Sancties van Rutte III tegen Noord-Korea zijn slechts symbolisch
Toegang tot de digitale collectie van artikelen is eigenlijk al genoeg voor de DPRK.
Verleden week maakte het Ministerie van Buitenlandse Zaken bekend dat er aanvullende sancties met betrekking tot Noord-Korea waren afgekondigd, sancties die deze keer directe betrekking onderhielden met wetenschap en onderwijs in Nederland. Eerdere sancties beperkten al de uitvoer van militaire goederen en technologie.
De nieuwe sancties richten zich specifiek op “gespecialiseerde kennis die rechtstreeks of middellijk bijdraagt of kan bijdragen aan proliferatiegevoelige activiteiten van Noord-Korea of aan de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens in Noord-Korea”, waarbij met name een aantal Delftse opleidingen anathema worden verklaard voor studenten uit de DPRK Het gaat hier om: Physics of Nuclear reactors (TU Delft); Gespecialiseerde kennis over de inrichting en de werking van de reactorhal (Hoger Onderwijs Reactor, TU Delft); Hypersonic aerodynamics experimenteel en theoretisch onderzoek (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek, TU Delft); Guidance Navigation & Control systemen, software en simulaties (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek, TU Delft); Re-entry technology (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek, TU Delft); Studentenproject DARE – Stratos (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek, TU Delft). .
De gevaren zijn niet abstract meer
Op zich zijn deze sancties te begrijpen. De gevaren van de Noord-Koreaanse kern- en andere wapenprogramma’s zijn inmiddels ook geen abstracte mogelijkheid meer, temeer daar proliferatie door Noord-Korea (zelfs van kernwapentechnologie) te verwachten is. Het land is niet voor niets al decennia een belangrijke speler op de (illegale) wapenmarkten.
Daarnaast is het bekend wat Noord-Koreaanse studenten behalve studeren aan buitenlandse universiteit doen. Immers, Noord-Koreaanse studenten in China hebben daar laatst 57.000 wetenschappelijke artikelen (die merendeels in meer of mindere mate betrekking hadden op de gesanctioneerde onderwerpen) gedownload, net voordat ze de universiteit moesten verlaten. De sombere werkelijkheid is dat we moeten vaststellen dat zelfs Noord-Koreaanse studenten in het buitenland in de eerste plaats het staatsbelang dienen.
Noord-Korea is academisch zodanig geisoleerd geraakt de afgelopen decennia dat tijdelijke verblijven van wetenschappers in het buitenland en de langere periodes die studenten in diverse buitenlanden verblijven eigenlijk de enige manier zijn geworden om kennis op te doen over wat de internationale stand van zaken is.
Specialistische kennis die echt van docent op student wordt overgedragen is het summum aan wat er internationaal te halen valt, maar in feite is toegang tot de digitale collectie van bijvoorbeeld de TU Delft al meer dan genoeg om Noord-Koreaanse wapenprogramma’s te geven wat ze nodig hebben.
In dat opzicht is een Noord-Koreaanse uitwisselingsstudent die ergens aan een universiteit met een redelijke bibliotheek Franse literatuur studeert bijna even nuttig als een student die zich bij een van de verboden studierichtingen in Delft inschrijft. Mits naar behoren geïnstrueerd, downloadt deze student al wat Pyongyang bestelt.
Werkend internet in Pyongyang is genoeg
Als Noord-Koreaanse wetenschappers één ding overtuigend hebben laten zien, is het wel dat ze in technisch opzicht prima in staat zijn er zelf uit te komen. Dat gezegd hebbende is een werkende internetaansluiting ergens in Pyongyang in feite ook al genoeg, nu de meeste wetenschappelijke artikelen ook via Sci-Hub beschikbaar zijn gekomen.
Wat Noord-Korea niet direct kan verkrijgen, kan altijd middels hacken bemachtigd worden, zeker als het gaat om digitale repositoria. Noord-Korea’s cyberhackvaardigheden zijn een werkelijkheid waarmee we nog steeds onvoldoende rekening houden, als ik tenminste mag afgaan op de lacherige reacties die mij ook binnen mijn eigen universiteit ten deel vallen als ik mij afvraag of in de eerste plaats mijn eigen onderzoek naar Noord-Koreaanse slavenarbeid, maar ook onze digitale repositoria wel voldoende beveiligd zijn tegen vastberaden hackpogingen. Dat denk ik overigens niet.
We moeten dus tot de conclusie komen dat behalve als het gaat om het opleiden van individuele studenten, de door Noord-Korea benodigde kennis “die rechtstreeks of middellijk bijdraagt of kan bijdragen aan proliferatiegevoelige activiteiten of aan de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens“ al lang op straat ligt of via andere middelen binnen te halen is. In dat opzicht halen deze sancties dan ook weinig uit en zijn ze zoals zoveel sancties symbolisch.
Sancties hebben iets ironisch
De sancties hebben ook iets ironisch natuurlijk, daar het dankzij de medewerking van Nederlandse wetenschappers en met medeweten van de Nederlandse overheid was dat in de jaren zeventig A.Q. Khan opgeleid werd tot nucleair wetenschapper, een aanstelling kreeg en zo de kennis omtrent nucleaire centrifuges kon vergaren die aan de wieg van de Pakistaanse en de Noord-Koreaanse nucleaire programma’s zou komen te staan. Het kalf is al vier decennia geleden verdronken, dus het lijkt bar weinig zin te hebben om nu nog eens de sloot te dempen. Toch is het wel van enig belang om het gemak waarmee er toen klaarblijkelijk over proliferatie van kernwapentechnologie werd gedacht in het achterhoofd te houden.
Volgens de nieuwe sancties kan de minister van OCW namelijk ontheffing verlenen als hij/zij het risico van zo’n ontheffing niet onaanvaardbaar groot acht. Gegeven de naïviteit waarmee we in het publieke discours toch vaak langs de openlijk beleden doelen van de Noord-Koreaanse staat heen neigen te kijken (nucleaire bewapening in die mate dat zelfs de VS afgeschrikt kan worden; eventuele nucleaire preventieve aanvallen op verschilende doelwitten in de regio en ga zo maar door), kan het geen kwaad om extra barrières op te werpen.
Meer dan zes Delftse opleidingen
De interpretatie van wat precies kennis is “die rechtstreeks of middellijk bijdraagt of kan bijdragen aan proliferatiegevoelige activiteiten van Noord-Korea of aan de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens door Noord-Korea“ moet echter wel een stuk ruimer gemaakt worden dan het benoemen van de zes Delftse opleidingen suggereert. De situatie in Noord-Korea is al jaren zodanig dat alles wat ook maar enigszins kan bijdragen aan bovenstaand doel, daartoe ook wordt ingezet.
Dat geldt bijvoorbeeld voor de inkomsten uit overzeese slavenarbeid door Noord-Koreanen, maar ook voor iets als aardappelrassenveredeling. Dat kan zomaar in plaats van de bevolking van beter en meer voedsel te voorzien, doorverkochte kennis worden of ingezet worden om de bevoorrechte klassen te spekken. Voorop lopen daar de wetenschappers van de raket- en kernwapenprogramma’s. Me dunkt dat dat ook onschuldig lijkende kennisuitwisseling met Noord-Korea zoals het nu is een onaanvaardbaar groot risico maakt.
Meest Gelezen
Vrouwen houden universiteit draaiende, maar krijgen daarvoor geen waardering
Wederom intimidatie van journalisten door universiteit, nu in Delft
Hbo-docent wil wel rolmodel zijn, maar niet eigen moreel kompas opdringen
‘Burgerschapsonderwijs moet ook verplicht worden in hbo en wo’
Raad van State: laat taaltoets nog niet gelden voor hbo-opleidingen