Greep op HO-baten versterkt

Nieuws | de redactie
17 augustus 2015 | Er komen meer regels en bij de inspectie gecentraliseerde controles op de publiek-private activiteiten van HBO en WO. De inspectie eist dit en OCW gaat akkoord. Uit de stukken blijkt, dat er niet alleen ‘niets aan de hand’ is, maar ook dat het hier allerminst om een groeiende vorm van inkomsten voor het HO gaat. Integendeel.

Minister Bussemaker meldt de Kamer in haar brief over de nieuwe regels en de opzet van nader toezicht dat de inkomsten uit samenwerking met private partijen geen groot aspect van de financiering van het onderwijs betreffen. “In het wetenschappelijk onderwijs belopen de private baten in 2013 circa 18 procent van de totale baten van de instellingen. In het hoger beroepsonderwijs en middelbaar beroepsonderwijs is het percentage private baten bescheidener. Hier ligt het percentage in 2013 onder de 10 procent. In het primair en voortgezet onderwijs is het aandeel minder dan 5 procent. Het gaat in deze sectoren vaak om incidentele activiteiten.”

Tegenvallende triomf

Opmerkelijk is daarbij, dat uit de inspectierapportage blijkt, dat de hier en daar vermeende triomf van het neoliberalisme en de opmars van het grootkapitaal en bedrijfsleven in HBO en WO een tikje tegenvalt. Het aandeel van de private baten vanuit PPS daalt al jaren. In het WO daalde het aandeel van zulke baten in de jaren 2009 – 2013 van 20% naar 17.8%. In het HBO was daling zelfs nog markanter te noemen: van 10,7% naar 8,5%. Hun publieke inkomsten stegen in diezelfde periode naar tussen 115 tot 120% van het bedrag dat in 2009 binnenkwam. Er is dan ook niet echt sprake van een probleem dat als een koekoeksjong het publieke karakter van het HO ondermijnt door snelle groei en dat uit het nest dreigt te duwen.

OCW onderkent trouwens, dat er om nog andere redenen geen aanleiding tot paniek of aanscherpingen van voorschriften zou moeten zijn. “Uit het onderzoek komt naar voren dat de bekostigde instellingen deze risico’s onderkennen. In de sectoren met de meeste private activiteiten (wetenschappelijk onderwijs, hoger beroepsonderwijs en middelbaar beroepsonderwijs) zijn de instellingen zich bewust van de risico’s die daaraan zijn verbonden en voeren zij een beleid en beheer om die risico’s te beheersen. In het algemeen hebben deze instellingen processen ingericht om te borgen dat weloverwogen wordt besloten tot dergelijke activiteiten, en dat daarbij een integrale kostprijs in rekening wordt gebracht.”

“Ongewenste effecten voorkomen”

Daarbij citeert Bussemaker de inspectie zelf over haar goede bedoeling en voornemens: “De nieuw op te stellen of althans te verduidelijken kaders moeten geen onevenredig grote uitvoeringslast genereren, zeker niet waar het om relatief geringe activiteiten gaat. Ook moeten ongewenste effecten daarvan worden voorkomen. Dergelijke effecten treden op wanneer onderwijsinstellingen al te voorzichtig worden bij het aangaan van private samenwerking en private activiteiten, ook wanneer die wel het onderwijs en onderzoek dienen en passen binnen de kaders. Met name private activiteiten die bijdragen aan de kwaliteit van onderwijs en onderzoek en die gepaard gaan met adequate risicobeheersing moeten niet geremd maar bevorderd worden.”

Niettemin blijkt uit de brief aan de Kamer, dat er wel degelijk sprake van zal zijn dat toezicht en controle verscherpt gaan worden. Er komt een soort centralisatie bij de inspectie voor alles dat “niet eenduidig en eenvoudig” is en “interpretatie vereist.” De minister meldt daarover: “De inspectie is verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de regelgeving, maar ook als het gaat om de beantwoording van vragen op dit punt. Dit werkt goed voor zover het gaat om vragen waar de regelgeving een eenduidig antwoord op geeft.”

“Er bestaat echter ook een categorie vragen die niet eenduidig en eenvoudig te beantwoorden is. Deze categorie raakt vaak aan het beleid en vereist vaak ook interpretatie. Om dergelijke vragen in de toekomst nog beter te kunnen beantwoorden richt ik een proces in waarbij alle vragen bij de inspectie zullen binnenkomen. Al naar gelang de zwaarte en de complexiteit van de vragen, zullen deze al dan niet in een expertpanel worden beantwoord.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK