Pyongyang intimideert wetenschappers

Opinie | door Remco Breuker
8 september 2016 | Hoogleraar Korea studies, Remco Breuker heeft ervaren hoe onderzoek naar Noord-Koreaanse dwangarbeid geleid heeft tot politieke intimidatie vanuit Pyongyang en zijn werk ernstig belemmerd heeft. Hij stoort zich dan ook aan de oproep van minister Ploumen om als wetenschapper niet bang te zijn voor de politiek.

Remco Breuker is hoogleraar Korea Studies aan de Universiteit Leiden en ontving in 2013 een ERC Grant van €1.5 miljoen voor onderzoek naar hoe beide Korea’s en China strijden om het oude Mantsjoerije. Dit is een heet hangijzer in China, Noord- en Zuid-Korea, wat betekent dat er consistent van verschillende kanten druk wordt uitgeoefend op zijn onderzoek. Breuker heeft zich daarom gestoord aan de oproep van Ploumen. Wanneer een wetenschapper het politiek discours betreedt betekent dit vaak weinig goeds voor de wetenschapper in kwestie. Daarom roept hij de politiek en de VSNU op om onderzoekers die politiek gevoelig onderzoek doen bescherming te bieden.

U leest hier de bijdrage van Remco Breukers.

“Minister van Ontwikkelingssamenwerking Ploumen riep bij de opening van het academisch jaar wetenschappers op om ‘niet bang te zijn voor politiek’. In een pleidooi om de vruchten van de mondialisering eerlijker te verdelen, stelde Ploumen dat ‘de politieke arena … soms buiten de comfortzone van wetenschappers ligt’ maar dat wetenschappelijke inzichten onmisbaar zijn. Wetenschappers moeten politiek actief worden.

Ik doe al jaren precies wat minister Ploumen ons wetenschappers nu heeft gemeend te moeten aanraden (en ik ben zeker niet de enige). Ik heb ook goed geluisterd naar haar collega Bussemaker, die in het vorig jaar gepresenteerde wetenschapsvisie voor de komende tien jaar niet alleen maatschappelijk relevant onderzoek van wetenschappers verwachtte, maar ook het zelf werven van externe onderzoeksgelden.

Vragen in Europees parlement

De afgelopen jaren heb ik net als veel collega’s met extern verworven fondsen onderzoek gedaan. Het meeste recente project, met duidelijke maatschappelijk relevantie, heeft o.a. geleid tot vragen in het Europees Parlement over door ons onderzoeksteam aangetoonde misstanden. (Dit onderzoek ontdekte dat Noord-Koreaanse dwangarbeiders op grote schaal in Polen werken.) Er kwam wereldwijde aandacht voor ons onderzoek. Dit onderzoek is opgepakt door andere onderzoeksgroepen om er verder mee te gaan. So far, so good.

De andere kant van de medaille is dat maatschappelijk relevant onderzoek – en de publieke communicatie ervan – ook veel ongewenste aandacht genereert. Voor mij varieerde dit van boze brieven en mails tot verregaande politieke interventie in academische aangelegenheden en verdwenen subsidiemogelijkheden.

Conflicterende belangen

Er kwamen beschuldigingen van halsmisdaden door een dictatoriaal regime dat bekend staat als extreem moordzuchtig. Politiek gevoelig geacht onderzoek kan tot zeer complexe situaties leiden, waardoor ik me kan voorstellen dat men bij Buitenlandse Zaken nu zucht als men mijn naam hoort. Uiteindelijk is bijna niemand blij met al het ‘gedoe’ dat onderzoek met politiek gevoelige uitkomsten onvermijdelijkerwijs oplevert, al is het wat mij betreft een gegeven dat verschillende partijen (wetenschap, bedrijfsleven, overheid, etc.) bij tijd en wijle conflicterende belangen zullen hebben. Daar is passend beleid voor nodig in plaats van schichtig wegkijken.

Mijn onderzoek naar hedendaags gebruik en misbruik van middeleeuwse Mantsjoerijse geschiedenissen is een heet hangijzer in China, Noord- en Zuid-Korea, wat betekent dat er consistent van verschillende kanten druk wordt uitgeoefend en ik dit als projectleider nooit mag veronachtzamen.

Ongezond hoge stress

Onderzoek naar Noord-Koreaanse gedwongen arbeid in de EU heeft voor een zware formele klacht van Noord-Koreaanse kant gezorgd; nu staat Noord-Korea bekend om het niet-nakomen van dreigementen, maar dat geldt helaas slechts voor dreigementen gericht aan staten. Aan die aan individuen probeert Pyongyang zich in de regel te houden. Wetenschappers zijn in de regel niet voorbereid op dit soort situaties of op het ongezond hoge stressniveau dat dit met zich meebrengt. Ik was dat in ieder geval niet.

Dit ligt inderdaad buiten mijn comfortzone als wetenschapper (en niet alleen als wetenschapper). Dat wetenschappelijk onderzoek en het bewust publiek maken van de onderzoeksresultaten zulke gevolgen heeft, is natuurlijk bedroevend. Daar kan ik nog mee omgaan. Wat ik lastiger vind, is om in een situatie waarin je als wetenschapper (door externe omstandigheden) onder flinke druk staat, te moeten ondervinden dat het beleid van de overheid hiervoor ondoordacht is. Het roept gemakzuchtig op tot zaken die onverenigbaar zijn.

Valt te soebatten

Ik ben ervan overtuigd dat de wetenschap dienstbaar aan de samenleving hoort te zijn. Over wat die dienstbaarheid precies inhoudt, valt te soebatten. Maar ik hoef niet overtuigd te worden van de noodzaak van maatschappelijke relevantie voor de wetenschap. Ik neem kennisbenutting serieus en probeer waar dat kan in de publieke arena duiding te geven over mijn vakgebied.

Ik heb echter wel eens eerder betoogd dat het werven van externe gelden en het doen van onafhankelijk onderzoek lang niet altijd mogelijk is. In mijn vakgebied (de beide Korea’s) bijvoorbeeld is politiek neutraal onderzoek een lovenswaardig streven en een praktische onmogelijkheid. Linksom of rechtsom neem je als Koreanist ongewild politiek stelling, soms alleen al door het onderwerp van je onderzoek.

Dat heeft een directe invloed op je capaciteit om fondsen te verwerven (zowel in negatieve zin als positieve – beide zijn even problematisch). Gezien wat er de laatste tijd in Turkije is gebeurd heb ik het donkerbruine vermoeden dat het niet alleen om Koreanisten gaat die met dit soort problemen worstelen. Het is overigens ook nog niet eens zo lang geleden dat in eigen land de PVV het hoofd eiste van een hoogleraar bestuurskunde die politiek onwelgevallige uitspraken had gedaan. Vandaar deze door mij geobserveerde wet: het publiekelijk doen van sociaal controversiële maar wetenschappelijke gefundeerde uitspraken is omgekeerd evenredig aan het beschikbaar blijven van externe fondsen. Als je op allebei de punten afgerekend wordt, is dat een probleem.

Loze kreten

Kiezen of delen is de praktische keuze van een wetenschapper die politiek onwelgevallig onderzoek doet. Onderzoek of financiering. Zonder financiering heb je geen onderzoek, zonder onderzoek heb je niets aan financiering. Het zou dan ook hebben geholpen als het wetenschapsbeleid van de overheid niet blijmoedig was blijven steken in loze kreten over maatschappelijke relevantie en het verwerven van externe gelden. Het zou ook hebben geholpen als minister Ploumen een moment zou hebben stilgestaan wat het betekent als een wetenschapper het politieke discours betreedt. Vaak niet veel goeds voor de wetenschapper in kwestie.

Ik zou dan ook willen pleiten voor een praktische benadering van een zaak die zeer nauw verbonden is met de raison d’être van de universiteit: de noodzaak, nee, de plicht, om je uit te spreken als daar wetenschappelijke gronden voor zijn, ongeacht eventuele politieke consequenties. Mijn eigen universiteit heeft als motto ‘praesidium libertatis’ oftewel ‘bolwerk der vrijheid’ en ik heb gemerkt dat als de academische vrijheid in het geding komt, de universiteit actie onderneemt. Maar dit zou ook een nationale zaak moeten zijn.

Oplossing vanuit Den Haag

Wetenschappelijk beleid wordt in Den Haag geproduceerd, dus daarvandaan moet ook een structurele oplossing voor dit probleem komen. Geen ideologisch ingegeven soundbites, maar werkbare oplossingen. Een fonds voor wetenschappers (en hun studenten) die door politieke consequenties van hun onderzoek moeilijk ergens anders terecht kunnen. Gezwinde openbare actie van de VSNU als de academische vrijheid van een onderzoeker in het geding is.

Structurele steun van de overheid voor wetenschappers die door hun onderzoek in het nauw dreigen te komen. Een scrupuleuze inachtneming van het principe dat de wetenschap ook op die momenten dat het politiek inopportuun is, onafhankelijk dient te zijn en te blijven. Hoe belangrijker het verwerven van externe fondsen wordt, hoe belangrijker dit is.

De spreekwoordelijke ivoren toren van de wetenschapper is lang geleden al afgebroken. Wetenschappers dragen al geruime tijd hun steentje bij aan politiek en publiek debat. Zinvolle inbedding hiervan van overheidswege door te erkennen dat onderzoek, publieke aanwezigheid, fondsenverwerving en politiek fundamenteel onverenigbaar kunnen zijn is een noodzakelijke stap om de onafhankelijkheid – en dus het nut – van de wetenschap te waarborgen.

Remco Breuker :  Hoogleraar Koreaanse en Noord-Aziatische geschiedenis (Universiteit Leiden)

Remco Breuker is historicus op het gebied van Korea en Noordoost-Azië. Hij is gespecialiseerd in de middeleeuwse geschiedenis van Korea en Noordoost-Azië en in hedendaagse Noord-Koreaanse aangelegenheden.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK