De Lector van het Jaar komt uit het bedrijfsleven

In maart werd Fontys-lector Gerard Schouten door het ISO en ScienceGuide gehuldigd als Lector van het Jaar. In een speciale podcast spreekt ScienceGuide met hem over hoe hij in het onderwijs terecht is gekomen, zijn lectoraat, en de arbeidsmarkt in tijden van digitalisering. Een gesprek over Big Data als hype, de stap van Philips naar het hoger onderwijs en hoe het werk van de toekomst eruit gaat zien.

Het is nog maar relatief kort geleden dat Schouten zijn baan bij Philips verruilde voor het lectoraat Big Data bij Fontys. Over de overstap is hij positief: “het ging echt makkelijker dan ik had gedacht.” Inmiddels loopt het lectoraat zo goed dat hij niet meer weet waar hij de tijd vandaan moet halen.

Fast data zou ook een goede term zijn

Als het over Big Data gaat, dan gaat het natuurlijk vaak over de enorme hoeveelheden data die zo groot zijn dat het niet meer op een huis-tuin-en-keuken computer past. Volgens Schouten gaat het echter nog wel verder. “Er wordt nu heel hard gewerkt aan zelfrijdende auto’s met allerlei sensoren. Die data moet echt binnen een tiende seconde verwerkt worden en op basis daarvan moet een beslissing genomen worden wat die auto gaat doen. Fast Data zou ook een goede term zijn.”

In de podcast vertelt Schouten onder meer over de informatie die er uit alle data te halen zijn en wat studenten daar nu en in de toekomst mee kunnen doen. De ontwikkelingen gaan hard, dat betekent dat Schouten zeker in de laatste jaren van hun opleiding, studenten tegenkomt die de docenten op bepaalde punten overvleugelen.

“Studenten halen je soms in als het om speciale tools gaat. De docent zit dus meer in een coach-achtige rol,” vertelt Schouten. “Je mag als docent al blij zijn dat je een beetje bijblijft. Ik probeer nog wel eens wat online cursussen te doen, maar de tijd is daar beperkt voor. We leren de studenten eigenlijk dat als zij hun opleiding gedaan hebben dat hun kennis over specifieke tools als verouderd is en dat ze met andere softwarehulpmiddelen gaan werken. Die andere rol is voor de docenten best een ommezwaai.”