Internationalisering meer dan handel

Nieuws | de redactie
27 februari 2017 | “Een schot hagel,” zo typeert Pieter Duisenberg (VVD) het huidige internationaliseringsbeleid. Bij het Talentdebat pleitte hij voor gericht kijken naar welke sectoren Nederland vooruit moet schuiven om buitenlandse studenten te werven. Van Lisa Westerveld (GroenLinks) mogen economische belangen wel wat minder leidend zijn.

Bij het Talentdebat in Nieuwspoort, georganiseerd door EP-Nuffic, Vereniging Hogescholen, VSNU, ISO en LSVb waren de aanwezige partijen het opvallend eens: internationalisering is van groot belang voor jongeren en moet derhalve aangemoedigd worden. Over het hoe en waarom ervan, daar bleken nog wel wat nuanceverschillen tussen de politici, met name over welk departement het voortouw zou moeten nemen in het formuleren en uitvoeren van een coherent buitenlandbeleid.

Economisch motief

VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg is de meest recente in een lange reeks pleitbezorgers van een internationaliseringsagenda. In januari presenteerde hij zijn plan om internationalisering tot exportproduct te maken. In het plan dat op Canadese leest geschoeid is het ministerie van Economische Zaken ook penvoerder worden. Voor het liberale Kamerlid is dat de meest voor de hand liggende keuze aangezien het volgens hem toch ook een beetje handel is: “Dit is een abc’tje.”

“De ambitie moet veel hoger. We hebben een hele sterke uitgangspositie, maar er is een grote behoefte aan talent. Wij hebben dat talent nodig en wereldwijd is het talent op zoek. We moeten die ambitie concreet maken.”

Het voorstel van Duisenberg had voor een aantal van debaters een te sterk economisch motief. Met name GroenLinks-kandidaat Lisa Westerveld sprak zich uit tegen de benaderingswijze van Duisenberg: “Het lijkt nu net of de primaire focus van internationalisering is dat we talent opleiden en binden voor de arbeidsmarkt. Terwijl de meerwaarde van internationalisering juist is dat je mensen met elkaar verbindt, dat je culturen bij elkaar brengt.”

Amma Asante benadrukte in haar pleidooi ook het belang van socialisatie als grote belang van internationalisering. Zij brak daarbij een lans voor internationaal onderwijs met name in het mbo. “Ik denk dat het voor mbo-studenten het allerbelangrijkste is. Vooral daar zou het verplicht moeten worden.”

Eigen studenten eerst bij fixusstudies

Hoewel zowel de politici als de aanwezigen in de zaal vrijwel unaniem voorstander waren van internationalisering – traditionele tegenstanders – noteerde LSVb-voorzitter Jarmo Berkhout nog wel wat pijnpunten. Met name de technische universiteiten kampen met capaciteitsproblemen en hebben inmiddels voor sommige opleidingen een numerus fixus ingesteld. Moeten Nederlandse studenten bij die opleidingen voorrang krijgen?

Het CDA steunde recentelijk een PVV-motie in de Tweede Kamer die weigeren van buitenlandse studenten bij een numerus fixus mogelijk moest maken. CDA-kandidaat Sebastiaan den Bak (nr. 27) leek hier toch op terug te komen. “De Nederlandse student is gelijk aan andere Europese studenten en kan geen voorrang krijgen. Dat kan niet volgens de regels van gelijkheid voor mensen in de Europese ruimte.” Opvallend genoeg wilde hij gezien de vermeende problematiek op de technische universiteiten hier wel een uitzondering voor maken.

Niet iedereen in het panel kon zich vinden in de door de TU’s ingestelde numerus fixus. “Dit is principieel onjuist. Het is ook funest voor het imago dat we in het buitenland hebben. Als principe vind ik dat het open moet zijn.” Stelde Duisenberg. Ook Westerveld kon zich vinden in de visie dat Nederlandse studenten geen voorrang mogen krijgen, maar wilde daarbij nog wel wat verder gaan.

Zo wees Westerveld op het feit dat studenten bij de EER fors meer collegegeld betalen dan Nederlandse studenten. “Ik vind sowieso dat de collegegelden best wat lager mogen, maar ook dat we studenten buiten de Europese Economische Ruimte niet die hoge tarieven mogen vragen.” Het was een uitspraak die niet bij iedereen op veel sympathie kon rekenen.

Uitvliegen

De stelling dat alle Nederlandse studenten een buitenlandervaring moeten hebben werd door niemand onderschreven maar dat de mogelijkheid hiertoe bereikbaar moet zijn stond niet ter discussie. “Je kunt hier mooie woorden over spreken, maar je moet het ook willen faciliteren.” wierp D66 wethouder en kandidaat-Kamerlid Ingrid van Engelshoven (nr. 3) op. Wat haar betreft komen er weer meer beurzen zoals het vroegere Huygensprogramma en moet het leenstelsel meer mogelijkheden bieden.

Duisenberg wees Van Engelshoven op de recente motie die het mogelijk maakt om vijf keer zo veel te lenen als normaal. “Bij veel buitenlandse universiteiten moet je in een keer een veel geld overmaken als collegegeld, en we gaan ook een ‘fix’ plegen om het mogelijk te maken om dit te lenen.”

De onvermijdelijke conclusie van de debatmiddag was dat er een brede bereidheid is onder de (kandidaat) Kamerleden om te werken aan een ambitieus internationaliseringsbeleid. Over de precieze uitwerking en de verantwoordelijkheid hiervoor vonden de partijen elkaar vooralsnog niet helemaal.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK