Daling kamergaande studenten vlakt af

Nieuws | de redactie
3 januari 2017 | De invloed van het leenstelsel op het gedrag van studenten bleek vorig jaar uit het afgenomen aantal studenten dat zich in universiteitssteden vestigde. Die daling vlakt dit jaar af, zo blijkt uit recente CBS-cijfers.

In het eerste jaar van de invoering vestigden zich in de periode juli tot en met oktober 2015 maar liefst 14 procent minder studenten in de universiteitssteden dan het jaar ervoor. Uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek maandag bekendmaakte blijkt die daling deels een halt toe te zijn geroepen. Ten opzichte van dezelfde periode in 2015 is er een gemiddelde instroomdaling van jongeren tussen de 17 en 22 jaar van 4 procent in de universiteitssteden. Met name 19-jarigen vestigen zich minder, rond de 10 procent. 

Wie de cijfers nader bestudeert ziet forse verschillen per stad. Met name Utrecht springt er in negatieve zin uit. De instroom nam hier zowel procentueel als absoluut het sterkst af (-700 studenten). Daarmee is de Domstad de enige universiteitsstad die in 2016 een grotere afname kende dan in 2015 (toen -540 ten opzichte van het jaar ervoor), het jaar dat het leenstelsel werd ingevoerd. Uit de CBS-cijfers blijkt dat met name jongeren woonachtig op de Veluwe minder zijn verhuisd, wat de daling in Utrecht zou kunnen verklaren. 

Invloed OV-kaart 

Een mogelijke reden dat het aandeel studenten dat zich vanaf de Veluwe vestigt in Utrecht blijft steken is de bereikbaarheid van Utrecht met het openbaar vervoer. Een steekproef wijst uit dat Utrecht Centraal vanaf de meeste stations op de Veluwe binnen het uur bereikbaar is met de trein, wat het minder noodzakelijk maakt om op kamers te gaan. 

De toekomst van de OV-kaart staat politiek ter discussie. Zo wil het CDA de basisbeurs in de bachelor terugbrengen in ruil voor het reisproduct, en zijn er de afgelopen jaren onder andere voorstellen gedaan om studenten tijdens de spits te weren in de trein. De vraag is in hoeverre het behoud van de basisbeurs op gaat wegen tegen het moeten aanschaffen van een trajectkaart. 

Groei in sommige steden 

Uit de Landelijke Monitor Studentenhuisvesting die in oktober 2016 werd gepubliceerd blijkt ook een afgenomen vraag naar studentenwoningen in Utrecht. Waar in collegejaar 2014-2015 nog 9.200 Utrechtse studenten een kamer zochten daalde dit naar 5.100 een jaar later. Ter vergelijking: in Amsterdam nam de vraag in dezelfde periode juist toe van 9.200 naar 12.000. 

Waar er vorig jaar in alle universiteitssteden sprake was van een daling is er dit jaar in drie universiteitssteden sprake van groei. In Eindhoven (+111), Leiden (+60) en Wageningen (+8) is er juist sprake van een toegenomen aantal jongeren dat zich in de stad heeft gevestigd. In Groningen, dat vorig jaar de grootste terugloop kende (-1167 ten opzichte van 2014) vestigden zich in 2016 ‘slechts’ 63 jongeren minder dan in 2015. 

Wanneer de Utrechtse casus buiten beschouwing wordt gelaten lijkt de daling van het aantal studenten dat op kamers gaat af te vlakken, nadat er vorig jaar eerste schokeffect van de invoering van het leenstelsel te noteren viel. De vraag is echter wat er nu met de OV-kaart gaat gebeuren en wat daar de mogelijke effecten van gaan zijn.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK