Niet alles draait om kwalificatie bij LLL

Nieuws | de redactie
26 januari 2017 | “Echt effectief onderwijs wordt pas bereikt, wanneer de opleiding aansluit op het leren van volwassenen.” Janneke Waelen en Meike Broecheler (Marnix Academie) vinden dat de discussie over Leven Lang Leren om meer draait dan om een diploma. “Verbinding en inspiratie zijn onmisbare elementen.”

“In december startte Ad de Graaf op ScienceGuide een discussie over het vormgeven van een leven lang leren. Een belangrijke discussie, in onze ogen. De discussie richt zich tot nu toe op flexibele vormen van leertrajecten voor volwassenen. We lopen op deze manier het risico onderwijs enkel op te vatten als middel tot kwalificatie en slechts te debatteren over de juiste vormgeving van deze leertrajecten. Dit alleen gaat geen oplossingen bieden. Daarom hier onze bijdrage over de ínrichting en didactiek van het onderwijs aan volwassenen.

De woorden van Ad de Graaf over de meerwaarde van ons onderwijs, zijn ons uit het hart gegrepen: “Is het een bibliotheek of moderne zoekmachine vol met data waar naar hartenlust door de onderwijsconsument uit kan worden gegraaid? Of is het veel meer dan dat? Zijn er pedagogen en leermeesters die helpen, begeleiden en sturen in de persoonlijke ontwikkeling? Ik mag het hopen”. We geloven dat dit ook geldt voor het onderwijs aan volwassenen.

Andere doelgroep dan de adolescent

We denken, net als Ad de Graaf, dat volwassenen een wezenlijk andere doelgroep zijn dan adolescente studenten; de functies van het onderwijs –socialisatie, kwalificatie en persoonswording- zullen daarom anders ingekleed moeten worden en de rol van de docent zal een andere zijn dan in een voltijdse opleiding. Nota bene, het gaat dus om alle drie deze functies.

De uitspraak van de Nationale Denktank, “we moeten ons niet langer richten op het onderwijzen, maar op het bewijzen van kennis.”, is voor ons dan ook een devaluatie van het onderwijs. Wanneer je stelt dat het in het onderwijs alleen draait om bewijzen dat je over kennis beschikt, heb je geen oog voor de overige functies van onderwijs. Het bewijzen van kennis met als doel het behalen van een papiertje draagt niet bij aan de emancipatie en wendbaarheid van lerenden, en draagt dus ook niet bij aan de emancipatie en wendbaarheid van de Nederlandse samenleving. Immers, voor emancipatie is de persoonsvorming onontbeerlijk.

Ook bij het opleiden van volwassenen draait het dus om socialisatie en persoonswording. Volwassenen die zich om- of op- laten scholen hebben over het algemeen al een eerdere studie gedaan en/of een beroep uitgeoefend (al dan niet in hun studiegebied). Hiermee hebben zij een professionele identiteit opgebouwd. Deze geeft weer hoe zij zichzelf zien als professional, welke waarden en normen zij belangrijk vinden voor de uitoefening van hun beroep en welk beeld zij hebben van het vak (Ruijters, 2015).

De professionele identiteit die onze studenten hebben opgebouwd in hun vorige beroep sluit nooit precies aan bij de professionele identiteit die past bij het nieuwe beroep. De “oude” professionele identiteit komt onder druk te staan, moet deels worden aangevuld, afgebroken, getransformeerd. Dit transformatief leren, of identiteitsleren, gaat niet zonder slag of stoot (Illeris, 2007; Simons, Lengkeek, Ruijters & Geijsel, 2015). De student zal op dit vlak begeleiding nodig hebben.

Een professionele identiteit

De volwassen studenten vormen dus een wezenlijk andere doelgroep dan de adolescente studenten. Deels doordat ze al een professionele identiteit hebben, maar ook door hun eerder verworven referentiekader, de emoties die bij het leren komen kijken en de combinatie met werk/gezin. Onderwijs dat aansluit op het leren van volwassenen is daarom noodzakelijk, verstandig en leidt tot effectief opleiden.

We willen daar echter nog iets aan toe voegen: in gesprek met studenten en docenten van onze opleiding over wat effectief en vooral ook ‘mooi’ onderwijs is, merken we dat woorden als ‘verbinding’ en inspiratie’ steeds weer terugkeren. We concluderen met elkaar dat écht effectief onderwijs pas bereikt wordt, wanneer de opleiding aansluit op het leren van volwassenen, maar de student zich daarbij ook verbonden voelt met de opleiding en zich geïnspireerd of gevoed weet.

Volwassen studenten besteden kostbare tijd aan hun studie. Tijd die ze ook hadden kunnen inzetten voor dierbaren, werk of andere zaken. Wanneer je geïnspireerd en verbonden bent, dan bén je er ook werkelijk, zul je actief deelnemen aan het onderwijs, en blijkt het onderwijs voor jou effectief. Verbinding en inspiratie zijn onmisbare elementen.

Niet alleen kennisoverdracht

Kortom, het draait niet om pure kennisoverdracht of het behalen van een diploma of certificaat. Het draait om het leren van kennis, vaardigheden en een houding die past bij je nieuwe taak, je nieuwe beroep. Dat leer je alleen in verbondenheid met elkaar.

Aan onze opleiding hebben we dit verweven in de didactiek – zie whitepaper – en we zien het resultaat: studenten studeren met plezier binnen onze opleiding (score binnen NSE op de vraag: zou je de opleiding aanraden aan een ander: 4.5 op een 5-puntsschaal), de uitval is laag (in het eerste jaar: 16%) en de opleiding blijft groeien (instroom 2016-2017: 98 studenten).”

Janneke Waelen (teamleider deeltijdopleiding, coördinator voorlopersgroep Flexibel deeltijdonderwijs) en Meike Broecheler (docent) – Pabo deeltijdopleiding aan de Marnix Academie

Literatuur:

Illeris, K. (2007). How we learn. Learning and non-learning in school and beyond. London, England: Routledge.

Ruijters, M. C. P. (red.). (2015). Je binnenste buiten. Over professionele identiteit in organisaties. Deventer, Nederland: Vakmedianet.

Simons, R-J., Lengkeek, M., Ruijters, M. C. P., & Geijsel, F. (2015). Professionele identiteit in deeltijdlerarenopleidingen. Wageningen, Nederland: Stoas Vilentum Hogeschool


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK