Studenten zijn conservatiever geworden

Nieuws | de redactie
14 september 2016 | “Ik weet zeker dat studenten volgende week in de klas tegen mij zeggen: ‘u bent onderdeel van een complot’.” Jacob Eikelboom, docent aan de HvA vertelt over hoe hij omgaat met gescheiden werelden in het hoger onderwijs. Ook bij de HAN ziet men spanningen. Daar gaat men vooral het gesprek aan.

Bij een hoorzitting in de Tweede Kamer naar aanleiding van de studie van Margalith Kleijwegt over gescheiden werelden in het onderwijs kwamen veel mensen uit de dagelijkse praktijk aan het woord. Ook werd er tijdens de tweedaagse hoorzitting stilgestaan bij de spanningen in de klas in het hoger onderwijs. Het devies leek in veel gevallen om bij conflicten of radicale opmerkingen vooral in contact te blijven met studenten. Toch moet er ook normerend worden opgetreden bijvoorbeeld als een studente zich niet meer in één ruimte wil begeven met een man.

Kloof kleiner maken

Jacob Eikelboom, docent Nederlands aan de HvA vertelde dat hij vooral gelooft in het gesprek aangaan. “Heel veel mensen vragen aan mij: ‘is er een oplossing voor deze problematiek?’ Ik denk van wel, ik geloof heel erg in het gesprek aangaan. Je kan beter in een onderwijssetting vertellen wat je denkt dan dat je straks stage loopt of werkt en dat je dan wordt ontslagen om wat je doet of zegt. Dus ik creëer een situatie in de klas waarin studenten de vrijheid voelen om te zeggen wat ze denken. Dat is een manier om die kloof kleiner te maken”

Toch zorgt dit ervoor dat je als docent soms heftige dingen hoort, die volgens Eikelboom ook kunnen leiden tot gewenning. “Het is best heftig als je voor het eerst hoort dat iemand in de klas zijn afkeur uitroept over de Nederlandse samenleving, of het westen in het algemeen. Ik zit al wat langer in het onderwijs, ik heb de meest rare dingen al heel veel gehoord en dat went. Alleen de vraag is het erg dat het went? Dat denk ik wel. Maar daardoor sta ik wel opener voor een gesprek.”

Volgens Eikelboom zijn het niet zozeer de radicale verhalen die hij hoort in de klas maar meer de stroom aan complottheorieën.  “Het zijn niet zozeer de radicale verhalen, maar er worden heel veel complottheorieën gebruikt bij mij in de klas. Wat wij hier nu doen bij deze hoorzitting is een complot. Ik weet zeker dat studenten volgende week in de klas tegen mij zeggen: ‘u bent onderdeel van een complot’. Dan heb ik vervolgens een hele goede gelegenheid omdat aan te pakken, hoe weet je dat, waar haal je dat vandaan? Dus je kan altijd wel iets didactisch vinden om daarmee om te gaan. Ik geloof heel erg in het elkaar bevragen.”

Ministerie van hem eist

Volgens de HvA-docent is het wel een onderwerp dat onvoldoende op de agenda staat van managers en bestuurders, omdat ze er niet op worden afgerekend. “Als het gaat om gescheiden werelden dan hebben bestuurders andere belangen dan docenten. Dat komt omdat één keer in de zoveel tijd de NVAO langs komt voor een accreditatie en dan moet heel de papierhandel weer op orde zijn en moet de opleiding voldoen aan de eisen. Maar bij die accreditaties gaat het er niet over of je als hogeschool dit soort gesprekken voert. Dus ik begrijp de manager wel, die volgt keurig wat het ministerie van hem eist. Die heeft geen inhoudelijke eis: hoe om te gaan met de kwesties die in het rapport van Kleitwegt staan.”

Youssef Azghari, docent, communicatie, cultuur en ethiek, aan Avans Hogeschool beziet met zorg dat zijn studenten conservatiever zijn geworden. “Als je kijkt naar de eerste generatie gastarbeiders die hier kwamen om hun brood te verdienen, die waren liberaler en vooruitstrevender dan de mensen die hier nu de kans hebben hier te studeren en kansen hebben op een baan. Ik zie dat de huidige generatie teruggaat naar een periode die ik beschrijf als de middeleeuwen. Die denken dat de vrouw een ondergeschikte rol heeft en zich moet kleden als in Afghanistan. De remedie is volgens mij om deze studenten een keer terug te laten gaan naar Marokko, naar Rabat en Casablanca. Dan kunnen ze zien dat de mensen daar veel vooruitstrevender zijn. Ik dacht altijd onze studenten worden wel progressief, maar ik moet helaas constateren dat ze conservatiever zijn geworden.”

Belangrijke kernwaarde

Op de vraag van Paul van Meenen (D66) of je als docent normerend moet optreden als studenten dingen zeggen die tegen de wet ingaan was Azghari duidelijk. “Als je als student vindt dat vrouwen teveel rechten hebben in dit land, dan moet je een ander land kiezen. Als je in een land leeft waar vrijheid een hele belangrijke kernwaarde is dan kun je niet zeggen, ‘ik wil anders leven.’ Dan hoor je hier kennelijk niet thuis. Ik zeg het heel hard, maar tegelijkertijd moeten we deze studenten niet opgeven, we moeten ze wel helpen om te emanciperen.”

Toch blijven er ook zorgen bij Azghari laat hij aan de hand van een voorbeeld zien aan de Kamerleden. “Ik heb een essay gekregen van een studente die in haar laatste jaar net voor het afstuderen ineens het licht zag. In dat essay vertelt zij dat ze de dienaar van Allah wordt. Zij schrijft in dat essay: ‘ik ben nu tot de conclusie gekomen dat ik niet meer met één man in één ruimte mag zitten.’ Dan moet ik als docent zeggen dat je dan niet meer geschikt bent voor het sociaal werk. Dan ben je eigenlijk helemaal niet meer geschikt om te werken, overal zijn mannen. Ik vind dat je die grens wel mag bewaren en studenten daar op moet wijzen.”

Geen minuut stilte na Parijs

Ook bij de HAN heeft men te maken met radicalisering vertelde collegelid, Diana de Jong, maar het blijft bij incidenten. “Het komt wel voor bij ons maar het zijn incidenten. Wij hebben bijvoorbeeld gehad dat een islamitische man een studieloopbaan begeleider geen hand wilde geven. Dan moet je daar met elkaar over in gesprek en daarover de dialoog voeren. Dat moet uiteindelijk wel leiden tot het feit dat daar toch wordt gehandeld naar de normen zoals we die gewend zijn. We hebben ook gehad dat er na de aanslagen in Parijs een minuut stilte is gevraagd en dat er enkele studenten niet aan wilden deelnemen, omdat dit bij andere situaties ook niet gebeurde en nu wel. Dan is het belangrijk dat een docent daarover het gesprek aangaat en uitlegt waarom wij een minuut stilte houden.”

Volgens De Jong hebben docenten genoeg handvaten om normerend op te treden en is dit ook verankerd in het instellingsplan van de HAN. “Grenzen stellen hebben we ook in het instellingsplan verankerd, dat zit dus denk ik wel goed tussen de oren van docenten. We hebben ook trainingen en intervisie voor docenten. Er wordt onderling ook over gesproken en dat stimuleren wij ook. Daarnaast hebben wij ook een HAN Academy. Dat is een opleidingsinstituut voor onze docenten waar cursussen worden aangeboden die dit thema behandelen.”

Frans van Heest


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK