Op zoek naar de stille reserves

Nieuws | door Tim Cardol
23 augustus 2017 | Het po, vo en mbo krijgen de komende jaren meer en meer te maken met lerarentekorten. Een oplossing kan wellicht gevonden worden in de zogeheten ‘stille reserves’; mensen met een lesbevoegdheid die momenteel niet of ergens anders werken. Maar hoe is die groep terug te winnen?

Vlak voor de zomervakantie bracht het ministerie van OCW twee onderzoeken naar buiten die zij door CentERdata heeft laten uitvoeren. De centrale doelstelling van beide onderzoeken was om een beeld te krijgen waar mensen met een lesbevoegdheid de afgelopen jaren terecht zijn gekomen. De uitkomsten maken inzichtelijk welk percentage bevoegde eerste- en tweedegraads opgeleiden tot een leeftijd van 50 daadwerkelijk nog in het onderwijs actief is.

Wat blijkt is dat er in verschillende arbeidssectoren, en ook onder de niet-werkende bevolking, nog tienduizenden lesbevoegden zijn te vinden. Voor het vo en mbo gaat het om minimaal 32 duizend mensen met een lesbevoegdheid die buiten het onderwijs werken en minimaal 20 duizend personen die niet werken en ook niet arbeidsongeschikt zijn. De stille reserve bestaat daarmee uit ongeveer  52 duizend personen. De stille reserve is over heel Nederland verdeeld. Ook de regio’s in de Randstad, waar de verwachte tekorten het grootst zullen zijn, hebben aanzienlijke stille reserves.

Tegelijkertijd is er ook in het primair onderwijs sprake van een significante hoeveelheid ‘stille reserves’. Minimaal 17 duizend mensen met een Pabo/sen diploma (de lesbevoegdheid voor het primair onderwijs) werken buiten het onderwijs en minimaal 14 duizend personen hebben geen baan maar zijn niet arbeidsongeschikt. De stille reserve bestaat daarmee uit minimaal 31 duizend personen.

Verdeling

Uit beide onderzoeken die OCW heeft laten uitvoeren blijkt een opvallende verdeling van de stille reserves. Regio’s in Nederland met grote tekorten – de Randstad – kennen aanzienlijke stille reserves van docenten met een graad in het po, vo en mbo.

In het onderzoek naar het vo en mbo is tevens gekeken naar de stille reserves in de vakken die een tekort aan leraren kennen (Nederlands, Engels, Frans, Duits, Wiskunde en Scheikunde). Ook daar zijn de aantallen significant. Zo zouden er in potentie ruim 3000 mensen extra als leraar Nederlands aan de slag kunnen en bij Scheikunde, het kleinste vak waar tekorten voor zijn, ligt het aantal boven de 600.

Er ligt dus voldoende potentieel om de tekorten in het onderwijs in ieder geval voor een deel te dichten. Bovendien zijn de ramingen in het onderzoek waarschijnlijk nog voorzichtig. Voor de mensen ouder dan vijftig heeft CentERdata geen gegevens kunnen vinden. Het onderzoeksbureau verwacht dan ook dat het aantal ‘stille reserves’ nog wel eens hoger zou kunnen uitvallen.

De resultaten van beide rapporten lijken derhalve goed nieuws te zijn voor OCW. De volledige lerarentekorten zullen er – zo zegt CentERdata zelf – niet mee opgelost  kunnen worden, maar een goede aanpak zou er wel voor kunnen zorgen dat de groep waar scholen uit kunnen putten groter is dan enkel de uitstroom van pabo’s en lerarenopleidingen.

Eerdere pogingen

Het is niet voor het eerst dat OCW in reactie op het lerarentekort een poging doet de ‘stille reserves’ terug te winnen. Die benadering had met name succes in het primair onderwijs. In 1998 startte het ministerie van OCW een campagne om oud-leraren uit het po terug voor de klas te krijgen. 150.000 gekwalificeerde leraren die niet in het onderwijs werkzaam waren ontvingen een brief van het ministerie. Van die 150.000 werden uiteindelijk 5.847 (NB. het gaat hier om plaatsingen, wat kan inhouden dat een persoon op meerdere plekken is geplaatst) kandidaten aangenomen door de scholen. In het voortgezet onderwijs leverde een vergelijkbare campagne veel minder succes op.

Ook beleid om juist oudere voormalig docenten weer te verleiden tot een terugkeer is de moeite van het proberen waard gebleken. In 2008 werd in Den Haag en Rotterdam een campagne onder de noemer ‘Wijs-Grijs’ gelanceerd. De campagne richtte zich op vroeggepensioneerden die er nog wel oren naar zouden hebben om enkele uren per week voor de klas te staan. De vijftig plaatsingen van deze docenten werd moeiteloos gehaald en als er plek was geweest hadden nog veel meer mensen op deze wijze aan een baan geholpen kunnen worden.

Ministerie laat het aan de sector

In de brief waarin wordt ingegaan op de bestrijding van het lerarentekort die OCW aan het begin van  dit jaar naar de Tweede Kamer stuurde wordt ook inhoudelijk ingegaan op het aanboren van de ‘stille reserves’. Volgens OCW is het vinden en verleiden van de ‘stille reserves’ een uitdaging waar het ministerie samen met onderwijsinstellingen voor staat.

“De aanpak van het lerarentekort vereist een combinatie van landelijke en regionale maatregelen en een goede samenwerking tussen betrokken partijen. Wij roepen de scholen, sectorraden, vakbonden, lerarenopleidingen en regionale partners op om ieder vanuit hun eigen rol en verantwoordelijkheid een bijdrage te leveren aan het tekort, waarbij OCW de regie neemt,” schrijft het ministerie in de Kamerbrief.

Er is een aantal maatregelen dat OCW nu neemt om mensen terug te laten keren naar het onderwijs. Zo benadert het Participatiefonds uitkeringsgerechtigde leraren om hen te bewegen toch nog onderwijstaken op zich te nemen en is er €1,25 miljoen beschikbaar gesteld voor de scholing van mensen die eerder in het po hebben gewerkt en weer terug willen keren.

Dat het Participatiefonds uitkeringsgerechtigden in het onderwijs benadert om terug te keren is niet nieuw. Het fonds is al langer bezig deze groep te mobiliseren, maar kijkt ook naar meer duurzame maatregelen. Onlangs is het fonds begonnen met zogeheten speeddates waarbij uitkeringsgerechtigden in contact worden gebracht met schoolbesturen. Het is nog te vroeg om hier concrete resultaten te noteren, maar de reacties bij school en werkzoekenden zijn positief.

“We beseffen dat het geen gemakkelijke opgave is om deze personen weer terug te leiden naar het onderwijs, temeer omdat een deel van deze groep inmiddels bijna de gepensioneerde leeftijd heeft bereikt en er uiteenlopende redenen zijn waarom deze personen in een uitkeringssituatie terecht zijn gekomen,” Stelt OCW over de pogingen om uitkeringsgerechtigden aan het werk te krijgen.

De integrale aanpak die OCW voor ogen heeft benadrukt het aanboren van de stille reserve. “In de regionale aanpak gaan we samen met gemeenten, lerarenopleidingen en schoolbesturen aan de slag om deze stille reserve aan te boren en (deels) terug te laten keren naar het onderwijs.” Toch is dat niet het enige wat er gedaan kan en moet worden.

Vanuit OCW is alle betrokken partijen in het primair en voortgezet onderwijs gevraagd te komen met denkrichtingen en oplossingen voor het lerarentekort. Het resultaat moet een duurzame aanpak zijn die er voor zorgt dat er niet alleen geacteerd wordt op dreigende tekorten, maar anticipeert op de conjunctuur die er in de lerarenaantallen over de jaren is.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK