Financiële transparantie blijft aandachtspunt ho

Nieuws | de redactie
15 december 2016 | Geplaagd door affaires over bonnetjes en huisvesting in het hoger onderwijs is de Onderwijsinspectie bijzonder op zijn qui vive. Uit de meest recente rapportage blijken geen grote misstanden maar de transparantie blijft een aandachtspunt.

Woensdag publiceerde de inspectie van het onderwijs de rapportage De financiele staat van het onderwijs in 2015. De minister en de staatssecretaris reageerden gerustgesteld en het ministerie stelt dat “de sectoren voorbereid [zijn] op de uitdagingen van de toekomst. Dit is een ander geluid dan een paar maanden geleden klonk in het Haagse toen een publicatie van RTL over declaratiegedrag van bestuurders nog voor opschudding zorgde.

Over de financiële gezondheid van het ho is de inspectie overwegend positief. Ze concludeert dat de kwaliteitsimpuls in het hbo geleid heeft tot grotere investeringen in het personeel (van 71% in 2011 naar 74% van het gehele budget in 2015) maar dat op de universiteiten hier geen groei in zit (65 %). Op welke manier er wordt geïnvesteerd in personeel wordt niet vermeld in het rapport.

Kwaliteit van jaarverslagen

Een terugkerend thema is de kwaliteit van de verschillende jaarverslagen die de inspectie onder ogen heeft gekregen. Eerder dit jaar wees de Algemene Rekenkamer al op een gebrekkig zicht op de vastgoedrisico’s in de jaarverslagen. De inspectie voegt hier aan toe dat de jaarverslagen in het algemeen steeds vaker voldoen aan de eisen, maar nog steeds tekortkomingen ziet bij sommige instellingen.

Deze tekortkomingen zitten in de openbaarmaking en de continuïteitsparagraaf van de jaarverslagen. “De relatieve autonomie brengt met zich mee dat zij [onderwijsinstellingen, red] zelf verantwoordelijk zijn voor communicatie over onderwijs en in het bijzonder over de verantwoording van hun prestaties.” De continuïteitsparagraaf schiet in het bijzonder te kort: “Prognoses van het aantal leerlingen of studenten, en de personele uitgaven daarvan kunnen nog beter worden onderbouwd en toegelicht.”

Declaratiegedrag lijkt in orde

De inspectie wijst er op dat uit het vorige onderzoek nog geen bevredigende uitkomst is gekomen. Er zit te veel ambiguïteit in de verantwoording hiervan. De constatering in het vorige rapport was “dat er geen objectieve normen zijn waar de naleving van de interne declaratievoorschriften aan getoetst kan worden.” Uit dit vervolgonderzoek, dat het declaratiegedrag van acht instellingen nader heeft bekeken blijkt dat bij slechts een van de instellingen fouten zijn gemaakt. Welke instelling dit is laat de inspectie onbenoemdd.

De minister heeft inmiddels afspraken gemaakt met de bestuurders van de ho-instellingen om tot transparante, uniforme en concrete voorschriften voor de declaraties te komen. Of dit de Kamerleden Jasper van Dijk en Duisenberg voldoende geruststelt is nog de vraag. Van Dijk is in ieder geval nog niet tevreden: “De passage over declaraties roept veel vragen op: bij welke instelling is er dan sprake van fouten en onzekerheden en welke afspraken zijn er nu gemaakt?” Van Dijk geeft aan dat de SP dit onderwerp blijft volgen en wat de SP betreft moet de medezeggenschap instemming verlenen voor declaraties van bestuurders. 

Duisenberg is milder in zijn reactie “Goed dat er eenduidie en transparante regels komen, dat is cruciaal,” laat hij aan Scienceguide weten. Wel kondigt hij aan nog aan de minister te zullen gaan vragen wat die additionele maatregelen en voorschriften dan concreet zullen gaan behelzen. 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK