UM wil voorrang bij selectie voor statushouders
Het plan van de Universiteit Maastricht zorgt er volgens Harm Hospers voor dat veelbelovende, jonge vluchtelingen niet hoeven te concurreren met Nederlandse jongeren om een plaats voor een studie geneeskunde. De Universiteit Maastricht mag jaarlijks 316 studenten toelaten voor de studie geneeskunde, plus 50 op het internationale deel van de studie.
Aan het toelaten van de statushouders gaat een strenge selectieprocedure vooraf. Dit aantal is gebaseerd op een verdeelsleutel die landelijk wordt bepaald. Een soort status aparte voor statushouders is iets wat het ministerie van Onderwijs financieel zou moeten ondersteunen, vindt Hospers.
Taal en cultuur kennen
“Wij kunnen als universiteit niet zelf bepalen dat we twee plaatsen vrijhouden voor statushouders, omdat dit oneerlijk is ten opzichte de Nederlandse studenten.” Het toelaten van talentvolle statushouders is van toegevoegde waarde voor de universiteit, aldus Hospers.
Het toelaten van statushouders en het vervullen van de emancipatoire belofte van onderwijs is al langer een discussie. Ook in de Groningen coördineren instellingen en de gemeente samen een traject waarin vluchtelingen en statushouders bij een opleiding geplaatst worden. Kort geleden nog riep Job Cohen, voorzitter van de raad van toezicht van de UAF, op om gemeenten een rol te geven in de inburgering. In Maastricht wordt hier nu concreet gehoor aan gegeven.
“Je laat niet alleen zien dat je je verantwoordelijkheid neemt als universiteit, maar ook voor de huidige gezondheidszorg is het van belang. Ik denk dat wij heel blij mogen zijn dat we artsen uit die landen hebben, die de taal en cultuur kennen,” zegt de vice-rector.
