Lessen voor Nederlands R&D-beleid

Nieuws | de redactie
31 augustus 2016 | Wat kan Nederland van andere landen leren waar het het aantrekken van R&D-investeringen betreft? De AWTI liet Technopolis een kijkje nemen bij vijf voorbeeldlanden. In sommige gevallen is de overheid meer dan een facilitator, maar wordt er direct deelgenomen in een “innovation ecosystem.”

In het rapport ‘R&D Attraction Networks’ heeft Technopolis Canada, Denemarken, Duitsland, Ierland en Zwitserland onder de loep genomen. In het rapport is gekeken naar welke overwegingen bedrijven maken als ze een locatie voor hun R&D faciliteiten kiezen en de Nederlandse inspanningen om R&D aan te trekken is vergelijken met de keuzes die de vijf andere landen daar in maken.

Overal steun voor internationale ambities

De onderzoekers constateren dat in alle landen in de wetgeving ondersteuning is voor activiteiten die innovatie stimuleren, maar dat de vormen waarin dat gebeurt sterk variëren. “In Ireland and Canada, for example, the primary driver for support lay in supporting global competitiveness, with a focus on collaboration and commercialisation. Germany and Denmark, by contrast, look to address global challenges, with funding directed towards activities around specific questions.”

Het valt de onderzoekers op dat met name Ierland de belangen van het bedrijfsleven nadrukkelijk meeweegt bij het bepalen van onderzoeksbeleid. Toch is ook daar spanning te vinden tussen de keuzes voor fundamenteel en toegepast onderzoek.

“Government policies that bring together industry and university tend to support research projects with concrete application,1 and investment promotion agencies also tend to emphasise success in academic/industrial collaboration. However, excellence in basic research can also attract investors, particularly in new fields of research.”

Volgens het Technopolis-rapport realiseren overheden in de meeste landen zich terdege dat het helpt om bedrijven én onderzoekers te ondersteunen in hun internationale ambities. “Researchers that are visible in international research are more likely to be recognised within industrial circles.” Niettemin valt op dat het bouwen van netwerken om deze ondersteuning te bieden maar matig gecoördineerd wordt.

Zwitserland als voorbeeld

Uitzondering op deze regel is Zwitserland waar onderzoeksnetwerk Swissnex een sterke rol speelt in de ondersteuning van promotieactiviteiten om investeringen aan te trekken. Vergeleken daarmee is de samenwerking tussen het Netherlands Foreign Investments Agency (NFIA) en NWO maar mondjesmaat.

Anderzijds valt de onderzoekers op dat in Nederland wel een sterke afstemming is tussen nationale en regionale organen waar het het aantrekken van internationale investeerders betreft. Met name Amsterdam, Rotterdam en Eindhoven presenteren zich daardoor als sterk merk in de kennissector. In Denemarken weet Kopenhagen zich op vergelijkbare wijze in de markt te zetten als bestemming voor bedrijven in de CleanTech-sector.

Alle bestudeerde landen hebben een mondiaal netwerk via hun ambassades en consulaten, maar uit de analyse blijkt dat dit niet genoeg is. Landen die op het punt van R&D-investeringen aantrekken sterker presteren, hebben daar specifieke faciliteiten en mensen voor opgezet en aangesteld, zo constateren de onderzoekers.

“The German, Swiss, and Danish have “innovation centres” located in city centres, allowing regions to bring together in one location all elements of the innovation ecosystem, from research to investment support (one that Scotland recently announced that it would be following, with Innovation and Investment Hubs in London, Dublin, and Brussels)”

U leest het hele rapport HIER


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK