Grote verschillen in functioneren opleidingscommissies

Wat is er veranderd met de nieuwe Wet Versterking Bestuurskracht

Verslag | door Tim Cardol
29 maart 2018 | Een jaar na de Maagdenhuisbezetting in 2015 kwam het ministerie met een nieuwe Wet Versterking Bestuurskracht. Die heeft tot gevolg dat met name de opleidingscommissies op universiteiten en hogescholen meer bevoegdheden hebben gekregen. Maar wat betekent dit nu concreet?

Op een bijeenkomst georganiseerd door de Vereniging Hogescholen in samenwerking met de LSVb en Stichting SOM Studenten Overleg Medezeggenschap, het landelijk netwerk van en voor studenten in inspraakorganen in het hbo. gaan studenten, docenten en beleidsmedewerkers van hogescholen met elkaar in gesprek over hoe opleidingscommissies het best te organiseren en ten bate te laten komen aan het hoger onderwijs. Daaruit blijken grote verschillen per hogeschool, en opleiding.

Maagdenhuis niet alleen in Amsterdam effect

Het gesprek in Utrecht wordt ingeleid door Stan van de Sanden van de LSVb. Hij constateert dat er na de bezetting van het Maagdenhuis “gelukkig niet alleen in Amsterdam iets is veranderd.” Of de Wet Versterking Bestuurskracht een direct gevolg is van de onrust in Amsterdam valt te betwijfelen, maar in ieder geval is er na 2016 veel veranderd. Dat heeft ook gevolgen voor de opleidingscommissies.

Voor de opleidingscommissies betekent die wet concreet dat leden verkozen worden en de commissie een officieel medezeggenschapsorgaan is. De opleidingscommissie krijgt instemmingsrecht op verschillende onderdelen van de OER Onderwijs en Examenreglement . Over de eindtermen heeft zij evenwel nog steeds geen instemmingsrecht. Op de onderdelen in de OER waarover de opleidingscommissie geen instemmingsrecht heeft, krijgt zij wel adviesrecht.

Dirk Cornelissen, beleidsmedewerker van de Vereniging Hogescholen, schetst aan de hand van het rapport van de Onderwijsinspectie van eind 2016, waar de opleidingscommissies inmiddels staan. Dat beeld is nog niet al te rooskleurig.

Opleidingscommissies tonen weinig verbetering

Zo lukt het opleidingscommissies in het hbo niet om de gewenste verhouding tussen docenten en studenten (50/50) voor elkaar te krijgen. Bovendien lukt het voor sommige opleidingen überhaupt niet om een opleidingscommissie bij elkaar te krijgen. “Tien procent van de opleidingen had volgens het rapport geen functionerende OC.”

Cornelissen denkt – op basis van het rapport van de Onderwijsinspectie – dat dat te maken heeft met het gebrek aan aanzien dat de opleidingscommissies met name bij docenten genieten. “Je ziet dat docenten liever in examencommissies gaan.” In het rapport van de inspectie valt zelfs te lezen: “Het is, zoals een docentlid het verwoordde, ‘niet sexy’ om in de opleidingscommissie te zitten; de centrale medezeggenschapsraad of de examencommissie heeft een hogere status.”

De participatiebereid moet omhoog, constateert Cornelissen. Verbetering zou dan ook gezocht kunnen worden in het verruimen van het aantal uren en het verbeteren van de scholing voor opleidingscommissies.

Grote verschillen tussen opleidingscommissies

De nieuwe Wet Versterking Bestuurskracht moet daarnaast een middel zijn om de opleidingscommissie het aanzien te geven die het ooit had en daarmee zowel student als docent bereid te vinden plaatst te nemen in de commissie die kwaliteit van de opleiding moet waarborgen. Cornelissen hoopt dan ook dat de aanwezige OC’ers in Utrecht hun best practices met elkaar zullen delen, om zo te komen tot een goede invulling van het werk in de commissies.

Dat er op verschillende plekken nogal uiteenlopend invulling gegeven wordt aan het werk, de rechten en de plichten van de opleidingscommissie, blijkt in een Lagerhuisdiscussie tijdens het congres. Zo loopt de beloning voor leden van de opleidingscommissies nogal uiteen en zijn er grote kwaliteitsverschillen tussen OC’s en leden van de OC’s

Hoewel de meeste aanwezigen wel aangeven blij te zijn met de verruimde bevoegdheden van de opleidingscommissie, zeggen sommigen dat zij nog te weinig gefaciliteerd worden om die nieuwe bevoegdheden ook ten volste te benutten. Zo is de nieuwe eis dat OC-leden verkozen moeten worden op sommige plekken praktisch niet uitvoerbaar, omdat het animo niet groot genoeg is.

Sebas Veeke, zelf jarenlang lid van de opleidingscommissie en nu Raad van Toezicht van Stichting SOM, constateert dan ook dat de WHW ook nu nog onvoldoende geëquipeerd is om opleidingscommissie goed te laten functioneren. “Als de situatie goed is op een hogeschool, dan gaat het met opleidingscommissies ook goed. Maar het gaat om die ondergrens. Daar moet de wet in voorzien.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK