Parijs bespreekbaar maken in de klas
Erik van Meersbergen en John Jeninga hebben tien tips geformuleerd die docenten moet helpen in hoe zij zich moeten verhouden tot hun leerlingen. Zo is het volgens de Fontys-docenten belangrijk dat leerkrachten zich neutraal opstellen in de gesprekken over de aanslagen en dat ze het goede voorbeeld geven door respectvol om te gaan met verschillen van mening.
Inventariseren en luisteren
“Houd rekening met verschillen in referentiekader in je groep/klas. Laat zien dat je met respect voor elkaar toch een andere mening kunt hebben en mag verwoorden”, zo schrijven Van Meersbergen en Jeninga in hun aanbevelingen.
Andere tips richten zich op de structuur en inhoud van de verschillende fases in de gesprekken met leerlingen. In de eerste fase (inventariseren en luisteren) is er ook aandacht voor de manier waarop er bij de leerlingen thuis wordt gesproken over de gebeurtenissen in Parijs. Andere fases richten zich onder meer op het onderzoeken van hoe leerlingen deze gebeurtenis beleven en wat de feiten van die gebeurtenis zijn.
Perspectief bieden
Belangrijk is volgens Van Meersbergen en Jeninga tot slot dat je als leraar een perspectief biedt aan leerlingen, bijvoorbeeld door ook de positieve feiten te benadrukken en met creatieve werkvormen de ruimte te bieden aan leerlingen om hun emoties te uiten. “Vraag de leerlingen elke dag wat zij direct na schooltijd gaan doen, welke plannen zij hebben om de dag positief en gezellig in te vullen. Geef als leraar voorbeelden van wat zij kunnen gaan doen.”
U leest de gehele lijst hier
Meest Gelezen
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
Stop met studentevaluaties: ze bedreigen de academische vrijheid
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”
CvB Erasmus Universiteit weigert tweetalig te vergaderen met medezeggenschap