dat kan het beste doordat we de mobiliteit van jong talent in heel Europa bevorderen, dus ook naar en vanuit Belarus. Er studeren momenteel zo’n 18.000 internationale studenten bij ons, niet alleen vanuit Europa. Dat moeten er veel meer worden en zeker vanuit de EHEA zouden er veel meer studenten naar ons kunnen komen.

Lang niet slecht

Dat lukt alleen als we twee zaken op orde hebben: de kwaliteit van onze instellingen en de aansluiting van ons bestel op de aanpak elders in Europa. Ik stel vast, dat ons hoger onderwijs lang niet slecht is. Dat zie je aan onze studenten, de bachelors bijvoorbeeld die elders een master doen en daar goede resultaten behalen. Kwalitatief sluiten we alvast goed aan. Wat betreft het bestel zullen we aanpassingen moeten en kunnen maken, om optimaal aan te sluiten bij de Bologna-structuur. Daarom is onze toetreding tot die structuur in de EHEA hier in Jerevan zozeer van betekenis.”

Bij Bologna hoort ook dat de borging van kwaliteit – inclusief de kwaliteitscultuur van academische vrijheid en autonomie – gezamenlijk gebeurt, op basis van Europese standaarden en eisen van deugdelijkheid. Is dat ook een argument voor uw beleid?

“Ja, de aandacht voor kwaliteitszorg is van belang. Je moet als land weten of je voldoet, of je het goed doet en daarom is het nodig te vergelijken met wat andere landen en partners presteren. Belarus wil in Europa equivalent zijn met de kwaliteit en validiteit van de diploma’s en graden.”

Ruimte voor bewegen

Uw land werd niet toegelaten, omdat veel Europese staten zeer kritisch waren en zijn over de mensenrechten. U zult hun argumenten kennen: geen academische vrijheid, geen vrije studentenbeweging of docentenorganisaties, repressie en vervolging, geen autonomie van de HO-instellingen en dominantie van de staat over alles binnen het onderwijs en onderzoek. Wat is er nu anders in Belarus dat er stappen vooruit gezet kunnen worden?

“Ik ken die bezwaren, die kritiek. Er is inmiddels veel verbeterd. Onze verhouding tot Europa en ook de USA is duidelijk vriendelijker geworden, dat is belangrijk. De ruimte voor bewegen, vrijheid van expressie van studenten en docenten is groter geworden. De rol van Belarus in het zoeken naar vrede in de Oekraïne heeft onze relaties met andere landen beter gemaakt bovendien.

Uw punten van kritiek erken ik. Autonomie was er niet, dat klopt. Daar is meer mogelijk geworden. Een voorbeeld: rectores kunnen zelf beslissen hoe en met wie zij in Europa projecten willen opzetten. Samenwerking en uitwisselingen zijn primair hun zaak nu.”

Is er dan ook vrijheid voor studenten en hun organisaties? Dat was jarenlang helemaal niet het geval, dat is u ook welbekend.

“Er is nu sprake van meer onafhankelijke studentenorganisaties. Bovendien ben ik met hen regelmatig gesprekken gaan organiseren. Elke maand zit ik met hen om de tafel en bespreken we hoe we ons bestel verbeteren kunnen. Dat gaat dan over curriculumversterking, over de input van hen in zulke dingen. “

[De ESU-voorzitter bevestigt aan ScienceGuide dat zijn studentenkoepel inmiddels een erkende lid-organisatie in Belarus heeft. Deze neemt deel aan de dialoog over hoger onderwijs en mag nu ook deelnemen aan de Europese overleggen. Dit noemt hij een stap vooruit “na de verschrikkelijke voorgeschiedenis daar, waarbij de ESU-studentenvertegenwoordigers werden onderdrukt, opgepakt en van de universiteit verwijderd.”]

Moeilijke discussies

“Wat we nu ook zijn gaan regelen is dat de studenten op social media zich veel vrijer mogen organiseren en uiten. Ze hebben voor onderlinge discussies en ideeën nu van die groepen en ik vind dat prima. Laten ze met elkaar dingen delen en uitwisselen, ook voor de dialoog met mij als bewindsman en met de instellingen. Het is trouwens een goed idee om collega’s van hen uit Europa, ook uit Nederland, uit te nodigen om best practices op dat terrein met ons te komen delen. Zo’n meeting zie ik wel zitten.”

 De bespreking van de toetreding van Belarus tot de EHEA was scherp. Een reeks landen, ook Nederland met minister Bussemaker, eiste nadrukkelijk dat u werk zou maken van de roadmap, die in Belarus de essentiële normen en wetgeving voor een autonoom en vrij hoger onderwijs moet garanderen. Toetreding is dus niet een formaliteit, maar gebeurt onder stevige voorwaarden en monitoring. Vindt u dit acceptabel zo?

“We hebben moeilijke discussies gehad, dat klopt. De opzet die er nu ligt, vind ik al met al wel goed zo. Op mijn ministerie pakken we dit op. We komen met een eigen programma en schema van hervormingen in het hoger onderwijs. Doorvoering daarvan zal enkele jaren vergen, daar zal men begrip voor op willen brengen, neem ik aan.

Ik meld nu vast, dat landen met zorgen over Belarus over 1 á 2 jaar zullen kunnen vaststellen, dat ons bestel aan de roadmap-eisen zal zijn aangepast.”

Verder versoepelen

Bijvoorbeeld bij de governance van uw instellingen? Verdwijnt de dominantie van de staat daarin nu?

“Er is een wet in de maak die de benoeming van rectores regelt. Die zal voortaan uit verschillende stappen bestaan. De academische gemeenschap zal onderling kandidaten bespreken en de naam van haar voorkeur aan mij voorleggen ter benoeming.”

En u kunt die kandidaat afwijzen…

“Dat klopt, dat is de huidige opzet nog. Daarom wil ik deze procedure verder versoepelen.”

Kunnen de hoogleraren voortaan ook een internationale collega voordragen?

“Nee, dat is nu nog niet mogelijk. Deze wetswijzigingen moeten eerst nog door het parlement, de bespreking daar moet ik eerst nog goed afronden. Bij de benoeming van de leden van CvB’s van instellingen zijn overigens wel zulke internationale kandidaten mogelijk.”

Hoogste prioriteit

Nu u in ‘Bologna’ meedoet, zal de kwaliteitsborging ook open en internationaal verankerd moeten gebeuren. Hoe gaat u dit inrichten?

“Die aanpak spreekt mij juist heel erg aan! Ik wil dat we peer reviews met panels gaan benutten. Daarbij wil ik bezien of we de gastdocenten die wij naar ons land kunnen uitnodigen en die bij ons werken kunnen vragen als peers in de kwaliteitsbewaking zich in te zetten.

De kwaliteitszorg vind ik de hoogste prioriteit binnen de EHEA voor Belarus. Als die op orde is, kunnen internationale studenten en docenten bij ons komen en weten dat hun werk en diploma’s erkend zijn overal in Europa. De vrijheid van studiekeuze voor onze eigen studenten wordt zo ook veel groter ze kunnen met hun studiepunten en diploma’s elders erkend aan de slag in vervolgstudies en uitwisselingen. Daarbij moeten we nog wel de financiele beperkingen in de gaten houden, die voor uitwisselingen natuurlijk wel zullen moeten gelden.

Er is nog iets dat nodig is, wil dit slagen. We zijn cursussen gaan inrichten in het Engels voor met name de jongere docenten en onderzoekers. Je zult de internationale collega’s en studenten toch moeten kunnen ontvangen en met hen over de inhoud van je vak het gesprek gaan zoeken.”

Schrijf maar op!

Over drie jaar is de volgende ‘Bologna’-conferentie van uw collega’s. Dan zult u moeten kunnen laten zien, dat de roadmap is gerealiseerd en Belarus er echt bij hoort. Heeft u uw speech voor die bijeenkomst in Parijs al in uw hoofd?

[Michael Zhuravkov lacht luid en knikt heftig instemmend] “Dit zal ik zeggen, schrijf maar op! ‘Ik heb een schema opgesteld voor de voorbije drie jaar en dat ook feitelijk uitgewerkt. De roadmap heeft mijn land daarmee waargemaakt. De studenten in Belarus hebben nu alle kansen. Ze willen kunnen studeren, zich ook buiten ons land kunnen ontplooien. Dat moet ook. Zij zijn over tien, twintig jaar de leidende mensen en de intellectuele voorlieden van onze natie.’

Dit wil ik zelf trekken en gaan doen nu. Ons land moet excellent zijn hierin. Daar zullen we flink aan moeten werken. Ik zal politiek dit met zorg moeten doen, dat begrijpt u ook wel. Er is de president. Het parlement natuurlijk ook.

Ik wil een hoger onderwijs bewindsman zijn die kan werken in een Europees verbonden bestel. Dat is noodzakelijk voor mijn studenten. Onze jonge mensen moeten zich kunnen ontplooien. En daarbij anderen ontmoeten, hun generatiegenoten en wetenschappers uit andere landen leren kennen.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK