Meer aandacht voor burgerschap in kennisbases pabo

Interview | door Tim Cardol
13 maart 2018 | Eens in de zes jaar worden de kennisbases van de pabo’s herijkt. In de ronde van dit jaar zijn actuele onderwerpen als burgerschap en sociale veiligheid en sociale redzaamheid daar steviger in verankerd. “Maatschappelijke ontwikkelingen vragen ons om op deze punten stevigere eisen te formuleren,” vertelt Barbara de Kort.
(foto: Weisan Jiang)

Barbara de Kort is als voorzitter van het Landelijk Overleg Lerarenopleidingen Basisonderwijs (LOBO) verantwoordelijk voor de herziening van de kennisbases voor de pabo. De kennisbases beschrijven de vakinhoudelijke en vakdidactische kennis en (vakspecifieke) vaardigheden die een startbekwame leerkracht moet beheersen. “De kennisbasis is natuurlijk maar een onderdeel van de pabo-opleiding, het gaat ook om de oefening in beroepsvaardigheden, maar het is wel een belangrijk onderdeel dat up-to-date moet zijn.”

Kennisbases en profilering lerarenopleiding basisonderwijs (PDF)

Samen met opleidingsdocenten van de pabo’s is het afgelopen jaar het gesprek gevoerd over de punten waarop de kennisbases inhoudelijk zouden moeten worden herzien. Een onderdeel dat dit jaar meer aandacht heeft gekregen is burgerschapsvorming. Er is voor gekozen om dit geen op zichzelf staand vak te laten worden, maar als een thema dat door het pabo-onderwijs heen in de verschillende vakken terugkomt.

“Je ziet dat een dergelijk onderwerp bij vakken als aardrijkskunde en geschiedenis nadrukkelijk wordt opgepakt. Daarnaast gaat het ook om de persoonlijke vorming van de leraar,” aldus Barbara de Kort. “Een leraar moet uiteindelijk in staat zijn om maatschappelijk gevoelige onderwerpen in de klas bespreekbaar te maken. Hier moet je als aankomend docent wel de tijd voor krijgen om tijdens colleges op de pabo en de stage in de praktijk in te groeien.”

Het gaat er volgens De Kort om dat een docent voldoende uitgerust is qua pedagogische bagage om te snappen wat er gevraagd kan worden. “Daar moeten docenten zeker in de eerste jaren van hun loopbaan goed door collega’s in begeleid worden. Dat is niet de taak van de lerarenopleider.”

Nederland scoort matig op burgerschapsonderwijs

De Kort erkent dat het hier nog weleens aan schort. “Je ziet nu nog te veel docenten die binnen vijf jaar vertrekken uit het onderwijs, omdat ze niet de ruimte krijgen om te groeien, maar direct voor de leeuwen worden gegooid. Het lerarentekort wat we nu kennen is daarom niet alleen een tekort aan de voorkant, maar ook aan de achterkant.” Zo laten cijfers uit 2015 zien dat 15 tot 26% van de docenten al na het eerste jaar afzwaait.

Meer aandacht voor het Engels

Een ander punt dat extra aandacht krijgt in de kennisbases is volgens De Kort de internationalisering. Dat is terug te zien in de verstrengde eisen op het gebied van de kennis en beheersing van het Engels op de pabo. “Er wordt op veel basisscholen al vanaf groep 1 aandacht aan het Engels besteed. Het is verplicht er in groep zeven mee te beginnen, maar vaak gebeurt dat al eerder. Dat vraagt ook dat we de lat op dit punt hoger leggen voor de leraren die voor de klas komen te staan.”

Een ander punt dat in de herziene kennisbases nadrukkelijk naar voren komt, is de specifieke aandacht voor de ontwikkeling van en het lesgeven aan het jongere kind. “Gezien de discussies over deze specifieke groep, is er extra aandacht aan besteed”, vertelt De Kort. Aangezien je als leraar uiteindelijk in alle groepen op de basisschool les moet kunnen geven, is er op de pabo zowel aandacht voor het jongere, als het oudere kind. “Overigens kunnen studenten in de laatste twee jaar van hun opleiding wel een meer specifieke keuze maken voor onderwijs in een van de beide groepen.” Dat zie je terug in de extra aandacht die er in de kennisbases is voor de taalverwerving bij jonge kinderen.

Geen controle van bovenaf

De Kort benadrukt dat de totstandkoming van de nieuwe kennisbases samen met de pabo-docenten is opgepakt. “Dit is in grote betrokkenheid gegaan. Docenten voelen hier een sterke gedeelde verantwoordelijkheid voor, omdat het direct raakt aan de kwaliteit van hun werk. Ze zijn dan ook betrokken geweest bij zo ongeveer alle fasen van het herijkingsproces.”

Het is volgens De Kort dan ook geen zaak van opgelegde dwang hoe er nu voor gezorgd gaat worden dat de nieuwe kennisbases gehandhaafd gaat worden. “Docenten toetsen elkaar in het proces van peer-review. Hierbij gaan ze met elkaar het gesprek aan over de implementatie en de toetsing van de kennisbases en inspireren ze elkaar met goede voorbeelden. Geen controle van bovenaf, maar juist de professionalisering van de docenten vormt hierbij de motor.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK